24
Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie Jaarbericht 2016

Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

  • Upload
    others

  • View
    8

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie

Jaarbericht 2016

Page 2: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

Colofon

Mei 2017

Dit is een uitgave van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie

Redactie: NIFPFotografie: NIFP, Balyon grafische vormgevingOpmaak en druk: Xerox/OBT, Den Haag

Page 3: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

Inhoudsopgave

1. De directie aan het woord 3

2. Over het NIFP 4 2.1 Het NIFP in 2016 5

3. Rapportage 6 3.1 Werken aan de kwaliteit van de opleiding tot pro Justitia rapporteur 6 3.2. Veranderdingen op het gebied van toerekenen 7 3.3 Civiele rapportages in 2016 7 3.4 Klinische observatie in het Pieter Baan Centrum 9

4. Psychiatrische en psychologische zorg in detentie 10 4.1. Vertaling van ‘gewone’ zorgsituatie naar detentiesituatie 10 4.2. Elektronisch Patiënten Dossier 11 4.3. Deskundigheidsbevordering psychologen 11

5. Indicatiestelling forensische zorg 12 5.1. Uitbereiding portfolio 12 5.2. Objectiveren en uniformeren indicatie 12

6. Gezondheidszorg in detentie 14 6.1. Professioneel statuut zorg 14 6.2. Verbetertraject mondzorg 15 6,3 Inkoop zorg 15 6.3. Klachten en machtigingen 15

7. Wetenschap 16 7.1. Promotieonderzoek over persoonlijkheidsstoornissen 16 7.2. Eerste resultaten SWAP 16 7.3. VERA 2R 17

8. Opleiden 18

9. Ondernemingsraad 19

10. Personeel 19

11. 2016 in getal 20

Adressen 21

Page 4: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

‘Kwaliteit is voor het NIFP niet zo maar een loze kreet’

Page 5: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

‘JanCees Zwemstra (links) en Michel Groothuizen (rechts)’

1. De directie aan het woordMichel Groothuizen, algemeen directeur, en JanCees Zwemstra, directeur inhoud‘Een organisatie waar men zegt dat het begrip kwaliteit geen enkele rol speelt, zul je niet zo snel treffen. Zo ook het NIFP. Echter, wij menen met recht te kunnen zeggen dat kwali-teit als een rode draad loopt door alles wat wij doen. Dat moet ook wel. Onze activiteiten zijn bij uitstek relevant voor de maatschappij als geheel, maar kunnen ook ingrijpende gevol-gen hebben op individueel niveau.

Zorg in detentie, zowel psychisch als somatisch, moet van hoogstaand niveau zijn. Niet alleen hebben justitiabelen recht op dezelfde zorg als in de vrije samenleving, ook speelt deze zorg een belangrijke rol in het verminderen van het recidivegevaar. Het NIFP levert op verschillende manieren een bijdrage aan de totstandkoming van deze zorg. Onze psychiaters werken in de justitiële inrichtin-gen. Onze organisatie stelt kaders en richtlijnen op, die psychiaters en inrichtingspsychologen helpen hun werk op professionele wijze en ‘state of the art’ uit te voeren. De afdeling Gezondheidszorg van het NIFP richt zich op de kwaliteit van de somatische zorg in detentie. De col-lega’s van Indicatiestelling Forensische Zorg beoordelen welke psychische zorg een gedetineerde nodig heeft. Dat moet op zorgvuldige wijze gebeuren, anders krijgt een justitiabele niet de hulp en begeleiding die hij nodig heeft.

Ook als we kijken naar een ander belangrijk speerpunt van het NIFP, de pro Justitia rapportages, is kwaliteit hét

thema. Als de rapporteurs niet met de grootste zorgvul-digheid, onafhankelijkheid, en ondersteund door een hoogwaardig kwaliteitsbewakingssysteem hun onder-zoek verrichten, dan kan de rechter niet vertrouwen op een gedegen advies over de geestesgesteldheid van een verdachte. De onafhankelijke beoordeling door de gedragsdeskundigen spelen daarmee een belangrijke rol in de vormgeving van een eerlijke en zorgvuldige rechtspraak.

Ons bureau Wetenschap zorgt ervoor dat we ons werk onderbouwd en ondersteund door de meest actuele wetenschappelijke inzichten op het gebied van de foren-sische psychiatrie kunnen uitvoeren. Bureau Opleidingen maakt het mogelijk dat wij werken met gedegen opge-leide professionals, die zich gedurende hun loopbaan kunnen blijven voeden met de meest recente kennis binnen hun vakgebied.Kwaliteit is iets waar je als organisatie aan moet blijven werken. We zijn steeds scherp op onderwerpen die op dit gebied extra aandacht nodig hebben. Neem de doorloop-tijden van onze rapportages. Snelheid is ook kwaliteit, daar zijn we ons van bewust. Gelukkig hebben we in 2016 op dit terrein een grote verbeterslag kunnen maken. En blijft dit onderwerp ook in 2017 hoog op de agenda.

Kwaliteit is voor het NIFP niet zo maar een loze kreet maar daadwerkelijk onze raison d’etrê. In 2016 maar vanzelfsprekend ook in de jaren daarna.’

Jaarbericht NIFP 2016 3

Page 6: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

2. Over het NIFP Het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP) is een cen-trum van expertise en kennis op het gebied van de forensische psychiatrie en psycholo-gie en somatische zorg in de detentiesetting. Het instituut bemiddelt tussen forensisch gedragskundigen en het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak. De gedragskundigen onderzoeken in de forensische context onder andere de persoonlijkheid van verdachten in strafzaken.

Het NIFP biedt psychiatrische behandeling aan mensen in detentie. Ook ontwikkelen we kaders voor de psychische zorgverlening aan gedetineerden. Als meer zorg nodig is dan in een reguliere penitentiaire inrichting geboden

kan worden, dan verzorgt het NIFP de indicatiestelling voor een klinische zorgsetting.

We houden ons bezig met het vaststellen van kaders en richtlijnen ten behoeve van de somatische zorg binnen de penitentiaire instellingen. Ook worden medische adviezen gegeven over bijvoorbeeld strafonderbreking en worden ontwikkelingen in de vrije samenleving gesigna-leerd en vertaald naar de DJI situatie.

Verder verricht het NIFP wetenschappelijk onderzoek op het gebied van forensische psychiatrie en psychologie. We organiseren opleidingen en cursussen voor profes-sionals en ketenpartners over onderwerpen die spelen binnen ons vakgebied.

