19
Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 [email protected] www.salv.be Verslag SALV-Workshop Landbouwinkomen Brussel, 12 december 2017

Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 [email protected] Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

  • Upload
    others

  • View
    1

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 [email protected] www.salv.be

Verslag

SALV-Workshop Landbouwinkomen

Brussel, 12 december 2017

Page 2: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

2

De Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij adviseert de beleidsmakers, in hoofdzaak de Vlaamse Regering en het Vlaams Parlement, over landbouw en visserij in de brede zin van het woord. De adviezen, zoals vastgesteld door de belanghebbenden vertegenwoordigd in de adviesraad, passen in een gedragen politieke besluitvorming.

Contactpersoon: Koen Carels, [email protected]

Page 3: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

3

Inhoud

Inhoud ................................................................................................................................ 3

Voorwoord ........................................................................................................................... 4

Opzet ................................................................................................................................ 5

Programma .......................................................................................................................... 6

1 Plenaire sessie ....................................................................................................... 6

2 Interactieve sessie ................................................................................................. 7

2.1 Aanpak .................................................................................................................... 7

2.2 Algemene opmerkingen ........................................................................................... 7

2.2.1 Het melkveebedrijf ................................................................................................... 9

2.2.2 Het biobedrijf ........................................................................................................... 13

2.2.3 Het varkensbedrijf .................................................................................................... 16

Eindbechouwing .................................................................................................................. 19

Page 4: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

4

Voorwoord

Op 12 december 2017 organiseerde de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij

een workshop over het landbouwinkomen. Deze workshop volgde op de voltooiing van een

studie over het landbouwinkomen die de SALV op 24 oktober 2016 had uitgeschreven.

Aanleiding van de studieopdracht was de vaststelling dat het landbouwinkomen reeds jarenlang

lager ligt dan het gemiddeld inkomen in Vlaanderen. Met de studie wenste de SALV een breder

inzicht te verwerven in de problematiek van het landbouwinkomensvorming, alsook in de aard

en werking van de beleidsinstrumenten en private initiatieven die het landbouwinkomen positief

kunnen beïnvloeden. De opdracht werd op 22 februari 2017 gegund aan de UGent, die de

studie uitwerkte in drie rapporten:

Rapport 1: Aspecten van inkomensvorming

Rapport 2: Beleidsinstrumenten en private initiatieven

Rapport 3: Simulaties

De studie werd voltooid in oktober 2017. De workshop op 12 december 2017 bood de

gelegenheid om de theoretische beschouwingen af te toetsen aan de praktijk. Dat gebeurde

aan de hand van cases die vooraf met medewerking van Groene Kring vzw en Bioforum

Vlaanderen vzw opgesteld werden. De deelnemers waren afkomstig uit verschillende schakels

in de agrovoedingsketen, en dat maakte de perspectiefuitwisseling bijzonder waardevol.

Onderhavig verslag van de workshop omvat onder meer de neerslag van de case-bespreking

en de discussies. De weergegeven standpunten zijn de overtuigingen van de deelnemers aan

de workshop, en niet van de SALV. De standpunten binden de SALV niet.

Hendrik Vandamme

Voorzitter SALV

Page 5: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

5

Opzet

Aanleiding van de workshop is de studieopdracht die de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij (SALV) uitschreef op 24 oktober 2016. De studieopdracht bestond enerzijds uit het uitvoeren van een literatuur- en cijferstudie (klik hier) naar het inkomen in de land- en tuinbouw en anderzijds uit een presentatie van de resultaten van die studie tijdens een workshop. De workshop, die plaatsvond op 12 december 2017, stond open voor SALV-raadsleden en genodigden. Zij bood de aanwezigen de gelegenheid om de resultaten van de studie te evalueren, alsook om aan de hand van drie cases de theoretische beschouwingen af te toetsen aan inzichten uit de praktijk. De discussies verliepen in overeenstemming met de Chatham House Rule1.

De studie was en is volgens de SALV bijzonder relevant omdat, ondanks de ambitie van het EU-verdrag, het inkomen van ondernemers in de landbouwsector aanzienlijk lager ligt dan dit van de gemiddelde loon- of weddetrekkende in Vlaanderen (cf. Figuur 1, p. 5).

Figuur 1 Evolutie van het gemiddelde familiale arbeidsinkomen per voltijdse familiale arbeidskracht en van het gemiddeld bruto jaarloon voor voltijds tewerkgestelde werknemers, euro, 2006-2013.

