102
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2012 2013 Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign Wealth Fund alleviate capital flight in times of commodity price volatility? Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Economische Wetenschappen Simon Ghiotto onder leiding van Prof. Koen Schoors

Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

  • Upload
    others

  • View
    2

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

I

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

ACADEMIEJAAR 2012 – 2013

Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign Wealth Fund

alleviate capital flight in times of commodity price volatility?

Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van

Master of Science in de Economische Wetenschappen

Simon Ghiotto

onder leiding van

Prof. Koen Schoors

Page 2: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

II

Page 3: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

III

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

ACADEMIEJAAR 2012 – 2013

Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign Wealth Fund

alleviate capital flight in times of commodity price volatility?

Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van

Master of Science in de Economische Wetenschappen

Simon Ghiotto

onder leiding van

Prof. Koen Schoors

Page 4: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

IV

- PERMISSION Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden, mits bronvermelding. Simon Ghiotto - PERMISSION The undersigned declares that the contents of this master thesis can be consulted and/or reproduced, with respect to citations. Simon Ghiotto

Page 5: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

V

Acknowledgements

Page 6: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

I

Table of Contents

1. Introduction .................................................................................................................. 1

2. Sovereign Wealth Funds .............................................................................................. 1

2.1 What are Sovereign Wealth Funds? ...................................................................... 1

2.2 Why are Sovereign Wealth Funds established, what is their (intended)

function? ........................................................................................................................... 3

3. Capital Flight...............................................................................................................24

4. Oil Price Volatility ...................................................................................................... 27

5. Methodology ...............................................................................................................28

5.1 Subsample .............................................................................................................28

5.2 Capital Flight ....................................................................................................... 29

5.3 SWF Dummy ....................................................................................................... 29

5.4 Oil price volatility ............................................................................................... 29

5.5 Control Variables ................................................................................................. 30

5.6 Panel Unit Root testing ........................................................................................ 41

6. Empirical Model ......................................................................................................... 43

6.1 The Base Model .................................................................................................... 43

6.2 Models Based on the Maddala-Wu test ............................................................. 44

6.3 Models based on the Phillips-Perron test: contemporaneous .......................... 46

6.4 Models based on the Phillips-Perron test: Lagged and Leading variables ....... 49

7. Estimation Results ...................................................................................................... 54

7.1 The Base Model .................................................................................................... 54

7.2 Models based on the Maddala-Wu unit root test: ADF1 to ADF4 ..................... 55

7.3 Models based on the Phillips-Perron unit root test: PP1 to PP4 ....................... 62

7.4 Models based on the Phillips-Perron test: expanding beyond

contemporaneous values, PP5 to PP9 .......................................................................... 68

8. Discussion ...................................................................................................................76

9. Conclusion ..................................................................................................................78

Page 7: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

II

Dutch Synopsis/ Nederlandstalige Samenvatting

In het verloop van deze masterproef zal ik de hypothese onderzoeken dat de

aanwezigheid van een Sovereign Wealth Funds het fenomeen van kapitaal vlucht uit

landen die olie exporteren zou verminderen ten tijde van olie prijs volatiliteit. Een

Sovereign Wealth Fund is een investeringsfonds in handen van de overheid met,

afhankelijk van het type fonds, verschillende functies. In de loop van het laatste

decennium is de belangstelling voor dit soort fondsen enorm gegroeid, zowel door de

enorme groei in aantal als in wereldwijd totaal kapitaal beheert door hen, in 2011 reeds

meer dan 5.000 miljard dollar. Er is echter weinig onderzoek naar de effectiviteit van

deze fondsen voor het thuisland, er wordt vooral gefocust op de landen en bedrijven

waarin deze fondsen investeren. Ik zal dan ook hun effect op kapitaalvlucht, het in het

buitenland bewaren of investeren van binnenlandse inkomsten en fondsen. Specifiek

kijk ik naar een groep olielanden over een periode van 1977 tot 2011 om met behulp van

panel regressies het effect van dit soort fondsen en olie prijs volatiliteit te bepalen. Ik

gebruik ook een groot aantal controle variabelen om de te onderzoeken effecten in

kwestie te isoleren. Ik begin met een eenvoudig basis model, dan vul ik het aan met de

controle variabelen. In een later stadium integreer ik ook waarden van het jaar

voordien en het daaropvolgende jaar, en kijk ik ook naar volatiliteit over een periode

langer dan 1 jaar.

De resultaten zijn niet eenduidig gezien niet enkel de te onderzoeken variabelen

andere tekens hebben in verschillende modellen maar ook controle variabelen zich

ander gedragen dan economische theorie zou voorspellen. Zowel de fondsen als het

effect van olie prijs volatiliteit hebben niet het verwachte effect op kapitaalvlucht, maar

ik haal ook reeds enkele redenen aan waarom de resultaten niet eenduidig zijn.

Ondanks het feit dat verder onderzoek nodig is om de effecten te verduidelijken zijn er

toch interessante resultaten te bespeuren in de berekende regressies.

Page 8: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

III

Table of Abbreviations

ADIA Abu Dhabi Investment Corporations

ADF Augmented Dickey Fuller

BoP Balance of Payments

BS Booming Sector

BRIC Brazil, Russia, India and China

CF Capital Flight

CNOOC China National Offshore Oil Corporation

EIA Energy Information Administration

ECA Excess Crude Account

FDI Foreign Direct Investment

GPFG Government Pension Fund Global

GDP Gross Domestic Product

GNI Gross National Income

IFSWF International Forum on Sovereign Wealth Funds

IMF International Monetary Fund

IWG-SWF International Work Group on Sovereign Wealth Funds

LS Lagging Sector

LIA Libyan Investment Authority

M-W Maddala – Wu

NTS Non-Tradable Sector

PP Phillips-Perron

SWF Sovereign Wealth Fund

UNCTAD United Nations Conference on Trade and Development

USD United States Dollar

WTI West Texas Intermediate

Page 9: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

IV

Table of Figures, Graphs and Tables

Figure 1: Resource Rents with Grabber friendly institutions p.9

Figure 2: Resource Rents with Producer friendly institutions p.10

Figure 3: Growth Paths p.11

Table 1: Summary presentation of Broad and Hot Money measuring procedure p.26

Table 2: Abbreviations for variables p.40

Table 3: Models ADF1 to ADF4: specification p.46

Table 4: models PP1 to PP4: specification p.48

Table 5: Models PP5 to PP9: specification p.52

Table 6: Base Model and Models ADF1 to ADF4: Results p.59

Table 7: Models PP1 to PP4: Results p.65

Table 8: Models PP5 to PP9: Results p.74

Page 10: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

1

1. Introduction

In the process of this thesis I will first examine the current state of Sovereign Wealth