NIFP

Wat doet het NIFP

INDIcAtIE FORENsIscHE ZORG

WEtENscHAP

RAPPORtAGE

Klinisch (Pieter Baan Centrum)

ZORG IN DEtENtIE

OPlEIDINGEN

Jeugd civiel

Jeugd straf

Volwassen straf

Ambulant

4 Jaarbericht NIFP 2016

Page 7: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

OrganogramDIREctIE NIFP

bEstuuRsbuREAu

WEtENscHAP & OPlEIDINGEN

GEZONDHEIDsZORG

PIEtER bAAN cENtRuM

DIENstZuID NEDERlAND

DIENst MIDDEN NEDERlAND

DIENstZuID HOllAND

DIENst NOORD-OOst NEDERlAND

DIENstNOORD HOllAND

bEDRIjFsvOERING

PsycHOlOGIscHE ZORG

2.1 Het NIFP in 2016

Voor het NIFP was 2016 geen jaar van grote ingrijpende veranderingen. Het jaar na de reorganisatie van 2015 stond in het teken van bezinning en focus op inhoud en kwaliteit. Hoe dat tot uiting kwam, wordt in de hiernavolgende hoofdstukken beschreven. Wel zijn er voorbereidingen getroffen voor het aanpassen van de managementstructuur van de organisatie. Deze nieuwe structuur zal in 2017 gerealiseerd worden. Achterliggende reden is de evaluatie van de reorganisatie van 2015. Naar aanleiding van de evaluatie is besloten het management op de ambulante diensten te versterken met een alge-meen manager. Dit maakt het mogelijk dat de inhoude-lijk manager (veelal een gedragskundige) zich vol op de kwaliteit en de inhoud kan richten.

Jaarbericht NIFP 2016 5

Page 8: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

3. RapportageDe aanwezigheid van een psychische stoornis bij een verdachte is van invloed op het oordeel van een rechter in een rechtszaak. Als hier een vermoeden van is, wordt het NIFP benaderd. Een verdachte kan klinisch worden onder-zocht in het Pieter baan centrum van het NIFP. Een andere mogelijkheid is een ambulant onderzoek. Het NIFP schakelt dan een NRGD-geregistreerde gedragsdeskundige in. Dit zijn forensisch opgeleide psychiaters en psycho-logen. Zij stellen op basis van hun onderzoek een rapportage pro justitia op. Hierin wordt een beeld gegeven van de persoon van de ver-dachte, de kans op herhaling en de benodigde behandeling. De gedragsdeskundigen advise-ren ook over al dan niet verlengen van de duur van tbs en het toekennen van proefverloven. Het NIFP bemiddelt rapportages over volwas-senen en jeugdigen in strafzaken en geeft kwaliteitsfeedback op de rapportages vóór deze naar de rechtbank gaan. In civiele jeugd-zaken verricht het NIFP ook onderzoek als er zorgen zijn over de opvoedsituatie waarin de jongere zich bevindt. Het NIFP richt zich op de kwaliteitsbewaking en -bevordering van de rapportages en op deskundigheidsbevorde-ring van de rapporteurs.

3.1 Werken aan de kwaliteit van de opleiding tot pro-Justitia rapporteur

Onder de noemer ‘kwaliteit’ hebben binnen het aan-dachtsgebied rapportage een aantal onderwerpen extra aandacht gekregen in 2016. Het meest in het oog springende is de verbetering van de pro Justitia oplei-ding. Opdrachtgevers moeten kunnen vertrouwen op de kwaliteit van de rapporteurs die de onderzoeken verrichten. De NIFP opleiding is hier cruciaal in. Bij het reviseren van de opleiding wordt frequent afgestemd met het Nederlands Register voor Gerechtelijk Deskundigen (NRGD). De eisen die het NRGD hanteert aan de kennis en vaardigheden van gerechtelijk deskundigen moeten naadloos aansluiten bij de vereisten die het NIFP hanteert voor het behalen van een certificaat in de pro Justitia opleiding. NIFP en NRGD willen op termijn komen tot een gecombineerde examinatie van de opleiding en de NRGD registratie.In de vernieuwing van de pro Justitia opleiding staat de professionalisering van de docent centraal. Ook wordt het toetsingsproces van de opleiding vernieuwd waarvoor onder andere een nieuw toetsingsplan opgesteld is. De vereiste competenties voor een rapporteur zijn vastgelegd in een competentieprofiel voor de rapporteur in oplei-ding, waarin de eisen van de NRGD en de eindtermen van het NIFP zijn samengevoegd. Ten slotte worden er veel zaken gestandaardiseerd zodat er een doorlopende leer-lijn ontstaat. Er is bijvoorbeeld voor iedere module een

Forensisch opgeleide psychiaters en psychologen doen onderzoek naar de aanwezigheid van een psychische stoornis bij verdachten in strafzaken

6 Jaarbericht NIFP 2016

Page 9: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

modulebeschrijving waarin cursisten module-informatie kunnen inzien om zich goed voor te bereiden op het onderwijs.

3.2. Veranderingen op het gebied van toerekenen

Met ingang van 1 september 2016 is een nieuwe werkwijze ingevoerd voor de advisering over toerekenen. Ook is de vraagstelling aangepast. In plaats van de oude, op juris-prudentie gebaseerde ‘5-puntsschaal’ wordt aangesloten bij de door de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie geadviseerde ‘3-puntsschaal’, waarbij gekozen is voor een formulering van het advies in termen van toerekenen. De ‘toerekeningsvatbaarheid’ wordt daarmee verlaten. Het advies wordt voortaan beschreven in drie modaliteiten van toerekenen: volledig toerekenen, in een verminderde mate toerekenen en in het geheel niet toerekenen. Deze wijziging geldt zowel voor het rapporteren voor volwas-senen als voor jeugdigen. Bij het in verminderde mate toerekenen wordt gevraagd om gedragsdeskundig te preciseren. De kern blijft het in zo concreet mogelijke bewoordingen beschrijven van de doorwerking van de stoornis in het delict.

3.3 Civiele rapportages in 2016

Het NIFP bemiddelt vanuit een landelijke poule bij de totstandkoming van civielrechtelijke rapportages in familiezaken. Het gaat dan om onderzoeken in opdracht van de kinder- en familierechter, het gerechtshof, een gecertificeerde instelling voor jeugdbescherming of de Raad voor de Kinderbescherming. In een aantal regio’s worden onze rapporteurs ook gevraagd voor de instem-mingsverklaringen die nodig zijn bij een machtiging tot gesloten jeugdhulp.