1 Chatham House Rule: “When a meeting, or part thereof, is held under the Chatham House Rule, participants are free to use

the information received, but neither the identity nor the affiliation of the speaker(s), nor that of any other participant, may be revealed”, bron: https://en.wikipedia.org/wiki/Chatham_House_Rule.

Page 6: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

6

Programma

1 Plenaire sessie

Opening van de workshop door Koen Carels, secretaris SALV.

Toelichting van de drie deelrapporten van de SALV-studie Landbouwinkomen door prof. dr. ir. Jeroen Buysse (UGent). Daarbij kwamen de pijnpunten in de landbouwinkomensvorming aan bod, alsook de toolbox waarmee het landbouwinkomen verbeterd kan worden. Deze toolbox omvat zowel publieke instrumenten als private initiatieven.

Tijdens deze toelichting vond een televoting plaats, waarbij de aanwezigen een antwoord formuleerden op de volgende vragen:

Wat is je profiel? (ambtenaar, lid middenveldorganisatie, landbouwer, ketenactor, ander)

Krijgt de problematiek van de landbouwinkomensvorming in Vlaanderen de aandacht die het verdient?

Hoe belangrijk vindt u zelf de problematiek van de landbouwinkomensverbetering?

Met hoeveel publieke instrumenten en private initiatieven voor landbouwinkomensvorming bent u vertrouwd?

Op welke publieke instrumenten voor inkomensvorming dient de overheid meer in te zetten?

In welke mate dient de overheid instrumenten tegen inkomensvolatiliteit te ondersteunen?

Hoe effectief acht u afzetcoöperaties voor inkomensvorming in sectoren met zeer hoge prijsvolatiliteit?

Hoe effectief acht u contractteelt voor inkomensvorming in sectoren met zeer hoge prijsvolatiliteit?

Hoe effectief acht u private prijsinterventie voor inkomensvorming in sectoren met zeer hoge prijsvolatiliteit?

Hoe effectief acht u afzet via korte keten/CSA voor inkomensvorming in sectoren met zeer hoge prijsvolatiliteit?

Daarnaast kreeg het publiek de gelegenheid om aan te geven in welke mate zij akkoord gingen met de volgende stellingen:

De overheid moet zowel private initiatieven als publieke instrumenten aanbieden en/of ondersteunen, maar de landbouw kan zelf de keuze en de regulering ervan bepalen.

De overheid moet enkel publieke instrumenten aanbieden en/of ondersteunen.

De overheid moet zowel private initiatieven als publieke instrumenten aanbieden en/of ondersteunen, maar de landbouw kan zelf de keuze en de regulering ervan bepalen.

Maatwerk per individueel bedrijf is beter dan regulering per sector.

De momenteel aangewende instrumenten voor landbouwinkomensvorming kunnen macro-economische veranderingen (Brexit, handelsakkoorden,…) het hoofd bieden.

Uit deze bevraging bleek dat de meeste deelnemers vonden dat het landbouwinkomen (veel) te weinig aandacht krijgt in Vlaanderen. Daarnaast gaf maar liefst 72% van het publiek aan dat de bestaande instrumenten onvoldoende adequaat zijn om macro-economische ontwikkelingen het hoofd te bieden (Brexit, handelsakkoorden,…).

Page 7: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

7

2 Interactieve sessie

2.1 Aanpak

Er waren 6 tafels met ongeveer 4 à 5 deelnemers die zoveel mogelijk kwamen uit de verschillende doelgroepen zoals landbouwers, industrie, overheid en middenveldorganisaties. Er werden 3 verschillende cases voorgesteld die kort een bepaalde bedrijfseconomische uitdaging omvatten en daarover werden een aantal case-specifieke en algemene vragen gesteld. Elke groep boog zich over twee cases, door eenmaal van tafel te wisselen. Een deelnemer wisselde niet van tafel en trad op als scriptor en moderator waardoor tijdens de 2e ronde feedback aan de nieuwe groep kon worden verstrekt over de 1e case. De gehanteerde methodiek is deze van World Cafe2.

2.2 Algemene opmerkingen

Alhoewel de 3 situaties telkens een andere problematiek beschreven aangaande het verzamelen en delen van data, waren er in de gesprekken (en dus ook in de verslagen van de moderatoren) toch een aantal standpunten, aandachtspunten en bekommernissen die steeds terugkeerden:

- De aanwezigen zagen doorgaans veel potentieel in instrumenten die de horizontale/verticale samenwerking en inkomensstabilisatie stimuleren.