Funds (SWFs) worldwide, such as which countries have them, what is the origin of the

fund, what is their current, or last known, size and other major characteristics of

SWFs. A major part of the current literature focusses on the political economy effects

of SWF investments in a host country or the corporate finance effects on the firm in

which the SWF invests, but the positive effect on the investing country is often merely

true by assumption. Studies regarding the effectiveness of SWFs are limited. This is

why after the descriptive part I will examine whether or not the presence of a SWF

helps against capital flight in the face of volatility in prices of the underlying

commodity, specifically oil. Although I will compile a thorough list of worldwide SWFs

in the first part of the thesis, for my regressions I will have to omit several due to the

origin of SWFs, some are not commodity-based, and lack of data. Since a SWF reduces

uncertainty, I will examine the hypothesis that the presence of a SWF in times of oil

price volatility reduces capital flight. I will also note that I am examining the

effectiveness, not the efficiency. Studying its efficiency would require an extensive

cost-benefit analysis as well as comparison with other ways of dealing with the

problems caused by a large surplus. If found effective, studying the efficiency of SWFs

should be the topic of further study.

2. Sovereign Wealth Funds

2.1 What are Sovereign Wealth Funds?

The use of SWFs in global economics as well as the study of SWFs is a field of

economics which is yet to mature. Although not an entirely new phenomenon, with

the oldest one, the Texas Permanent School Fund, stretching back to 1854 and several

oil and gas based funds having been established in the 1950’, their numbers have

swelled in recent years with 41 out of 72 funds having been formed after 2000. Not only

their numbers but also their assets under management have risen to about 5 trillion

dollars in 2011. As the very term of a Sovereign Wealth Fund is very ambiguous and can

Page 11: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

2

cover a wide range of funds, each tailored for the needs of a specific country or region

as well as the fact some of the SWFs I will discuss have been around longer than the

term Sovereign Wealth Fund itself I have chosen to continue with the definition used

by the International Forum for Sovereign Wealth Funds (IFSWF), an organisation

which was established by the International Work Group on Sovereign Wealth Funds

(IWG-SWF). The IWG-SWF was a temporary and now dissolved subsection of the

International Monetary Fund (IMF).

“SWFs are defined as special purpose investment funds or arrangements, owned by the

general government. Created by the general government for macroeconomic purposes,

SWFs hold, manage, or administer assets to achieve financial objectives, and employ a

set of investment strategies which include investing in foreign financial assets. The SWFs

are commonly established out of balance of payments surpluses, official foreign currency

operations, the proceeds of privatizations, fiscal surpluses, and/or receipts resulting from

commodity exports.” (IWG-SWF 2008 p. 27)

There are however many other definitions, which in broad terms overlap, but there are

a few notable differences. Some funds such as the Alberta Heritage Savings Trust Fund

in Canada and the Texas Permanent School Fund in the United States which in my

study and in this definition will be classified as SWFs are not on a national level but on

a regional/state level, and according to some definitions such as the one from

Investopedia, a Forbes Media web site, this would mean these would not qualify as a

Sovereign Wealth Fund. Another important distinction according to many definitions

between SWFs and other government investment vehicles is a foreign outlook on

investments. Foreign investment should be included in the portfolio, and play a major

part in it. A fund such as the Palestine Investment Fund or the Khazanah Nasional

Fund in Malaysia that invests primarily in domestic assets and uses its foreign

investments merely as a tool to diversify or not at all should not be viewed as a SWF

according to this definition since domestic investments negate a lot of the major

reasons for establishing a SWF in the first place. The macroeconomic purposes a SWF

fulfils will be discussed in more detail in paragraph 2.2 (infra, p.3-4). In annex I I have

included a sample of definitions including the previously mentioned Investopedia

Page 12: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

3

definition, which gives an idea about the scope of the definitions, but this list is by no

means exhaustive.

I already stated that each SWF is tailored for the need of the investing country, so it

should come as no surprise that the origins of the funds can be myriad. The largest

distinction can be made between commodity and non-commodity funds, respectively

48 and 23 funds in each category. Within commodity funds oil and gas revenues

constitute a vast majority of the funds with 44 out of 48 funds.

As I will research the effect of a SWF on capital flight when faced with oil price

volatility I will focus on the oil and gas based ones.

2.2 Why are Sovereign Wealth Funds established, what is their

(intended) function?

I have already mentioned and will stress several times that SWFs are established by

each country individually which designs the SWF based on its specific needs. Up until

recently there was no inter-governmental organisation that organised regular meetings

of SWF managers and board members. It wasn’t until May 2008, when there were

already 57 SWFs active, that the IWG-SWF was formed, which in turn created the

more permanent organisation the IFSWF in April 2009. The IWG-SWF released its

“Santiago Principles” paper in October 2008 which was the first step towards

standardisation of SWFs, but it is a voluntary charter which has a limited membership

of 24 home countries, most of which are host countries as well. I will use the term

home countries throughout the paper to denote countries that have established a SWF

and host countries to denote countries in which SWFs have invested. The membership

is limited as only 24 home countries participate, out of 51 countries having at least one

SWF. The Generally Accepted Principles and Practices themselves are also only

intended as a framework for the SWFs.