Het gaat bijvoorbeeld over de vraag of kinderen, na een periode van uithuisplaatsing, weer teruggeplaatst kunnen worden bij hun ouders of over de vraag hoe de omgang en het verblijf van de kinderen geregeld moeten worden na een echtscheiding. Het NIFP overlegt met de opdrachtgever over een onderzoeksopzet op maat met een vraagstelling die passend is voor de beslissing die genomen moet worden. Tijdens het onderzoek fungeert het NIFP als vraagbaak voor de rapporteur met betrek-king tot juridische en andere inhoudelijke kwesties. De conceptrapportage wordt zowel door een vakgenoot als een jurist van kwaliteitsfeedback voorzien voordat deze naar de opdrachtgever wordt verstuurd.

Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder rapportage)

‘In 2016 zijn flinke slagen gemaakt op het gebied van de kwaliteit van de pro Justitia opleiding. Een van onze doelen is de opleiding beter te laten aansluiten bij de eisen die het NRGD stelt aan pro Justitia rapporteurs. Idealiter sluiten deze naadloos aan bij ons curriculum.

Voor de revisering van de pro Justitia opleiding hebben we externe onder wijskundigen ingeschakeld. Zij hebben onder andere gekeken naar de didactische vaardigheden van de docenten. Letterlijk door te obser-veren hoe wij het doen in de klas. Het was best even schrikken, iemand in je les die jou gaat beoordelen. We werkten al wel met schriftelijke eva-luaties door cursisten, maar zo’n onderwijskundige kijkt toch weer naar heel andere dingen. Weet je als docent mensen te boeien? Presenteer je behapbaar en compact? Ik heb heel veel gehad aan de feedback.

De onderwijskundige heeft ook naar het toetsingsproces gekeken. Het komt nu nog wel eens voor dat een cursist bij ons slaagt, maar niet door de NRGD toetsing heen komt. Dat is uiteraard onwenselijk, niet in de laatste plaats voor de rapporteur-in-spé. Ook zijn we nagegaan hoe we het competentieprofiel van het NRGD op dat moment verwerkt hadden in ons onderwijscurriculum, en hoe dat nog beter kon.

Wat onze opleiding zo sterk maakt, is het ‘ambachtelijke’ karakter er van. De opleiding is sterk praktijkgericht: cursisten gaan al heel snel op pad met een ervaren deskundige en komen in contact met de justitiabelen. Dat is belangrijk, want rapporteur zijn leer je niet alleen uit een boekje. Hoe zorg je er bijvoorbeeld voor dat je de rol pakt van onderzoeker en niet van behandelaar, als je in gesprek bent met een verdachte? En dat je confronteert, maar ook empathisch kunt zijn en daardoor het contact behoudt? Dat soort dingen leer je toch het beste in de praktijk.’

‘Rapporteur zijn, dat leer je niet alleen uit

een boekje’Theo Bakkum

Jaarbericht NIFP 2016 7

Page 10: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

Interview

sacha Moonen, psycholoog dienst Noord Holland

‘Dat het NIFP ook onderzoeken bemiddelt in het kader van civiele jeugdzaken, is relatief onbekend. Ook onder de psy-chiaters en psychologen die in strafzaken rapporteren voor het NIFP. jammer, want het is enorm boeiend én maatschap-pelijk relevant onderzoek.

De onderzoeken worden aangevraagd als er een kind in het gedrang is. De opdrachtgevers zijn de rechterlijke macht, maar ook instanties zoals de Raad voor de Kinderbescherming en gecertificeerde instellingen voor jeugdbescherming. Het gaat hierbij om twee typen zaken: zaken rond een (echt)scheiding en omgang- en kinderbeschermingszaken. Vragen die daarbij spelen gaan over een omgangsregeling en hoofdverblijfplaats of ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing of juist een terugplaatsing. In alle onderzoeken is de rapporteur de onafhankelijke partij die onderzoekt en adviseert wat er in het belang van het kind gedaan moet worden.

Rapporteurs onderzoeken de situatie, maar doen niet aan waarheidsvin-ding. Bijvoorbeeld: het gaat er niet om of een beschuldiging van seksueel misbruik aan het adres van een van de ouders klopt. Maar wel of het kind op een verantwoorde wijze bij de vader of de moeder kan blijven wonen. Dat is dan de vraag die de deskundige moet beantwoorden. Kan dit kind in deze situatie op een veilige manier opgroeien?

Voor de rapporteur zijn het intensieve trajecten. Een onderzoek kan zo maar twee of drie maanden duren. De rapporteur onderzoekt - als dat kan - het kind, maar vaak ook de ouders, en spreekt referenten zoals familie, leerkrachten en andere mensen uit de omgeving van het kind. Als rapporteur duik je echt in zo’n zaak. Daarom is het ook belangrijk dat er vanuit het NIFP meegelezen wordt met het rapport en uitgebreid en zorg-vuldig feedback wordt gegeven. De rapporteurs stellen dat doorgaans erg op prijs.

Momenteel hebben we een tekort aan rapporteurs voor dit type zaken. Het is niet de gemakkelijkste vorm van onderzoek. Zoals ik al aangaf, het is intensief, het is soms lastig niet al te betrokken te raken, en dit soort zaken is ook klachtgevoelig. Toch is het heel mooi én belangrijk werk. Het zou goed zijn als we meer psychologen en psychiaters aan onze rappor-teurspoule kunnen toevoegen.’

Sascha Moonen

‘Het gaat er om of het kind op een verantwoorde wijze bij de vader of de moeder kan blijven wonen’

8 Jaarbericht NIFP 2016

Page 11: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

3.4 Klinische observatie in het Pieter Baan Centrum

Het Pieter Baan Centrum (PBC) van het NIFP is de psychiatrische observatiekliniek van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Het is formeel een Huis van Bewaring met een specifieke taak: het uitbrengen van adviezen pro Justitia. Dit betekent dat het PBC mensen onderzoekt die verdacht worden van het plegen van ernstige misdrijven. Het PBC adviseert ook over het al dan niet verlengen van een tbs-maatregel. Daarnaast adviseert het PBC in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie over behandeltrajecten in het kader van de tbs of over plaatsing op een longstayafdeling. Deze onderzoeken worden uitgevoerd in multidisciplinaire teams met psychiaters, psychologen, forensisch milieu-onderzoekers en juristen.

In 2016 is het project Modernisering Klinische Rapportage afgerond. Hierbinnen zijn verschillende aan-passingen in de werkwijze van het PBC gerealiseerd, met als doel de kwaliteit van het product verder te optimali-seren. Resultaten zijn onder andere een herontworpen opleggingsonderzoek, normen voor het verrichten van het onderzoek, een nieuwe methodiek voor observatie en een nieuw format voor de rapportage. Op deze manier borgt het PBC de kwaliteit van haar ‘product’ en de snel-heid van levering aan haar opdrachtgevers.In 2018 verhuist het Pieter Baan Centrum naar een nieuwe locatie in Almere. In 2016 is veel energie gestoken in het voorbereiden van deze verhuizing. Met name de bijzon-dere eisen die een forensische observatiekliniek aan de huisvesting stelt, maakt nauw overleg en afstemming over de nieuwbouw noodzakelijk.