- De sector is heel divers. Binnen de deelsectoren beïnvloeden zowel sectorspecifieke (bv. marktvolatiliteit in de melksector) als algemeen voorkomende factoren (bv. impact van de keten) het landbouwinkomen.

- Elk instrument uit de toolbox heeft een meerwaarde, afhankelijk van context. Geen enkel instrument kan adequaat tegemoet treden aan alle factoren die het landbouwinkomen negatief beïnvloeden.

- Naast de evaluatieve criteria die in de toolbox in de SALV-studie werden gehanteerd, wezen de deelnemers ook op het belang van een aantal bijkomende selectiecriteria voor het ontwerp en gebruik van de instrumenten en initiatieven:

o Men moet ervoor zorgen dat het kader voor (vrij) ondernemerschap niet wordt aangetast.

o Er zijn zowel reactieve als proactieve instrumenten. Reactieve instrumenten grijpen pas in bij het voordoen van een (negatieve) situatie (bv. een marktcrisis, een weerkundige ramp). Proactieve instrumenten zijn gericht op het voorkomen van de negatieve effecten van de situatie.

o Het politiek risico dat aan bepaalde instrumenten gelieerd is, kan de inzetbaarheid ervan minder gewenst maken.

- Transactiekosten zijn erg belangrijk voor de landbouwer. Kennis en betrouwbare informatie kunnen een belangrijke voorwaarde tot een goede werking van een instrument of privaat initiatief vormen.

Een aantal deelnemers stelden voor om de toolbox te verruimen met bijkomende instrumenten en private initiatieven, waaronder management skills, de dedicated supply chain,… enz.

2 “A world café or knowledge café is a structured conversational process for knowledge sharing in which groups of people discuss

a topic at several tables, with individuals switching tables periodically and getting introduced to the previous discussion at their new table by a "table host”.Bron: https://en.wikipedia.org/wiki/World_caf%C3%A9.

Page 8: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

8

Hieronder worden de verschillende cases besproken, waarbij naast de omschrijving van de case en de vragen ook de (geanonimiseerde) antwoorden van de deelnemers op die vragen aangereikt worden.

Page 9: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

9

2.2.1 Het melkveebedrijf

Beschrijving case

De case maakt deel uit van een getuigenis van een boer op de website van Boeren op een Kruispunt3.

"Chinezen drinken geen melk meer" (2008)

Het kan verkeren, zei Bredero. Een tijdje terug zag het er zo mooi uit: goeie melkprijs, wereldwijde vraag naar zuivelproducten. We konden investeren. "Als alle Chinezen één liter melk drinken, is er melk te kort in de wereld". We hebben een mooi melkveebedrijf en draaien technisch heel goed. Mijn vrouw en ik kunnen de arbeid redelijk goed rondkrijgen.

3 Cf. http://www.boerenopeenkruispunt.be/Verhalen/Getuige5.aspx

Page 10: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

10

Vandaag is de melkprijs gezakt tot onder de kostprijs. Onze 600.000 liter melk brengt 90.000 euro minder op dan een tijdje terug. We kunnen misschien wel de facturen betalen, maar er is geen ruimte om de bank af te lossen; onze arbeid wordt niet vergoed. Dit brengt spanningen met zich mee: leveranciers doen rottig. Onze bank wil eerst bediend worden. Iedereen zet ons gezin op de laatste plaats in de rij. "Groeipijnen", "Je had maar niet moeten investeren in die voermengwagen", "Je verleeft teveel": allemaal antwoorden waar we niets mee zijn, en die ons doen wegkrimpen van de pijn. Hoe kunnen ze ons nu afrekenen op een voermengwagen? Het was de vertegenwoordiger van de veevoederfirma zelf, die zei dat dit een verantwoorde investering was. En als deze investering dan een verkeerde managementbeslissing zou geweest zijn: Heeft een ondernemer niet het recht om een fout te maken? Hebben die CEO's in de wereldeconomie geen fouten gemaakt in de vorige 2 jaar?

Vragen en discussie

1) Heeft de boer een goede keuze gemaakt? Hoe kan de (jonge) boer met onverwachtse prijsdalingen omgaan (zowel voorafgaandelijk, tijdens als erna)? Zijn er volgens jou ook andere mogelijkheden om de rendabiliteit van het bedrijf op lange termijn veilig te stellen?