Although it is not unheard of that funds combine functions, or evolve from one

function to another primary function as the global economy changes or the fund

grows, five types of SWFs can be distinguished(IMF 2008).

First we have stabilization funds (IMF 2008), found within the commodity based

SWFs, whose main objective is to insulate the budget and the economy against price

shocks of the underlying commodity. Second are the savings funds (IMF 2008). These

Page 13: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

4

are also predominant in the commodity based funds but not limited to them. Their

function is to convert current wealth from often non-renewable assets into a

diversified portfolio which benefits the future generations as well as the current. These

also play a major role in reducing the effects of the Dutch Disease (infra, p.4-7). When

commodity based funds start off with the main purpose of stabilization, their sheer

size can cause an evolution to a savings fund without an explicit intention to do so.

Third we have development funds (IMF 2008) which help fund socio-economic

projects or promote certain targeted sectors. Fourth come the reserve investment

corporations (IMF 2008), who are often still counted as part of the reserve assets but

aim for a higher return on reserves. Fifth at last are the contingent pension reserve

funds (IMF 2008), which provide for contingent unspecified pension liabilities on the

government balance sheet. This is not always a clear cut way of distinguishing SWFs as

for instance the Norwegian SWF, Government Pension Fund Global (GPFG), might

seem like a contingent pension reserve fund, its capital isn’t earmarked and it is

designed so it invests the windfall gains from petroleum exploitation by Norway and

distributes it over current and future generations, thus making it a savings fund. Also

note that there is a difference between pension funds, and sovereign wealth contingent

pension reserve funds. Whereas the former collects its income from the current

working population to invest it and redistribute when said age group retires, a

sovereign wealth contingent pension savings fund gets its inflow of capital from

another source, such as commodity revenues or budget surpluses, but earmarks its

future capital for the specific purpose of paying pension liabilities.

Now that we have an idea about what Sovereign Wealth Funds are, we can look at why

they are founded, what are the problems that they are meant to solve.

2.2.1 Dutch Disease

The Dutch Disease is a term first coined in the magazine The Economist in their 1977

article regarding the decline of the Dutch manufacturing industry1 after the discovery

of natural gas reserves in the North Sea in the 19601.

1 "The Dutch Disease" (November 26, 1977). The Economist, pp. 82-83

Page 14: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

5

It is a phenomenon that goes back centuries, as Forsyth and Nicolas have shown in

their 1983 article regarding the decline of Spanish manufacturing after the discovery of

the new world, and the sudden inflow of gold and silver that followed in the sixteenth

century. Forming a sovereign wealth fund is a way to combat this Dutch Disease but

ironically, not only have the Netherlands chosen not to form a SWF but it can be

argued that the Dutch Disease is not Dutch at all, but that the adverse effects on

manufacturing were due to an unsustainable level of social services funded by the gas

revenues (Corden 1984).

The following model is based on Corden (1984), which is to this day still one of the

more influential and often quoted papers on the subject as it provided a

comprehensive overview of several models and ways in which the Dutch Disease

works. I will summarise these ideas, but for further reading on the subject I highly

recommend Corden (1984) as well as the more recent Van der Ploeg (2010).

Although there are many models, many mechanisms through which the Dutch disease

work (most of which are not mutually exclusive, but could actually reinforce each

other) the main principle is that after a discovery of natural resources de-

industrialisation occurs. The core model divides the economy in the Booming Sector

(BS), in which the discovery is made, the Lagging Sector (LS), a grouping of all the

manufacturing sectors that cannot benefit from the discovery, and the Non-Tradable

Sector (NTS). As the BS booms wages and capital rents increase in this sector.

If this increase in income is spent, as is usually at least partly the case, either directly or

through government spending funded through higher tax revenues, this causes the

Spending Effect. The increase of demand will raise the price of Non-Tradable

(produced in NTS) relative to tradable (produced in BS and LS) and cause a real

appreciation of the currency. Resources will be drawn away from BS and LS towards

NTS.

Apart from the spending effect we can also discern the Resource Movement Effect

which entails that the marginal product of labour in BS rises so that demand for labour

in BS rises, drawing wages and labour upward.

So far we can see the direct de-industrialisation resulting from the movement of labour

away from LS towards BS. Additionally there will be a movement of labour out of NTS

Page 15: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

6

into BS which will raise demand for non-tradables additional to the excess demand due

to the spending effect, bringing about an appreciation of the currency. This in turn

leads to movement of labour out of LS into NTS, causing indirect de-industrialisation.

As the spending effect and the resource movement effect influence the demand for

NTS in different ways, respectively upward and downwards, the net result on NTS

depends on the size of each effect. We can however conclude that demand for the

Lagging industry, which is usually export oriented manufacturing, will drop. This is in

essence the Dutch Disease. Here we explained the resource movement and spending

effect on the labour market, but on a longer term a similar situation will occur on the

capital market.

We also included 3 sectors in our model, assuming that labour is mobile across sectors,

but it is not a far leap to imagine a situation where mobility across sectors is restricted,

for instance if the Booming Sector, the natural resource extraction sector, uses highly

specialised labour or even has its own workforce from abroad work in the industry.

This causes enclave growth and we will only see the spending effect. The main

instrument of resource allocation will now be the real appreciation of the currency,

here BS employment will be higher, LS employment will be lower and NTS

employment will definitely be lower as well, there is no resource movement effect to

induce upward pressure. Another thing we should mention that although the original

Dutch disease focuses on manufacturing, if agriculture is the main export pre resource

boom, as is the case for many developing countries, the decline of the Lagging Sector

could be a de-agriculturalisation. (Corden 1984)

Now that we have our basic model we can expand by adding complications such as

adding a certain amount of sector specific capital, introducing international capital

and labour mobility, analysing the benefit of the real exchange rate appreciation on

importing sectors, decomposing the lagging sector or introducing measures protecting

the lagging sector during the boom, which in the case of non-renewable resources in

temporary by definition, and many more, but that would lead us to far from our

original topic.