Interview

joost Harkink, waarnemend alge-meen directeur Pieter baan centrum

‘Ons streven is de rechter van een zo goed mogelijk advies te voorzien over de persoon van de verdachte. Het percentage verdach-ten dat niet mee wil werken aan een onder-zoek in het PBC, lijkt groot. Een deel daarvan werkt uiteindelijk toch mee. Of laat ondanks de weigering toch zo veel aan gedrag zien dat de onderzoekers een goed beeld krijgen. En zelfs als iemand volhardt, kunnen we door dossieronderzoek, milieuonderzoek en observatie vaak alsnog een bruikbaar rap-port opleveren. We blijven zoeken naar manieren om dit nog beter te doen. Daarom heeft het project Modernisering Klinische Rapportage in 2016 volop aandacht gekregen. Ook in 2017 gaan we door met het optimaliseren van de dienstverlening aan onze ketenpartners. Onder andere door te starten met een pilot voor moeilijk onderzoekbare observandi. Op een aparte afdeling zullen we een jaar lang uitproberen of een intensievere be-nadering van de observandus leidt tot een

hogere opbrengst. We doen dit zoals al aan-gegeven voor onze opdrachtgevers. Maar uiteindelijk ook voor de verdachte. Het is tenslotte ook in diens belang dat hij de zorg en behandeling krijgt die hij nodig heeft.’

Joost Harkink

Jaarbericht NIFP 2016 9

Page 12: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

4. Psychiatrische en psychologische zorg in detentie

Goede zorg vanaf het moment van inbewa-ringstelling tot het moment van vrijlating van een gedetineerde is een centraal speerpunt van het NIFP. Gedetineerden moeten in iedere inrichting kunnen rekenen op dezelfde zorg, ook in kwalitatieve zin. Deze moet bovendien vergelijkbaar zijn met de zorg ‘buiten’. De ondersteuning door het NIFP heeft daarom als algemeen uitgangspunt: harmonisering van de zorg in detentie en professionalisering van de psychiaters en de psychologen die deze zorg verlenen. Daartoe worden kaders, handrei-kingen en procedures opgesteld. We werken altijd nauw samen met het veld. Ook verzorgt het NIFP een inwerkprogramma voor en (bij)scholing van de zorgprofessionals en een digi-tale bibliotheekfaciliteit.

Het NIFP levert psychiaters voor de geestelijke gezond-heidszorg in het gevangeniswezen en de vreemdelin-genbewaring. Verder werken medewerkers van het NIFP als directeur Zorg en Behandeling in de Penitentiair Psychiatrische Centra (PPC’s). Ook is de beleidsontwik-keling voor de psychologische zorg en de functionele aansturing van de psychologen in de inrichtingen belegd bij het NIFP.

4.1. Vertaling van ‘gewone’ zorgsituatie naar detentiesituatie

Veel protocollen en richtlijnen uit de reguliere GGZ zijn niet één op één toepasbaar in de detentiesituatie. Het NIFP ‘vertaalt’ deze documenten en spitst ze toe op de specifieke eisen die de detentiesituatie met zich meebrengt. Een concreet voorbeeld is de Handreiking suïcidepreventie in detentie. Een ander voorbeeld is het Kwaliteitsstatuut, dat is ontwikkeld in voorbereiding op de invoering van het regiebehandelaarschap. Om de continuïteit van zorg in de inrichtingen te garanderen, is daarnaast beleid ontwikkeld op het gebied van de avond-, nacht- en weekenddiensten van de NIFP psychiaters.

Een onderzoek in het PBC

Opdracht voor onderzoek in forensische observatiekliniek

Aanmelding bij het Pieter Baan Centrum

Vaststellenopnamedatum

Eindbespreking onderzoeksrapport

Bespreking advies met observandus

Terugplaatsing in Huis van Bewaring

Rapportage naar opdrachtgever

Behandeling rechtszaak

Opname 6 weken (participerende observatie, gesprekken psychiater en psycholoog, testpsychologisch onderzoek, psychomotore observatie, neuropsychologisch onderzoek)

Start onderzoek (voorlichtingsbe-zoek in Huis van Bewaring en start onderzoek milieu-onderzoeker)

10 Jaarbericht NIFP 2016

Page 13: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

4.2. Elektronisch Patiënten Dossier

Voor de psychiaters en psychologen in het gevangenis-wezen en de vreemdelingenbewaring is eind 2015/eerste helft 2016 een Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) ingevoerd. In eerste instantie is het EPD gemaakt voor de situatie in de reguliere zorg. Mede vanwege wet- en regelgeving op het gebied van privacy brengt de introduc-tie binnen DJI specifieke dillema’s met zich mee. In 2016 is hier veel aandacht naar uitgegaan. De komst van het EPD heeft invloed op de informatie-uitwisseling, zowel op de werkvloer als in het kader van beleidsontwikkeling. Binnen het NIFP zijn richtlijnen ontwikkeld om hier op een goede manier mee om te gaan.

4.3. Deskundigheidsbevordering psychologen

De deskundigheidsbevordering van de psychologen die werkzaam zijn in de inrichtingen heeft in 2016 concreet vorm gekregen in diverse bijscholingsactiviteiten.

Het NIFP levert psychiaters voor de geestelijke gezondheidszorg in het gevangeniswezen en de vreemdelingenbewaring

Interview Margot van berkel, hoofd dienst Noord-Holland

‘De implementatie van het EPD binnen DJI heeft nogal wat voeten in de aarde gehad, maar het is absoluut een goede ontwikkeling. Het is een belangrijke stap in de professionalisering en standaardisering van de zorg in detentie. Binnen de justitiële context zijn privacy-regels nog strenger dan daarbuiten. Dit gegeven heeft de inrichting van het EPD in belangrijke mate bepaald. Enerzijds vergemakkelijkt het EPD de overdracht van zorg: zorgverleners krijgen eenvoudiger zicht op oude behandelinformatie van een gedetineerde die eerder vast heeft gezeten. Maar tegelijkertijd is in het EPD zeer zorgvuldig ingeregeld hoe lang informatie bewaard wordt en wie het kan inzien.

Een middel zoals het EPD was ook hard nodig om de samenwerking tussen de psychiaters en de psychologen in de inrichtingen te verbeteren. Hiervoor hield eigenlijk ieder een eigen systeem bij. De psychologen hadden in principe wel één systeem, maar dat werd weer niet bin-nen iedere penentiaire inrichting gebruikt. Nu werken we allemaal vanuit het EPD. Dat schept duidelijkheid en maakt informatieoverdracht een stuk makkelijker.