Kennis is heel belangrijk, een investering moet onderbouwd zijn. In welke mate kan men alles voorzien? Men is ook afhankelijk van de kwaliteit van de adviseurs. Een buffer is cruciaal om de volatiliteit op te vangen, maar die is niet altijd aanwezig.

Zijn er mogelijkheden om de kostprijs te reduceren? Een mogelijkheid om de kostprijs te reduceren is gebruik te maken van samenwerkingsvormen. Maar zijn die wel voldoende ingeburgerd?

Men moet steeds rekening gehouden worden met de haalbaarheid, op familiaal vlak, van voorgestelde oplossingen.

Een goed investeringsplan is belangrijk. Dat onbreekt hier. Men verwart ook de kostprijs met de kritische opbrengstprijs.

2) In welke mate zijn de bestaande publieke instrumenten voor landbouwinkomensvorming succesvol in deze sector? Wat zijn hun grootste sterktes/zwaktes? Zijn er betere alternatieven voor deze sector?

Hoe succesvol zijn de bestaande instrumenten nog (cf. rechtstreekse inkomenssteun)? De huidige instrumenten zijn veelal reactief, zou men niet beter proactieve instrumenten ontwikkelen, die een duurzaam kader voor ondernemers creëren? Verzekeringssystemen mogen het ondernemerschap van de landbouwer niet beknotten, maar kunnen een deel van het probleem oplossen voor een deel van de landbouwbedrijven.

Volgens sommigen aan tafel zou rechtstreekse steun geen verschil gemaakt hebben. Inkomensverzekering, op basis van fiscaal inkomen, zou wel een impact kunnen hebben, maar deze instrumenten zijn niet snel genoeg om liquiditeitsproblemen op te lossen. Tenzij men voorschotten zou kunnen geven. Men kan ook denken aan overbruggingskredieten met flexibele aflossingen in goede/slechte jaren.

3) In welke mate worden private instrumenten/initiatieven toegepast in de sector? Welke private instrumenten kunnen in deze case bijdragen tot een beter landbouwinkomen?

Coöperaties, labels en overbruggingskredieten kunnen bijdragen tot een beter landbouwinkomen. De commerciële slagkracht moet verhoogd worden, door de meerwaarde op het product te vergroten. De landbouwer dient op zoek te gaan naar een win-win tussen de verschillende schakels van de keten.

Page 11: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

11

Contractvormen, afvlakking van de prijs met afname garantie, solidariteitsfondsen, en de korte keten: ze kunnen allemaal oplossingen bieden. De korte keten biedt volgens een aantal deelnemers oplossingen voor individuele gezinnen, maar niet voor een ganse sector. Bij producentenorganisaties is het belangrijk dat het groepsbelang en het individueel belang goed afgewogen wordt, want anders is er veel verloop. De steun vanuit het ketenoverleg vormt slechts een ‘one shot’-oplossing.

A- (lokaal) / B- (export) / C- (spot) prijsdifferentiatie zou kunnen werken.

4) In welke mate interfereren de behandelde publieke en private instrumenten met andere factoren die de landbouwinkomensvorming beïnvloeden (bv. ondernemerschap, vakkennis,…)? Hoe zou men het repertorium aan instrumenten kunnen uitbreiden (bv. buffer?) ?

Directe steun fnuikt het ondernemerschap en innovatie. De markt dwingt de landbouwer tot ondernemerschap en innovatie.

De vrije keuze tot deelname aan tools moeten bewaard worden, zodat de markt optimaal kan werken. De landbouw is namelijk heel divers, keuzes moeten kunnen worden gemaakt.

5) Welke constructieve oplossingen kunnen we bedenken om de marges van alle ketenactoren op niveau te houden of te brengen?

De marges in de keten worden niet correct verdeeld.

Via verzekeringen en verticale integratie zou men de margeverdeling kunnen vergroten. Ook de meerwaarde moeten verhoogd worden, waarbij de win/win voor elke schakel in de keten nagestreefd wordt. Eventueel via co-creatie. Men moet ook creatief zijn (bv. melk verkopen met een ‘verhaal’). Elke schakel moet de steun krijgen die ze verdient. De transparantie kan beter.

6) In welke mate bieden sectororganisaties, producentenorganisaties, overheden, private ondernemingen,… adequaat advies bij commerciële keuzes die de boer dient te maken? Welke (persoonlijke, financiële of andere) belemmeringen ondervindt de boer om advies of informatie op te zoeken/te bekomen… ? Gelden deze transactiekosten ook voor bepaalde private/publieke instrumenten (verzekeringen, directe verkoop,…)?