We have also focused on the negative effect from a boom, but through knowledge spill

overs or learning-by-doing effects a temporary sector specific boom could in theory

Page 16: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

7

benefit the whole of the economy. Another possibility is that the capital-intensive

manufacturing sector is the booming sector, in which case pro-industrialisation will

occur thanks to the resource movement effect, which in this case will be greater than

the de-industrialisation caused by the spending effect. (Corden and Neary, 1982)

As Van Der Ploeg showed in his 2010 paper: Natural Resources: Curse or Blessing? The

discovery of natural resources need not necessarily lead to de-industrialisation or the

often quoted resource curse, but if a country has good institutions it can benefit greatly

from the discovery, such as Norway and Botswana have clearly illustrated. About forty

per cent of the Gross Domestic Product (GDP) of Botswana stems from diamonds, but

it has beaten the resource curse and discovered a resource blessing. It has one of the

highest public expenditures on education as a fraction of GDP, and its GDP per capita

compared to Nigeria, a country often used as an example of the resource curse, went

from around 65% in the first half of the ‘60 and about equal up until the late ‘70 to

about six fold that of Nigeria today, with heights of almost fourteen fold in the early

’90(Sarraf and Jiwanji 2001 and own calculations based on World Bank Data).

2.2.2 Other explanations for the Resource Curse

Although I have elaborated on the Dutch disease since that is a purely economic

mechanism where the function of a sovereign wealth fund is very clear (supra, p.4-7))

there are several other explanations for the resource curse.

Another such explanation can be found in papers such as Van Wijnenbergen (1984a),

Krugman(1987) or Matsuyama (1992) which state that the resource curse is due to the

fact that endogenous growth stems from human capital spill-over effects such as

learning-by-doing (increased productivity through cumulative production quantities)

and that these spill-over effects are strongest in the manufacturing sector, whereas

they are quite weak in the resource extraction sector. If the company that extracts the

resource is a multinational which employs its own foreign workforce, there hardly is

any spill-over possible. Matsuyama argued that not only manufacturing could be the

declining traded sector where spill-over effects are strong, but for some countries it

could be agriculture.

Other authors argue that it is not the presence of resources, but resource dependence

and volatility of the commodity prices that cause the resource curse (Knack and

Page 17: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

8

Keefer, 1995; Mansano and Rigobon, 2001). According to these authors the ’80 debt

crisis was caused by resource rich countries borrowing heavily in the ’70, when

commodity prices were high, thinking that future resource revenues would cover the

debt. When in the ’80 commodity prices fell this triggered the debt crisis. Gylfason et

al. (1999) showed that the real exchange rate volatility caused by the resource price

volatility can be exacerbated by the real exchange rate volatility due to the Dutch

Disease (supra,p.4-7). This real exchange rate volatility can lead to less investment and

less productivity growth (Aghion et al, 2009)

Increased corruption has also been shown to reduce economic growth (Mauro, 1995;

Bardhan, 1997). If a country is resource rich this can not only cause resource induced

rent seeking among politicians (Brunnschweiler, 2008) but it also breaks the link

between taxation and accountability since it provides revenues to pacify dissent, either

through the establishment of a generous welfare state (e.g. Saudi Arabia) or through a

strong police/military/paramilitary presence(Isham et al, 2003).

As we can see a lot of the theories point to what we can call in a broader sense the

institutional quality. Mehlum, Moene and Torvik(2006) show with a quite simple but

very clear model how, depending on intuitional quality, a resource boom can either

benefit or damage the local economy. In their model people with an entrepreneurial

spirit can choose to either start a firm, become a producer, or engage in rent-seeking

activities, become a grabber. Because producing causes positive externalities, the more

producers there are the more the wealth is being created, which is then distributed

among producers and grabbers. Grabbers on the other hand do not produce, but

merely appropriate part of the wealth. This can be for instance through theft,

protection racketeering or government officials asking bribes. As this is not a

productive activity the externalities here are negative, the more grabbers there are the

less can be gained by grabbing. In the absence of ethics people with entrepreneurial

spirit will choose between producing or grabbing based on respective profits. This type

of arbitration will lead to an equilibrium where producers and grabbers earn the same.

If in a situation with grabber friendly institutions a resource boom occurs it will raise

the rent-seeking profits for a given number of grabbers. Since entrepreneurs will see

they can earn more by becoming grabbers this is no longer an equilibrium situation.

Page 18: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

9

More and more people will make the switch until the new equilibrium is attained, with

lower profits for both grabbers and producers (figure 1).

Figure 1

Resource Rents with Grabber-Friendly Institutions

Figure from Mehlum, Moene and Torvik (2006)

However, if the country either has or creates good institutions, most likely the first

since having resources reduces incentives to improve institutions, the boom can raise

producer profits. This again leads to a disequilibrium situation, but now grabbers will

see they can improve their situation by becoming entrepreneurs. By making this switch

they add to the positive externalities, improving their own wealth and creating

incentives for other grabbers to become entrepreneurs as well, until a new equilibrium

is achieved (figure 2), this time with more producers, less grabbers and higher wealth

for all parties involved.

Page 19: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

10

Figure 2

Resource Rents with Producer-Friendly Institutions

Figure from Mehlum, Moene and Torvik (2006)

They summarize their findings with another very simple and clear graph (figure 3,

supra p. 11). They show that although the best case scenario is having a resource rich

country that, thanks to its high institutional quality (B*), will have a high economic

growth. However, if a resource rich country has bad institutions (B) it will have a lower

growth than both the resource poor country with good institutions (A*) and even the

resource poor country with bad institutions (A).

Page 20: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

11

Figure 3

Growth paths

Figure from Mehlum, Moene and Torvik (2006)

2.2.3 How can a Sovereign Wealth fund alleviate these problems?

One example of a ‘good’ institution can be a sovereign wealth fund that absorbs at least

part of the revenues from resource wealth. This can be in a number of ways such as

through profits from a state owned enterprise that extracts the resource, selling

exploitation rights to multinationals, specific taxes on extraction and exportation of

the commodity.