Voor mij als manager is het ook een pluspunt dat ik op eenvoudige wijze managementinformatie kan genere-ren uit het systeem. Ik heb nu een goed overzicht van de verrichtingen die door de psychiaters in de penentiaire inrichtingen worden geleverd. Deze informatie kan ik goed gebruiken voor het inplannen van de zorginzet vanuit mijn dienst.’

Margot van Berkel

Jaarbericht NIFP 2016 11

Page 14: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

5. Indicatiestelling Forensische Zorg (IFZ)Mensen die in aanraking komen met politie en justitie, kunnen een psychiatrische stoornis hebben. Om een justitiabele in een instelling te kunnen plaatsen, is een indicatiestelling voor forensische zorg nodig. Deze indicaties worden op onafhankelijke en deskundige wijze verzorgd door het NIFP. De doelstelling is ervoor te zorgen dat justitiabelen, in het kader van een strafrechtelijke titel (zoals bij-zondere voorwaarden bij het vonnis), de juiste zorg en beveiliging op het juiste moment krijgen. De insteek daarbij is de achtergrond van het delictgedrag aan te pakken en daar-mee het risico op recidive na vrijlating te verminderen.

5.1. Uitbereiding portfolio

De laatste jaren is het productportfolio van Indicatiestelling Forensische Zorg (IFZ) sterk in ontwik-keling, met als doel om binnen het forensisch zorgstelsel hét expertisecentrum te worden voor de onafhanke-lijke indicatiestelling. In 2016 is het productportfolio uitgebreid met de indicaties voor het PPC (Penitentiair Psychiatrisch Centrum), tbs met dwang en de indicatie voor mensen met een asielstatus.

5.2. Objectiveren en uniformeren indicatie

In 2016 is een beslissingsondersteunend instrument geïntroduceerd binnen IFZ. Deze checklist is tot stand gekomen op basis van literatuurstudie en wetenschap-pelijk onderzoek naar de manier waarop IFZ adviseurs beoordelen welke zorg en beveiliging een justitiabele nodig heeft. De checklist wordt uiteindelijk geïntegreerd in een wegingsinstrument. Daarnaast zijn beslisafspra-ken opgesteld. Het is de bedoeling dat deze instrumenten helpen de beoordelingen verder te objectiveren en uni-formeren. Naar verwachting draagt dit bij aan de kwaliteit van de indicatiestelling. Ook op andere terreinen is aan de kwaliteit van de dienstverlening gewerkt. Zo is in 2016 voor de vierde keer het jaarlijkse onderzoek naar de inter-beoordelaarsbetrouwbaarheid uitgevoerd en vormen driemaandelijkse consensusbesprekingen inmiddels een standaard onderdeel van de werkwijze.

IFZ adviseurs beoordelen welke zorg en beveiliging een justitiabele nodig heeft

12 Jaarbericht NIFP 2016

Page 15: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

Interview Roland batta, (senior) coördinator IFZ

‘Sinds oktober 2007 werk ik als (senior)coördinator, voornamelijk voor de dienst Zuid-Nederland. Een belangrijke drijfveer in mijn werk is een sterk geloof in het systeem van het forensische zorgstelsel zoals dat in het afgelopen decennia is ontwikkeld. Centraal hierin staan de onafhankelijke indicatiestelling en de vraaggestuurde gedachte.

Het NIFP wil hét expertisecentrum zijn op het gebied van de forensische indicatiestelling. Ik sta achter dit streven, maar blijvende aandacht voor kwaliteit maakt of ambities ook in de toekomst worden waargemaakt. Het leveren van kwaliteit én uniformiteit is essenti-eel. Deze uitgangspunten vormen de identiteit en het bestaansrecht van IFZ.

Om te kunnen voorzien in een écht onafhankelijke indicatiestelling moeten we dezelfde taal spreken. De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid, checklists, een va-lide wegingsinstrument, consensusbesprekingen, het hanteren van dezelfde beslisregels en richtlijnen, een advies op tijd en daarnaast een goede samenwerking met ketenpartners zijn belangrijke elementen hierin. Zij zullen bijdragen aan de inhoud en consistentie van de indicatiestellingen voor de forensische zorg.Onafhankelijk van de regio en de persoon van de indicatiesteller streven we ernaar dat de mate van zorg en beveiliging recht doet aan de patiënt. Een vraag-gestuurde gedachte, waarbij de uitdaging is: ‘De juiste patiënt op het juiste bed’ te krijgen. Een uitdaging die niet alleen de forensische patiënt verdient, maar ook de samenleving'.

Roland Batta

‘Ontwikkelen, maar met blijvende

aandacht voor kwaliteit’

Jaarbericht NIFP 2016 13

Page 16: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

6. Gezondheidszorg in detentieDe afdeling Gezondheidszorg informeert en adviseert degenen met een sturingsverantwoor-delijkheid - zowel uitvoerende diensten als de bestuurslagen - over de geleverde kwaliteit en efficiëntie van zorg én hoe deze te verbeteren. vanuit haar expertise op het gebied van gezond-heidszorg binnen een justitieel kader is het NIFP verantwoordelijk voor de randvoorwaarden van zorgverlening aan justitiabelen. Hierdoor kunnen de justitiële inrichtingen op uniforme wijze verantwoorde en integrale zorg leveren. Dit doen wij door onder andere ontwikkelingen te signaleren en deze te vertalen naar de DjI situatie, de deskundigheid van zorgverleners te bevorderen en door de zorgverlening te monitoren. Doel is ook het zorgen voor verbinding tus-sen de uitvoering, het hoofdkantoor en externe ketenpartners.

6.1 Professioneel statuut zorg

De Inspectie Gezondheidszorg vereist dat zorgorgani-saties de verantwoordelijkheidsverdeling in de zorg-verlening helder en eenduidig beschrijven en vastleg-gen. Hoewel de directie(s) en de zorgprofessionals ten aanzien van de zorg hetzelfde doel nastreven, namelijk het bieden van goede zorg, hebben zij verschillende

verantwoordelijkheden bij het realiseren daarvan. Deze verschillende verantwoordelijkheden zijn beschreven in het professioneel statuut zorg. In 2016 is dit statuut ontwikkeld voor het gevangeniswezen en de vreemdelin-genbewaring. Het professioneel statuut richt zich op de gehele zorg in de penitentiaire inrichtingen, inclusief het Justitieel Centrum voor Somatische Zorg en de detentie-centra, die vallen onder de directie GW/VB. Uitgezonderd

De afdeling gezondheidszorg informeert en adviseert over de kwaliteit en efficiëntie van de zorg in detentie

14 Jaarbericht NIFP 2016

Page 17: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

zijn de penitentiair psychiatrische centra. Zij beschikken over een eigen professioneel statuut dat is toegesneden op hun klinische zorgsetting. Het professioneel statuut beschrijft:• De verantwoordelijkheden die rusten op het bestuur

(management) van de organisatie bij het treffen van de juiste randvoorwaarden.