Het delen van informatie tussen landbouwers is essentieel. Dat gaat nu reeds beter dan vroeger, o.a. door de digitalisering. Elke boer moet zich goed kunnen informeren.

7) In welke mate worden de wettelijke (milieumaatregelen, maatregelen m.b.t. dierenwelzijn,…) en bovenwettelijke productievoorwaarden in deze sector voldoende vergoed?

Bovenwettelijke voorwaarden worden minder goed vergoed omdat de consument beweert bepaalde eigenschappen te wensen maar er niet voor betaalt. Een goede marketing van die productkenmerken is erg belangrijk.

8) Vele consumenten willen een heerlijk product voor een zo laag mogelijke prijs. Op welke manier kunnen andere ketenactoren bijdragen aan de aanpassing van dit consumentengedrag?

De consument heeft veel keuzevrijheid. Vraaggericht produceren is hierbij belangrijk, met oog voor diversificatie. Denk aan contractformules met private partners, met kennisuitwisseling en een betere verdeling van het risico in een verkorte keten. Laat ook toe beter in te spelen op de wensen van de consument. Men kan ook denken aan onroerende fondsen die rechten geven aan de boeren.

Page 12: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

12

Foto: vilt.be

Page 13: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

13

2.2.2 Het biobedrijf

Beschrijving case

Een familiebedrijf in het Pajottenland beschikt over 70 witblauw dubbeldoel runderen en een 45 ha grond, de helft mais, de helft grasland. Een deel van het grasland is tijdelijk grasland, een ander deel is blijvend grasland. Sinds de vergroeningsregeling teelt het bedrijf ook enkele ha voederbieten. Het rantsoen bestaat uit gras- en maïskuil, sinds kort ook voederbieten en aangekocht krachtvoer. Het bedrijf fokt zijn jongvee zelf op, gebruikt meestal KI maar heeft ook één eigen dekstier. De stierkalveren worden als NUKA verkocht. Het bedrijft heeft een gebruiksovereenkomst met Natuurpunt voor 2 ha grasland in een beekvallei als hooiland. Het bedrijf ligt langs enkele veel gebruikte wandelroutes en niet ver van de dorspkern.

Het bedrijf maakt gebruik van de ondersteuning vanuit het Vlaamse landbouwbeleid. Het bedrijf ontvangt naast de bedrijfstoeslag inclusief vergroeningspremie ook een PDPO-premie voor genetische diversiteit en heeft enkele VLM-beheersovereenkomsten op zijn gronden voor KLE: hagen en een veedrinkpoel. Voor de melkveestal werd destijds VLIF-steun verkregen, maar deze is ondertussen afgeschreven.

Het bedrijf heeft in het verleden vrij goed geboerd. De melk wordt aan de melkerij geleverd. De melkprijzen zijn de laatste tijd evenwel onvoldoende kostendekkend, en dat ondanks de 7500 l die het dubbeldoelras oplevert.

De nieuwe aankomende generatie op het bedrijf ziet een forse uitbreiding in het aantal melkkoeien niet mogelijk en beslist om om te schakelen naar bio, onder meer aangetrokken door de hogere prijs die voor biomelk momenteel gekregen kan worden. Maar ook de context van het verstedelijkende platteland speelt bedrijfsuitbreiding parten. Omwille van de nabijheid van Gooik mikt het bedrijf bijkomend op lokale verkoop door middel van een hoevewinkel en op termijn wenst de bio-ondernemer ook een vleesveetak uit te bouwen door het zelf afmesten van de stiertjes.

Vragen

1) Vind jij de omschakeling naar bio gevoelsmatig een goed idee? Welke tools kunnen er volgens jou voor zorgen dat voor het bedrijf de marges positief blijven?

Omschakeling naar bio is zeker mogelijk, op voorwaarde dat er voldoende kennis bij de landbouwer aanwezig is. De omschakeling naar bio met zelfverkoop omvat zowel sociale (wie zal het extra werk doen?) als financiële vereisten. Ook is het belangrijk dat je over een goed netwerk beschikt (of dat je goed kan netwerken). Zelfverkoop met 70 koeien lijkt te veel, dus zijn ook klassieke marktkanalen aangewezen. De meerprijs van biomelk is niet altijd groter dan de meerkost van bio. Dubbeldoelvee levert ook niet veel melk.