First of all the SWF reduces the spending effect caused by the Dutch Disease by

investing the revenues abroad instead of domestically. If all of the revenues would be

put in the fund it would completely eliminate the spending effect, but since usually

only a part of the revenues is invested in the fund a certain amount of spending effect

remains. If the fund is structured like the Norwegian fund, Government Pension Fund

Page 21: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

12

– Global, often used as a benchmark for SWFs, only the real interest of the fund can be

used, the capital remains untouched, thus slowing down the inflow significantly.

A fund structured in this way has another benefit, being that it transforms the resource

wealth, which is by its very nature usually a non-renewable stock asset subject to price

volatility, to a continuous and perpetual flow from a diversified financial asset. As long

as the fund is properly managed and only the real interest gains are given back to the

state budget, meaning the capital and a sum equal to inflation remains assets of the

fund, it will keep generating revenue for the country, long after the stock itself is

depleted. Looking back at the classification of SWFs in part 2.2 (supra, p.3-4) it is clear

that these are the Savings Funds previously mentioned.

Some funds such as the National Pension Reserve Fund (Ireland) or Mumtalakat

Holdings (Bahrain) choose to invest domestically, either in part or in some cases such

as the Khazanah Nasional fund (Malaysia) almost completely. In 2012 almost 90% of

the Khazanah Nasional fund was invested in Malaysia itself. This obviously

reintroduces the spending effect, even though the funds are directed to a SWF.

However, these domestic investments might not reduce the spending effect, but they

can be used to diversify the economy away from purely resource extraction and into

related industries, oil states that build refineries, or even completely unrelated fields,

such as when Dubai invested heavily in its tourism sector. If we go back to our three

sector model used in the Dutch Disease example (Booming, Lagging and Non-

Tradable) this means that amount of capital per employee in the Lagging or Non-

Tradable sector rises, and with it their productivity, thereby reducing the resource

movement effect. These funds are the Development Funds mentioned earlier. But not

only the resource movement effect can be tackled using this type of fund, if the sector

in which is invested is one with human capital spill-over effects, the resource curse

according to authors such as Van Wijnenberg (1984a) and Krugman (1987) can also be

mitigated.

Another category was that of the Stabilization Funds. As we saw commodity price

volatility is a significant problem for governments as revenues are variable year after

year, but this can be exacerbated when the country lends money on the financial

market, assuming the debt can be repaid using future commodity revenues (Knack and

Page 22: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

13

Keefer, 1995; Mansano and Rigobon, 2001). This could, when triggered by commodity

price fall, cause a debt snowball. Even when commodity prices rise again the

compound interest due to inability to repay debts in the previous period can cripple an

economy. However, stabilization funds even out these price differences and reduce

uncertainty by absorbing revenues in times of high prices and making up the

difference in times of low prices.

The last two types of SWFs, reserve investment funds and contingent pension funds,

aren’t linked with any resource curse problems, but depending on their structure and

investment strategy they can both alleviate or exacerbate the resource curse.

Regardless of which type of Sovereign Wealth Fund is being formed, it is often a way of

putting financial reserves out of arm’s length from the political powers of a country,

without losing control completely. If the current legislators do not expect a change in

government it can have a signalling function, a way to show to the national and

international community that the gains from commodity revenues will be spent wisely,

will not be spent immediately on political prestige projects or will not be extracted

illegally as political rents. Putting a substantial share of revenues in a SWF is a way of

showing good governance, of portraying oneself-justly or unjustly- as responsible

forward thinking leaders. If the current legislators do expect a change in government it

can be a way of denying the competitors/successors these revenues so they cannot

spend or extract them without very explicitly going against this fund. In this way a

sovereign wealth fund can improve the institutional quality. However, if a SWF is not

transparent or designed not as an investment channel but as a way of funnelling

resource revenues into sham corporations institutional quality could even deteriorate.

This issue of transparency is something which has been widely researched and

criticised by authors such as Truman (2007a, 2007b, and 2008) and others. In fact,

when in Truman (2007) A Scoreboard for Sovereign Wealth Funds a number of SWFs

were graded and ranked on issues of Structure, Governance, Behaviour and

transparency & Accountability the Abu Dhabi Investment Authority, which with

estimates ranging from USD(United States Dollars) 650 to 875 billion is by far the

largest (the second largest is Norway with USD 574 billion) and holds between 13 and

17 per cent of all Sovereign Wealth fund capital globally, ranked lowest of all with a

Page 23: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

14

score of 0.5 out of a possible 25. Since the average of this scoreboard was 10.75, with a

highest score of 24 by the New Zealand Superannuation Fund it is clear that

transparency is a major issue.

If a SWF truly invests with an entrepreneurial intent, if it truly seeks the highest risk-

adjusted returns, they are not a cause for concern for host countries and should be

treated on an equal basis as mutual funds, private equity funds hedge funds and other

large investors. However, if those funds not only have commercial but also political

interest in mind adverse reactions are possible. Not only when state owned enterprises

such as China’s CNOOC (China National Offshore Oil Corporation) had to withdraw a

takeover bid to acquire the US firm Unocal in 2005 due to the political backlash that

followed its announcement, but also for SWFs. When Singapore’s Temasek acquired a

controlling share in the Thai telecom firm from the then Thai Prime Minister’s family

in January of 2006 it set of a political crisis in Thailand. There were fewer objections

regarding the 2007 investment from Abu Dhabi’s ADIA (Abu Dhabi Investment

Authority) in Citigroup, but that was because it gave assurances no active management

or control would be sought (Aizenman and Glick 2007).

With the rise of SWFs worldwide, both in numbers as in assets under management,

specific regulation and even protectionism regarding SWFs has been a hot issue.