• De verantwoordelijkheidsverdeling tussen professionals onderling die in multidisciplinair verband zorg bieden.

6.2 Verbetertraject mondzorg

De hoofddirectie DJI heeft begin 2016 ingestemd met een voorkeurscenario voor doelmatige levering van mondzorg in de inrichtingen van DJI. Het project Verbetering mondzorg kreeg de opdracht om de impact van het scenario op organisa-tie en financiën uit te werken. En de omslagpuntberekening voor de inzet van tandartskamer of –bus te vertalen naar de praktische uitvoering van DJI. Dit heeft in 2016 geleid tot diverse veldconsultatierondes bij vestigingen en de belang-rijkste ondersteunende diensten. De resultaten hiervan wor-den verwerkt in een plan voor toekomstbestendige mondzorg. Het plan geeft richting voor de organisatie en financiering van mondzorg.

6.3 Inkoop zorg

De adviseurs van de afdeling Gezondheidszorg hebben in 2016 bij diverse inkooptrajecten een inhoudelijke bij-drage geleverd. De aandacht gaat daarbij vooral uit naar de kwaliteit van zorg. In sommige gevallen kan de wijze van inkopen, maar ook de implementatie, veel impact hebben op de leveringen van zorg en dienstverlening. Een van de inkooptrajecten betrof het tandartsinformatiesysteem (TIS). Het TIS is een elektronisch patiëntendossier dat het papieren tandartsdossier in de inrichtingen vervangt.

6.4 Klachten en machtigingen

KlachtbemiddelingMedisch en tandheelkundig adviseurs treden op als onafhan-kelijk bemiddelaar bij klachten van justitiabelen over de zorg nadat deze klacht eerst lokaal zijn behandeld door het hoofd zorg. Het doel is om tot een voor beide partijen aanvaard-bare oplossing te komen. In 2016 zijn 226 medische klachten en 45 mondzorg klachten bemiddeld.

Machtigingen Bij machtigingen beoordelen de medisch en tandheelkundig adviseur of aanvragen voor medische of tandheelkundige zorg correct zijn ingediend en medisch noodzakelijk zijn. In 2016 zijn 945 tandheelkundige en 368 medische machtigin-gen afgehandeld.

Interview lidwine boesten, adviseur afdeling Gezondheidszorg

‘Sinds 2007 werk ik als farmaceutisch adviseur bij DJI. Ik ben vooral actief op het grensvlak tussen farmacie en wet- en regel-geving. Bijzonder binnen DJI is dat de apo-theker de patiënt nooit ziet, en dus volledig moet afgaan op de informatie die door de arts wordt gegeven. Dat is in de vrije maat-schappij anders. De apotheker levert binnen DJI farmaceutische zorg, een dienstverlening ten behoeve van de medicatieveiligheid. Far-maceutische zorg is niet alleen het leveren van de pillen, maar ook het geven van advies door de apotheker in de rol als medebehan-delaar of specifiek deskundige.

De laatste jaren is medicatieveiligheid ‘hot’. In februari 2016 is het eindrapport audits medicatieveiligheid vastgesteld. In het rap-port staan aanbevelingen op het gebied van medicatieveiligheid naar aanleiding van au-dits die bij tien inrichtingen zijn uitgevoerd. Eén van de aanbevelingen is het verbeteren van het proces uitdelen van medicatie. Het is de laatste schakel in het medicatieproces en alle veiligheidsmaatregelen die eerder in het proces zijn genomen, zijn voor niets als deze stap niet veilig wordt uitgevoerd.

De afdeling Gezondheidszorg werkt samen met het hoofdkantoor van de Dienst Justitiële Inrichtingen om het proces van het uitdelen van medicatie door PIW’ers/toezichthouders verder te professionalise-ren. Er wordt onder andere gekeken naar de scholing voor executief personeel belast met het verstrekken van medicatie. Bij de uitwerking en implementatie heeft afdeling Gezondheidszorg een specialistische (op inhoud) en ondersteunende rol. Ook in 2017 wordt er verder gewerkt aan het oppakken van diverse aanbevelingen uit de audit.’

De laatste jaren is medi-catieveiligheid ‘hot'

‘Apotheker levert niet alleen de

pillen’

Jaarbericht NIFP 2016 15

Page 18: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

7. WetenschapDe ontwikkeling en het beheer van wetenschappelijke kennis op het gebied van forensische psychiatrie en psychologie is binnen het NIFP belegd bij bureau Wetenschap. Het NIFP werkt vanuit zijn rol als kennisinstituut permanent aan het ontwikkelen en verzamelen van kennis op dit terrein.

7.1. Promotieonderzoek over persoonlijkheidsstoornissen en de gevolgen voor het strafproces

De aanwezigheid van een persoonlijkheidsstoornis leidt in Nederland tot verminderde toerekeningsvatbaarheid en een advies voor tbs-behandeling. Dat concludeert Marleen Spaans in haar proefschrift ‘Personality patho-logy in a forensic setting: Prevalence, assessment, and prognostic value for treatment’. Het onderzoek is uitge-voerd binnen Pieter Baan Centrum van het NIFP.

Onderwerp van onderzoek is de relatie tussen persoon-lijkheidsstoornissen en psychopathische trekken bij PBC-verdachten en de uitspraak van de rechter over straf en/of behandeling. Het onderzoek laat zien dat zelfrap-portage-instrumenten minder geschikt zijn om per-soonlijkheidsstoornissen aan te tonen in een forensisch kader. De resultaten wijzen op kwesties als (dis)simulatie, onbedoelde zelfdeceptie en de invloed van bepaalde persoonskenmerken.