Korte keten/bio werkt omzetgedreven. De gangbare landbouw werkt eerder kostprijsgedreven.

Korte keten wordt idealiter parallel aan de lange keten nagestreefd.

2) In welke mate zijn de bestaande publieke instrumenten voor landbouwinkomensvorming succesvol in deze sector? Wat zijn hun grootste sterktes/zwaktes? Zijn er betere alternatieven voor deze sector?

PDPO-steun is heel aanzienlijk voor dubbeldoel. Er is ook de directe steun en de zoogkoeienpremie. De rundveeteelt wordt sterk gesubsidieerd, maar met alle steun wordt innovatie tegengewerkt. Er is dus ook een groot risico, namelijk dat die omvangrijke steun op termijn zou kunnen sterk gereduceerd worden. Er is ook VLIF-steun voor de ontwikkeling van een hoevewinkel. De landbouwer kan ook uit beheersovereenkomsten verdienen.

Page 14: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

14

Er is veel versnippering in de steun: weet iedereen nog wat er zoal is?

Er is voor deze sector ook ketenondersteuning aanwezig. 3) In welke mate worden private instrumenten/initiatieven toegepast in de sector? Welke

private instrumenten kunnen in deze case bijdragen tot een beter landbouwinkomen?

Labels zijn in deze case erg relevant: lokaal en bio. Contractteelt kan interessant zijn, omdat je het verhaal van het product kan meenemen (lokaal, bio), en omdat je kan ontsnappen aan het overaanbod (door langs die weg markttoegang te krijgen).

Restaurants en overheden bieden een schaalvoordeel voor wie rechtstreekse verkoop nastreeft. Er is dan wel een groter betalingsrisico.

4) In welke mate interfereren de behandelde publieke en private instrumenten met andere factoren die de landbouwinkomensvorming beïnvloeden (bv. ondernemerschap, vakkennis,…)? Hoe zou men het repertorium aan instrumenten kunnen uitbreiden (bv. buffer?) ?

Er is interferentie tussen instrumenten en ondernemerschap. Directe steun vangt de volatiliteit van de markt op. Kennis van fiscaliteit en vakkennis: het zijn evenzeer zeer belangrijke hefbomen voor een beter inkomen.

5) Welke constructieve oplossingen kunnen we bedenken om de marges van alle ketenactoren op niveau te houden of te brengen?

Prijsdeling is op zich niet het probleem, risicodeling is dat wel (bv. weersrisico’s).

De korte keten is een goed instrument daartoe.

Prijsdifferentiatie, met een goede prijspolitiek per kanaal.

6) In welke mate bieden sectororganisaties, producentenorganisaties, overheden, private ondernemingen,… adequaat advies bij commerciële keuzes die de boer dient te maken? Welke (persoonlijke, financiële of andere) belemmeringen ondervindt de boer om advies of informatie op te zoeken/te bekomen… ? Gelden deze transactiekosten ook voor bepaalde private/publieke instrumenten (verzekeringen, directe verkoop,…)?

De gesubsidieerde adviesverlening wordt te weinig aangevraagd door landbouwers. Hoe komt dit?

Advies is vaak tegenstrijdig, en komt van veel kanten: wat is dan de juiste informatie?

Wie voor een omschakeling naar bio is, vertelt een succesverhaal, en heeft het niet over de mislukkingen. Dat kan de angst om de stap te zetten ook vergroten (door de onzekerheid die met de eenzijdige informatie gepaard gaat).

Consultants in de sector zijn duur, ook met subsidies.

De kwaliteit van de adviesverlening moet goed bewaakt worden.

7) In welke mate worden de wettelijke (milieumaatregelen, maatregelen m.b.t. dierenwelzijn,…) en bovenwettelijke productievoorwaarden in deze sector voldoende vergoed?

Milieukosten worden momenteel onvoldoende geïnternaliseerd. Kan dat in een eengemaakte markt?

De korte keten / CSA geeft een inzicht in de reële kost van de voedselproductie.

Page 15: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

15

8) Vele consumenten willen een heerlijk product voor een zo laag mogelijke prijs. Op welke manier kunnen andere ketenactoren bijdragen aan de aanpassing van dit consumentengedrag?

De focus op de laagste prijzen helpt niet. Retailers kunnen de lat hoger leggen op het vlak van kwaliteit en duurzaamheid. Er is ook een gebrek aan prijstransparantie.