Authors such as Buiter (2007) even argued that SWF should only be allowed to

purchases nonvoting equity shares.

More recently the IWG-SWF published its Santiago Principles in October 2008. It is a

list of 24 generally accepted principles and practices agreed by 24 countries that have

one or several SWFs, but as a voluntary charter it has very limited power, even among

the countries that are members, let alone among the 27 non member states. It does

however produce a benchmark, as well as a blue print for future funds.

Page 24: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

15

Name country Year

size in

Billion

USD

Estimation

(e) or

Official

(O)

Data

from

year origin asset allocation (classes)

asset allocation

(geographical)

Revenue Regulation

Fund Algeria 2000 54,8 e 2010 oil

Fundo Soberano de

Angola Angola 2012 5 o 2012 oil

The Future Fund Australia 2006 82,39 o 2012 oil

11,1% Australian equities;

18,1%developed market equities;

5,3% emerging markets equities;

6,8 private equity; 6,6 property;

6,4 infrastructure and

timberland; 19,1 debt securities;

16,3% alternative assets; 10,3%

cash

Western Australian

Future Fund Australia 2012 1,1 o 2012

mining(mainly

Iron ore)

State Oil Fund of the

Republic of

Azerbaijan

Azerbaijan 2000 34,13 o 2013 oil

minimum 85% debt obligations

and money market instruments;

up to 5% equity; up to 5% real

estate; up to 5% gold

Mumtalakat Holdings Bahrain 2006 7,1 o 2012

start-up

capital from

oil, no longer

inflow

cash and bank balances 22%;

non-trading investments 10%;

investment in associates 41%;

investment properties 21%;

other assets 6%

Bahrain and Arabian

Peninsula

Page 25: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

16

The Future

Generations Reserve

Fund Bahrain 2006 0,22 e 2012 oil

20% long-term investments;

76% cash deposits; 3 % other

assets

The Pula Fund Botswana 1994 4,6 o 2012 diamond

Sovereign Fund of

Brazil Brazil 2008 11,3 e 2011

non-

commodity

Brazil

Brunei Investment

Agency Brunei 1983 30 e 2009 oil

Alberta Heritage

Savings Trust Fund Canada 1976 15,95 o 2012 oil and gas

Chile Pension Reserve

Fund Chile 2006 5,8 o 2013

government

surplus

46% sovereign and government

related bonds; 17% inflation

indexed sov. Bonds; 20%

corporate bonds; 167% equity

Social and Economic

Stabilization Fund Chile 2007 15 o 2013

initial capital

copper; now

gov. Surplus 15% banks; 85% sovereigns

China Investment

Corporation China 2007 482 o 2011

non-

commodity

31% long term investments; 11%

cash funds and others; 25%

diversified public equities; 21

fixed income securities;

12%absolute return investments

43,8% North America;

29,6% Asia and Pacific;

20,6% Europe; 4,7%

Latin America; 1,3%

Africa

China-Africa

Development Fund China 2007 1 o 2007

non-

commodity

Chinese companies with

activities in Africa

National Social

Security Fund China 2000 139,73 o 2011

non-

commodity

51% fixed income assets; 6%

overseas stock; 16%industrial

investments; 26% domestic

stocks

Page 26: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

17

SAFE Investment

Company China 1997 47 o 2011

non-

commodity

8% direct investment abroad;

6% portfolio investment; 18%

other investment; 69% reserve

assets

Fund for Future

Generations

Equatorial

Guinea 2002 0,44 o 2009 oil

Strategic Investment

Fund France 2008 24,54 o 2012

non-

commodity 72,5% stocks focus within France

Sovereign Fund of the

Gabonese Republic Gabon 1998 0,96 e 2012 oil

Ghana Petroleum

Funds Ghana 2011 0,6 o 2012 oil

Hong Kong Monetary

Authority Investment

Portfolio Hong Kong 1993 321 o 2011

non-

commodity

2% cash and money at call; 7%

placement with banks; 89%

financial assets; 2% other assets

Government

Investment Unit Indonesia 2006 0,34 e ?

non-

commodity

14% toll roads; 70% electricity;

9,5% equity; 6% loans

National

Development Fund of

Iran Iran 2011 45 o 2013 oil and gas

Oil Stabilization Fund Iran 2000

replaced by national development fund of

Iran

National Pensions

Reserve Fund Ireland 2001 18,2 o 2012

non-

commodity

57% direct investments in Irish

Banks 17% equity; 4%bonds; 6%

cash; 6% private equity; 3%

property; 2% commodities; 3%

infrastructure; 2% absolute

return funds; 1% equity options

Page 27: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

18

Italian Strategic Fund Italy 2011 5,22 o 2012

non-

commodity

Kazakhstan National

Fund Kazakhstan 2000 29 o 2011 oil, gas, metals

formed by merger in

2008 of 2 other Kazakh

SWFs

Revenue Equalization

Reserve Fund Kiribati 1956 0,59 o 2009 phosphate

Korea Investment

Corporation Korea 2005 42,86 o 2011

non-

commodity

49% equities; 43% bonds; 3%

cash; 5% other

45% North America;

24% UK & Europe; 13%

developed Asia; 18%

emerging markets

Kuwait Investment

Authority Kuwait 1953 261 e 2012 oil

Libyan Investment

Authority Libya 2006 53 e 2010 oil

39% cash, deposits and gold;

30% subsidiary companies; 11%

equities; 5%bonds; 14% other

assets

Khazanah Nasional Malaysia 1993 38,77 o 2012

non-

commodity

89,6% Malaysia; 3,7%

Singapore; 2,2% China;

1,4% India; 0,7% Turkey;

2,4% others

National Fund for

Hydrocarbon

Reserves Mauritania 2006 0,3 e

oil and gas

Mauritius Sovereign

Wealth Fund Mauritius 2011 0,5 o 2011

non-

commodity

Page 28: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

19

Oil Revenues

Stabilization Fund of

Mexico Mexico 2000 1,4 o 2012 oil

Fiscal Stability Fund Mongolia 2011 not yet operational

mining

New Zealand

Superannuation Fund

New

Zealand 2003 16,37 o 2011

non-

commodity

15% cash; 7 % derivatives; 72%

other financial assets; 5% equity;