Paul Smits (klinisch psycholoog) en Maaike Kempes (senior onderzoeker afdeling Wetenschap) buigen zich over de SWAP

16 Jaarbericht NIFP 2016

Page 19: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

VERA-2R binnen de Nederlandse strafrechtketen

✓ mede auteur VERA-2R✓ opleider✓ kwaliteitsbewaker✓ onderzoek (internationaal), doorontwikkelaar van het instrument

7.2. Eerste resultaten SWAP (Shedler-Westen Assessment Procedure)

Naar aanleiding van het hierboven genoemde proef-schrift rijst de vraag of persoonlijkheidspathologie in een forensische setting wel goed in kaart wordt gebracht. De beoordeling van persoonlijkheidsstoornissen (van belang in het kader van uitspraken over de ontwikkeling van verdachten) is in een forensische populatie gecompli-ceerd. Zelfrapportagevragenlijsten zijn beperkt bruikbaar. De indruk op basis van gespreksgegevens en contactin-drukken is kwetsbaar voor subjectieve vertekeningen. Een mogelijke oplossing biedt de Shedler-Westen Assessment Procedure (SWAP). Dit is een methode waar-mee psychologen en psychiaters hun (klinische) indruk van persoonlijkheidsstoornissen bij mensen kunnen systematiseren en toetsen. Het NIFP onderzoekt of deze methode bruikbaar is bij mensen die verdacht worden van een misdrijf. We voeren een serie van onderzoeken uit naar de waarde van dit instrument voor forensisch psychiatrische en psychologische beoordelingen, onder meer gericht op de sensitiviteit van het instrument en de waarde ervan bij forensische risicotaxatie.De SWAP kan een waardevolle uitbereiding van het instrumentarium van de gedragsdeskundige zijn. Het systematiseert het klinisch oordeel en doet bovendien recht aan diverse forensisch relevante aspecten van

persoonlijkheidsstoornissen die niet of onvoldoende meegenomen worden in bestaande instrumenten.

7.3. VERA-2R

De VERA-2R is een instrument voor de gestructureerde inschatting van de kans op gewelddadig extremistisch handelen. Het beter inschatten van deze kans is hard nodig bij personen die verdacht worden van, of veroor-deeld zijn voor, terrorisme. De VERA-2R is door het NIFP ontwikkeld, samen met de Canadese Elaine Pressman. Er zijn trainingen ontwikkeld die worden aangeboden aan rapporteurs, maar ook aan ketenpartners in het binnen- en buitenland. Het instrument wordt inmiddels gebruikt door de gespecialiseerde reclassering, door rapporteurs pro Justitia, op de Terrorisme Afdelingen van DJI, en door de landelijke eenheid van de politie. Ontwikkeling, training en implementatie van de VERA-2R waren mogelijk met financiering van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid en het Directoraat-Generaal Straffen en Beschermen van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Verder ontwikkelen we, in samen-werking met Europese partners, een Europese database voor geanonimiseerde gegevens van gewelddadige extremisten.

DE stRAFREcHtKEtEN

NIFP

POlItIE AIvDOM/

REcHtsPRAAK REclAssERINGPRO justItIA

RAPPORtEuRsGEvANGENIs-

WEZEN DjI

✓ gebruiken instrument voor prioritering bij opsporing

✓ gebruiken instrument voor prioritering bij opsporing

✓ gebruiken instrument voor duiding van risico op extremistisch geweld

✓ gebruiken instrument voor differentiatie en maatwerk

✓ gebruik instrument voor opstellen risicoprofiel

✓ aanvrager onderzoek

✓ ontvanger bevindingen

Jaarbericht NIFP 2016 17

Page 20: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

8. OpleidenHet NIFP organiseert diverse opleidingen en trainingen op het gebied van forensische psychiatrie en psychologie. Deze opleidingen en trainingen zijn bedoeld voor mensen die verbonden zijn aan onze organisatie, maar ook voor ketenpartners zoals het Openbaar Ministerie, de politie of de Reclassering. Ook coördineren wij stage- en opleidingsplaatsen.

In 2016 is veel aandacht uitgegaan naar de revisie van de opleiding voor pro Justitia rapporteur. Meer hierover leest u in het hoofdstuk Rapportage. Ook is een opleiding ontwikkeld in het kader van de FMOA, het Forensisch Medisch Onderzoek Asiel. Deze vorm van onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Er is een verdiepingstraining ‘Radicalisering en multicultureel vakmanschap’ ontwik-keld voor psychologen, psychiaters en ketenpartners. Per 1 januari 2017 is de DSM 5, het diagnostisch en statistisch handboek voor psychische stoornissen, in werking getre-den. In dit kader zijn trainingen gegeven aan psychologen en psychiaters.

Interview Paul smits, klinisch psycholoog

‘De SWAP is een instrument dat midden jaren ’90 in Amerika is ontwikkeld en enkele jaren terug is vertaald naar het Nederlands. Het kreeg toen de naam SWAP-200-NL. Het is een set van tweehonderd persoons-beschrijvingen, waarbij de psycholoog of psychiater aangeeft in hoeverre een beschrijving typerend is voor een verdachte. De set bestrijkt het hele spectrum van persoonlijkheidspathologie. Veel landen gebruiken het al. De vraag die het NIFP in samenwerking met onder-zoekers van de Radboud Universiteit onderzoekt, is of dit instrument ook in de forensische setting in Neder-land een toegevoegde waarde heeft. Uit verschillende buitenlandse studies, in onder andere de VS en Duits-land, is die toegevoegde waarde namelijk gebleken.

De beoordeling van persoonlijkheidspathologie is voor ons werk heel belangrijk. In de reguliere geestelijke gezondheidszorg is het gebruik van zelfrapportage-instrumenten gebruikelijk. In zo’n geval vult een cliënt een vragenlijst zelf in. In de forensische setting is deze methode minder bruikbaar. Er spelen vaak procesbe-langen van de onderzochte mee. Verder hebben we te maken met een populatie waarbij een gebrek aan zelfinzicht het gebruik van zelfrapportage dikwijls bemoeilijkt.

Het klinisch oordeel is belangrijk bij forensisch gedragskundig onderzoek. Dit oordeel is gebaseerd op alle informatie die een psycholoog of psychiater ter beschikking staat, zoals informatie afkomstig van de verdachte, dossierinformatie, informatie van de familie of andere hulpverleners en de manier waarop een verdachte omgaat met de onderzoekssituatie en met de onderzoeker. Alleen, ook dit oordeel is gevoelig voor vertekening en een zekere mate van subjectivi-teit. De SWAP kan hier een oplossing voor bieden. Het systematiseert en toetst het klinisch oordeel. Daarom zijn wij in 2016 gestart met wetenschappelijk onder-zoek naar het instrument. Ook worden vanuit het NIFP trainingen aangeboden voor de rapporteurs in het gebruik van de SWAP. In 2016 zijn al ruim honderd rap-porteurs getraind.’