Transparante en effectieve communicatie van ‘het verhaal’ is belangrijk. Prijzen van voedingsproducten in de supermarkt mogen geen verkoopargument zijn, maar wel de kwaliteit.

Page 16: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

16

2.2.3 Het varkensbedrijf

Beschrijving case

Het gebruik van (dierlijke) meststoffen is noodzakelijk om een optimale gewasproductie te verwezenlijken, maar een overtollig gebruik is slecht voor de bodem- en waterkwaliteit. Gezien de hoge productie van dierlijke mest in Vlaanderen, de beperkte beschikbaarheid van landbouwgronden om mest af te zetten en de beperkingen die door het mestdecreet worden gesteld, is mest voor heel wat varkensbedrijven een significante kost geworden die blijft stijgen.

Om de rendabiliteit van zijn gespecialiseerd varkensbedrijf veilig te stellen, is het voor de jonge varkenshouder Bert noodzakelijk om duurzaam te groeien en te investeren in een nieuwe vleesvarkensstal. Op die manier kan hij de biggen die hij nu moet verkopen zelf afmesten. Na het opstellen van zijn financieel plan, merkt Bert dat hij met de bouw van zijn stal een lichte stijging zal realiseren van zijn arbeidsinkomen (opbrengsten – totale kosten).

Als jonge landbouwer beschikt Bert echter niet over de mogelijkheid om ook extra landbouwgronden met mestrechten aan te kopen om zo voldoende mestafzet te realiseren. Hij is hierdoor genoodzaakt om meer mest te laten verwerken. Een stuk zal ook op lange afstand worden afgevoerd. De mestkost van Bert zijn bedrijf stijgt door de bouw van zijn nieuwe stal van € 3,76 naar € 4,41 per afgeleverd vleesvarken. Bert verwacht bovendien dat zijn mestkosten de komende jaren nog verder zullen stijgen door een steeds strenger wordend mestdecreet. Een mestvarken bracht in 2016 gemiddeld € 128 op. Als we daarvan de kostprijs per big en de voederkost aftrekken, houdt Bert ongeveer € 30 per verkocht vleesvarkens over. Hiermee moet hij nog zijn afschrijvingen, diergezondheid, energie en mestkost betalen. Een stijging van € 0,65 lijkt dus niet veel, maar wel wat druk op de marge van de jonge varkenshouder.

Vragen

1) Vind jij de bouw van een nieuwe varkensstal een goed idee? Zijn er volgens jou ook andere mogelijkheden om de rendabiliteit van het bedrijf op lange termijn veilig te stellen? Via welke tools kan het beleid Bert beschermen tegen een steeds stijgende mestkost?

Is uitbreiden een goed idee? Ja, in principe wel (schaalvoordelen), maar wat hoe gaan de milieukosten in de hand worden gehouden? Bovendien staat de vleesconsumptie onder druk, veel vlees moet worden uitgevoerd en de mest moet worden verwerkt.

Groei is niet per se inkomensverhogend. In een groeicontext kunnen er effecten optreden op het vlak van inkomensstabilisatie, kwaliteit, ziekteproblemen, en inkomensverhoging.

2) In welke mate zijn de bestaande publieke instrumenten voor landbouwinkomensvorming succesvol in deze sector? Wat zijn hun grootste sterktes/zwaktes? Zijn er betere alternatieven voor deze sector?

Momenteel zijn er geen (succesvolle) instrumenten voor deze sector. Een groot probleem is de volatiliteit. Contracyclische steun zou interessant kunnen zijn. Termijnmarkten werken ook stabiliserend, omdat je de onzekerheid buffert.

3) In welke mate worden private instrumenten/initiatieven toegepast in de sector? Welke private instrumenten kunnen in deze case bijdragen tot een beter landbouwinkomen?

Page 17: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

17

Er zijn coöperatieven voor mestverwerking en mestafzet. Kwaliteitslabels kunnen een meerwaarde creëren/aanduiden, maar de consument moet goed worden geïnformeerd en gesensibiliseerd. Ondernemerschap en vakkennis zijn ook belangrijke hefbomen voor een beter inkomen.

4) In welke mate interfereren de behandelde publieke en private instrumenten met andere factoren die de landbouwinkomensvorming beïnvloeden (bv. ondernemerschap, vakkennis,…)? Hoe zou men het repertorium aan instrumenten kunnen uitbreiden (bv. buffer?) ?