1% agriculture

25% New Zealand; 6%

Australia; 11% Asia; 34%

North America; 21%

Europe; 3% Central &

South America; 1%

Africa

Nigerian Sovereign

Investment Authority Nigeria 2012 0,6 o 2012 oil

Government Pension

Fund Norway 1990 574 o 2011 oil 59% equity; 41%fixed income

Oman Investment

Fund Oman 2006

No data nor reliable

estimates found oil

Oman State General

Reserve Fund Oman 1980 8,2 e

Not

found oil

Palestine Investment

Fund Palestine 2003 0,81 o 2011

non-

commodity

100% Palestinian

Regions

Fondo de Ahorro de

Panama Panama 2012 effective from 2014

revenue from

Panama Canal

Papua New Guinea

Sovereign Wealth

Fund

Papua New

Guinea 2011 47 e

effect

ive

2014 oil and gas

Peru Fiscal

Stabilization Fund Peru 1999 7,16 o 2012

non-

commodity

Page 29: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

20

Qatar Investment

Authority Qatar 2005 115 e 2012 oil

National Wealth Fund

of the Russian

Federation Russia 2004 87,61 o 2013 oil and gas

Reserve Fund Russia 2004 84,68 o 2013 oil and gas

Russia Direct

Investment Fund Russia 2011 10 o 2011

non-

commodity

Public Investment

Fund Saudi Arabia 1971 15,2 o 2011 oil

Sama Foreign

Holdings Saudi Arabia 1952 517,6 o 2012 oil

calculated by adding investment in foreign reserves and

deposits abroad from central bank balance sheet, data on

SAMA Foreign holding is not publically available

Government of

Singapore Investment

Corporation Pte. Ltd. Singapore 1981 247,5 e 2009

non-

commodity

45% Public Equities; 17% bonds;

10% real estate; 11% private

equity and infrastructure; 6%

other

33% USA; 9% other

Americas; 9% UK; 11%

Eurozone; 6% other

Europe; 12% Japan; 13%

North Asia; 4% Other

Asia; 3% Australasia

Temasek Holdings

(Private) Limited Singapore 1974 158,65 o 2012

non-

commodity

42% Asia excl

Singapore; 30%

Singapore; 24%

Australia& New

Zealand; 11% North

America & Europe; 3%

Other

Page 30: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

21

Alabama Trust Fund

The United

States 1985 2,94 o 2012 oil and gas

5%cash; 43% fixed income

securities; 25% equity securities;

19% due from Education trust

and General Fund; 6% land;

Alaska Permanent

Fund Corporation

The United

States 1976 45,46 o 2013 oil

30% stocks; 21% bonds; 12% real

estate; 6% private equity; 6%

absolute return; 4%

infrastructure; 2% cash; 2%

public/private credit; 11% other

New Mexico State

Investment Council

The United

States 1958 14,4 o 2012

non-

commodity

42% US equity; 14% non-us

equity; 21% fixed income; 6%

absolute return; 11% private

equity; 5% real estate; 1% cash

North Dakota Legacy

Fund

The United

States 2011 0,4 o 2012 oil 100% fixed income

Permanent Wyoming

Mineral Trust Fund

The United

States 1974 6 o 2012

mineral

wealth

(mainly oil,

coal and gas)

50% equity; 41% fixed income;

2%wyoming specific investment;

7% cash

Texas Permanent

School Fund

The United

States 1854 29,4 o 2012

land

concession in

1854; oil since

1953

25% domestic equity; 21%

international equity; 17% fixed

income; 10% absolute return; 8%

real estate; 6% private equity;

7% risk parity; 6% real return

Timor-Leste

Petroleum Fund Timor Leste 2005 11,77 o 2012 oil and gas

1% cash; 73% marketable debt

securities; 26% global equity 98% US; 2% other

Page 31: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

22

The Heritage and

Stabilization Fund

Trinidad

and Tobago 2000 3,62 o 2011 oil

49% Fixed Income; 28% equity;

23% deposits 17,5% non-US; 82,5% US

Emirates Investment

Authority

United Arab

Emirates 2007 40 e 2008 oil

Abu Dhabi

Investment Authority

United Arab

Emirates -

Abu Dhabi 1976

650-

875 e 2011 oil

(min and max) 48-78% equity;

10-20% bonds; 5-10% credit; 5-

10% alternatives; 6-15% real

estate and infrastructure; 0-10%

cash

(min and max) 35-50%

North America; 20-35%

Europe; 10-20%

Developed Asia; 15-25%

emerging Markets

Abu Dhabi

Investment Council

United Arab

Emirates -

Abu Dhabi 2007 250

oil

International

Petroleum Investment

Company

United Arab

Emirates -

Abu Dhabi 1984 65,4 o 2012 oil

Mubadala

United Arab

Emirates -

Abu Dhabi 2002 50 o 2012 oil over 50 billion

Investment

Corporation of Dubai

United Arab

Emirates -

Dubai 2006 19,6 e

Not

found oil

Ras Al Khaimah

Investment Authority

United Arab

Emirates -

Ras Al

Khaimah 2005 1,2 e

Not

found oil

Page 32: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

23

Oil Development

Reserve - Falkland

Islands

United

Kingdom 2012 13,1 o 2013 oil

FEM-

Macroeconomics

Stabilization Fund Venezuela 1998 0,83 o 2009 oil

State capital

Investment

Corporation Vietnam 2005 0,59 o 2012

non-

commodity

Page 33: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

24

3. Capital Flight

As stated in my introduction, in this paper I will try and quantify the effect that the

presence of a sovereign wealth fund has on capital flight in times of oil price volatility.