‘De SWAP systematiseert

en toetst het klinisch oordeel’

Paul Smits

18 Jaarbericht NIFP 2016

Page 21: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

9. OndernemingsraadBegin 2016 ging de ondernemingsraad (OR) van het NIFP na de verkiezingen van eind 2015 in nieuwe samenstel-ling van start. De nieuwe leden kregen scholing op het gebied van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) en er werd geïnvesteerd in teambuilding door middel van een tweedaagse training. De OR was betrokken bij de evaluatie van de reorganisatie door het onafhankelijke onderzoeksbureau Berenschot. De OR is met de bestuur-der in gesprek gegaan over de aanbevelingen en de aanpassingen die de bestuurder voornemens is te doen in de aansturing van de ambulante diensten en de bedrijfs-voering op die locaties. De OR heeft instemming verleend

op het protocol veilig omgaan met informatie en op de urennorm nevenwerkzaamheden. Tevens heeft de OR een beroep gedaan op zijn instemmingsrecht voor wat betreft de roostersystematiek van de verplichte Avond-, Nacht- en Weekenddiensten. Dit heeft geresulteerd in een instem-mingstraject dat in 2016 nog niet was afgerond. Tot slot is er eind 2016 een adviestraject gestart met betrekking tot de pilot moeilijk onderzoekbaren in het Pieter Baan Centrum en een instemmingstraject met betrekking tot het koppelen van cijfers uit de registratiesystemen aan medewerkers.

10. PersoneelBezetting in fte, peildatum december 2016

Hoofdkantoor

Directie 2

Bedrijfsvoering 11,3

Bestuursbureau 10,6

Wetenschap en Opleiding 9,7

Psychologische zorg 3,6

Gezondheidszorg 14,7

Pbc

Leiding 3,84

Psychiaters 8,87

Psychologen 6,74

Milieuonderzoekers 10,41

Juristen 6,83

Medewerkers leefafdelingen 47,44

Administratie 4,72

Bewaking 38,25

Ondersteuning 6,61

Medische dienst 1,72

Dienst ondersteuning psychodiagnostiek 2,78

Ambulante diensten

Hoofden van dienst 5,63

Psychiaters 59,64

Psychologen 18,47

Juristen 9,96

Administratie 43,41

Coördinatoren IFZ 19,99

Bedrijfsvoerders 4,11

Jaarbericht NIFP 2016 19

Page 22: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

11. 2016 in getal Rapportage Gezondheidszorg

Psychiatrische Zorg

Indicatiestelling Forensische Zorg

4094

505

143

Totaal aantal rapportageproducten

* Op aanvraag van OM of ZM adviseert het NIFP over de noodzaak van een onderzoek en over welk soort onderzoek het beste kan worden ingezet. Daarbij kan een mogelijke zorg-vraag van belang zijn. De Rechter-commissaris (of de Officier van Justitie) wil ten tijde van de vordering in bewaringstelling geadviseerd worden over de benodigde zorg die de verdachte in detentie nodig heeft.

verrichtingen Zorg 2016 GW vb

Psycho-Medisch Overleg 1925 182

Afdelingsconsultaties 3019 362

(Her)intakes (incl. Inrichting Stelselmatige Daders)

2982 418

Zorgconsulten (incl. spoed-) 7601 478

Crisisinterventie 23 4

Inbewaringstellingsprocedures en verklaringen 52 1

Verwijzing bij einde detentie (ontslag- en vervolgzorg)

107 7

TBS passantenbeoordeling 6

Klinische lessen/teamcoaching 25 2

Reguliere indicatie-

stellingen

PPC indicatiestellingen

TBS indicatie­stellingen

PBC klinische rapportage

Rapportage jeugd civiel

Rapportage pro Justitia jeugd straf

Maatregeladvies rapportages

Bemiddelde pro Justitia rapportages

Consultatie rechtspleging

Individuele medische advisering

Aanvragen veroordeelden

Eerste plaatsing/divisie individuele zaken

94

AICE/Min. V&J 119

Gratieverzoek/Justus 21

Aanvragen gedetineerden

Casemanagers, directeuren en OM

40

Strafonderbrekingen 78

Tijdelijk verlaten van de inrichting

164

Overplaatsingen 54

Uitleveringen: AIRS, IOS, OM, DGR&R

2

Letselschadezaken JZ(DJI) 5

Onderzoek justitiabele thuis of NIFP

18

Toezenden medische gegevens aan inrichtingsartsen

89

12.005

3.406

790

1.087

1.717

224

Bemiddelde pro Justitia rapportages

Maatregeladvies rapportages

Rapportage pro Justitia jeugd straf

Rapportage jeugd civiel

PBC klinische rapportage

Consultatie rechtspleging*

20 Jaarbericht NIFP 2016

4.781

Page 23: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

Gezondheidszorg

Het NIFP is een landelijke dienst van de Dienst Justitiële Inrichtingen, een onderdeel van het ministerie van Veiligheid en Justitie.

AdressenHoofdkantoorPostadresPostbus 13369 3507 LJ UtrechtBezoekadresHerman Gorterstraat 53511 EW Utrechtt 088-0710 140e [email protected]

NIFP Noord­HollandPost- en bezoekadres Emmalaan 7 1075 AT Amsterdamt 088 - 0710 200 e nifpnoordholland@dji.

minjus.nl

NIFP Zuid­HollandPost- en bezoekadres Oranjestraat 10 2514 JB Den Haagt 088 - 0710 360 e [email protected]

NIFP Zuid­NederlandPostadres Postbus 26 5201 AA ’s HertogenboschBezoekadresLeeghwaterlaan 25223 BA ’s Hertogenboscht 088 - 0710 300 e nifpzuidnederland@dji.

minjus.nl

NIFP Midden­NederlandPostadresPostbus 8003500 AV UtrechtBezoekadresHerman Gorterstraat 53511 EW Utrechtt 088 - 0710 550 e nifpmiddennederland@dji.

minjus.nl

NIFP Noord­Oost NederlandPostadresPostbus 8708000 AW ZwolleBezoekadresSchuurmanstraat 28011 KP Zwollet 088 - 0710 600 e nifpnoordoostnederland@dji.

minjus.nl

NIFP Pieter Baan CentrumPost- en bezoekadres Gansstraat 170 3582 EP Utrecht t 088 - 0710 700 e [email protected]

www.nifpnet.nlHet NIFP is een landelijke dienst van de Dienst Justitiële Inrichtingen, een onderdeel van het ministerie van Veiligheid en Justitie.

Page 24: Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en ... · Interview theo bakkum, docent in de opleiding tot pro justitia-rapporteur (en met ingang van begin 2017 portefeuille-houder

Dit is een uitgave van:

NIFP/DJIPostbus 13369 | 3500 LJ Utrechtt 0800 646 39 51e [email protected]

Mei 2017 | 1702708

www.nifpnet.nl