Milieueisen worden niet gevaloriseerd in het eindproduct. Kan het VLIF hierin een rol spelen? De sector zou zelf ook kunnen werken met termijnmarkten of labels. Voor termijnmarkten geldt de voorwaarde dat er voldoende ondernemerschap is, en voor labels is het noodzakelijk om te weten wat de consument vindt. Marktdifferentiatie/segmentatie. Ook hier kijken naar dedicated supply chain. Ook hiervoor heeft men de juiste ondernemerscapaciteiten nodig. Vraag is hoever men wil gaan.

5) Welke constructieve oplossingen kunnen we bedenken om de marges van alle

ketenactoren op niveau te houden of te brengen? De toegevoegde waarde moet beter verdeeld worden over de keten. Men moet een win-win voor iedereen creëren. Het begint met meer transparantie.

De PO’s dienen daarom beter ondersteund worden door de overheid.

Vaak vormt de consumentenwetgeving nog een struikelblok (mededingingsautoriteiten).

6) In welke mate bieden sectororganisaties, producentenorganisaties, overheden, private ondernemingen,… adequaat advies bij commerciële keuzes die de boer dient te maken? Welke (persoonlijke, financiële of andere) belemmeringen ondervindt de boer om advies of informatie op te zoeken/te bekomen… ? Gelden deze transactiekosten ook voor bepaalde private/publieke instrumenten (verzekeringen, directe verkoop,…)?

Adequaat advies is nodig (door sectororganisaties en PO’s). Er zijn belemmeringen om goede informatie te krijgen over kostprijzen.

Op teelttechnisch vlak hebben zij niks aan te bieden.

Voornamelijk persoonlijke overtuigingen belemmeren de adviezen van PO, BO, overheden,…

Het advies is niet altijd objectief, en is ook soms te weinig op maat.

7) In welke mate worden de wettelijke (milieumaatregelen, maatregelen m.b.t. dierenwelzijn,…) en bovenwettelijke productievoorwaarden in deze sector voldoende vergoed?

Wettelijke en bovenwettelijke productievoorwaarden zijn onvoldoende of niet vergoed. Het zou logisch zijn dat bij een grotere inspanning ook een stukje terugverdiend kan worden.

8) Vele consumenten willen een heerlijk product voor een zo laag mogelijke prijs. Op welke manier kunnen andere ketenactoren bijdragen aan de aanpassing van dit consumentengedrag?

Page 18: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

18

Bv. met labels, maar dan moet de consument wel weten wat daar juist achter schuil gaat. Andere ketenactoren (naast landbouwers) zullen niet vrijwillig bijdragen aan de aanpassing van dit consumentengedrag.

Men moet een product ‘met een verhaal’ brengen.

Milieu- en diervriendelijkheid wordt de nieuwe standaard.

Bio groeit. Meer en meer mensen willen bio, de landbouwer dient daarop in te spelen.

Foto: wu r.nl

Page 19: Home | SALV - Verslag...2017/12/12  · Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@salv.be Verslag SALV-workshop landbouwinkomen

Verslag SALV-workshop landbouwinkomen 12/12/2017

19

Eindbeschouwing

De workshop met de aangehaalde praktijkvoorbeelden heeft op verschillende manieren bijgedragen aan de SALV-studie naar het landbouwinkomen in Vlaanderen. Het vormde een interessant platform voor gedachtewisseling, waaraan zowel SALV-ledenorganisaties als externen deelnamen.

Op het einde van de workshop konden de deelnemers via televoting een kwalitatieve evaluatie meegeven door op de volgende vragen en stellingen te reageren:

Een meerderheid van de deelnemers vond dat de workshop zijn/haar perspectief op landbouwinkomensvorming heeft verbreed:

Figuur 2 Impact van de workshop: publiekspeiling naar perspectiefverbreding (televoting)

Na afloop gaf een ruime meerderheid te kennen dat zij inzicht hadden in de werking van minstens 5 publieke instrumenten en private initiatieven voor landbouwinkomensvorming. Bij de aanvang van de workshop was dit slechts 33%.

Figuur 3 Impact van de workshop: publiekspeiling naar de vertrouwdheid met de werking van publieke instrumenten en private initiatieven i.f.v. landbouwinkomensvorming (televoting)

Ten slotte gaven de deelnemers vrijwel unaniem aan dat de problematiek van de landbouwinkomensvorming op de agenda moet blijven van de SALV.