In the first part I have presented a list with all the SWFs worldwide and their main

characteristics, in as far as they were available. The majority of those, accounting for 44

out of 72 funds, are funds from petroleum and natural gas revenues spread over 29

countries. This discrepancy is due to the fact that several countries such as Russia,

Chile or the USA have several funds formed by revenues from oil and gas, based on

geographical location, asset specialisation or risk level of the assets. The United Arab

Emirates are a special situation as most macro-economic data is on a federal level, for

the whole union, but out of 7 oil based sovereign wealth funds only 1 is managed by the

Emirates jointly, 4 are from Abu Dhabi and the others from Dubai and Ras Al

Khaimah.

As well as checking oil exporting countries that have now established a SWF,

comparing capital flight before and after the SWF is formed, I will also include oil

exporting countries without a SWF or where the SWF is not funded from oil and gas

revenues. These countries are Argentina, Brasil, China, Colombia, Angola, India and

Indonesia. China, Brazil and Indonesia have SWFs, but not oil-based. They channel the

oil revenues though state owned enterprises namely CNOOC, PetroBras and

Pertamina. India and Colombia do not have any SWFs and also established state

owned enterprises namely Indian Oil Corporation Limited and EcoPetrol. Argentina

privatised its state oil enterprise in the early ‘90 but last year (2012) decided to

renationalise it and even more recently (mid April 2013) decided to established the

Argentine Hydrocarbon Fund, a 2 billion USD SWF, but details such as further funding

are as of yet unknown. Angola is in a peculiar situation as I intended to include it as

one of the SWF countries but because the SWF was only established in 2012 and my

data only goes as far as 2011 the effect of the SWF cannot be measured.

Although definitions differ, capital flight is the (often large) private outflow of capital.

This can either be from legal or illegal gains, with the economically correct aim of asset

diversification or the somewhat less correct aim of tax evasion or even extraction of

Page 34: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

25

political rents, motivated by a general sense of insecurity, lower return on investment

than abroad or a host of other reasons. The bottom line is that capital leaves the

country where it was generated to be held or invested abroad.

However, due to the fact that definitions differ and that it is often done covertly

accurate measurements are not available. There are several ways to calculate an

estimate, and after reviewing the literature I have chosen to follow the conclusion of

authors such as Gordon and Levine (1988) and Schneider (2003) to use the broad

measure of Capital Flight (CF), also known as the residual method, as defined by the

World Bank in its World Development Rapport of 1985. Here Capital Flight is

calculated from the Balance of Payment of a country and it is defined as the sum of

Change in Debt, Net Foreign Direct Investment (FDI), Current Account Surplus and

Change in Reserves, always with the sign convention used in Balance of Payments

(BoP) accounts. In Table 1 you can see a summary presentation of the measuring

procedure, taken from Schneider (2003) which shows a stylised version of a BoP and

just a few of the many ways of defining and measuring Capital Flight. Some authors

discussing capital flight for a single country start with this measure and augment it in

several ways, but in the interest of comparability I will continue with the original

version. Possible augmentations are the inclusion of income earned abroad with the

capital that has already fled the country, since choosing not to repatriate the gains can

be seen as a form of capital flight itself or including the capital that fled not only

through private outflows, but also through banks (as was very much the case in the ’82

Mexico Debt Crisis). An alternate measure used by Cuddington (1986) is the Hot

Money Measure also known as the Narrow Measure. This focuses not only on private

outflows, but on illegal and short term private capital outflows. As I said earlier a

generally accepted definition of Capital Flight does not exist, and clearly this

measurement sees capital flight not as the economically sound principle of

geographical diversification to reduce risk, but as a malevolent extraction of capital out

of the domestic economy.

I should note that in certain cases capital flight is not necessarily bad as this reduces

the spending effect I talked about earlier. In fact, when SWFs slow down the inflow of

revenues or invest abroad this can be seen as capital flight as well.

Page 35: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

26

Table 1: Summary presentation of Broad and Hot Money measuring procedure

Current Account Surplus A

Net Foreign Direct Investment B

Private short-term Capital

Outflows

C

Portfolio Investments Abroad:

Bonds + Equities

D

Banking System Foreign Assets E

Change in Reserves F

Errors and Omissions G

Change in Debt H

IMF Credit I

Travel(Credit) J

Reinvested FDI Income K

Other Investment Income L

Counterpart Items M

Capital Flight CF

Broad Measure

Erbe and the World Bank:

CF = H+B+A+F

Morgan Stanley Guarantee Trust Company:

CF = H + B + A + F + E

Hot Money Measure

Cuddington:

i) CF = -G-C

ii) CF = -G-C-D

The sign convention used in the Balance of Payments accounts is used here as well, all

the variables in the equations are flow data. (Schneider 2003)

Page 36: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

27

It is with this measurement that I encounter my first data collection problems as the

first sovereign wealth fund dates back to 1854 and the first oil based SWFs, which are

the ones that matter for my estimations, were founded in 1952 and 1953. However, pre

1970 only World Bank data for Canada and Australia are available so this limits the

timeframe to 1970-2012. Net FDI flows were even more problematic, being available

only starting in 2005 in the World Bank or IMF databases, but I used data from

UNCTAD (United Nations Conference for Trade and Development) for FDI.

4. Oil Price Volatility

Going back to my research question, whether or not having a SWF reduces capital

flight in times of oil price volatility, I first needed the year when a SWF was formed in a

country, then I needed to measure capital flight for all the countries relevant within

the regression, i.e. those who have a SWF which is funded through oil and natural gas

revenues, and of course a figure for oil price volatility.

Following authors such as Weiner (2009) and the Energy Information Administration

and the common definition of volatility as the standard deviation of the price, I use

data from the United States Energy Information Administration (EIA) on the daily spot

price of West Texas Intermediate (WTI) and Brent oil, two common classifications for

crude oil. I averaged the price per barrel for the two classifications and from this I

calculated the standard deviation of the previous year. In order to check whether

averaging these prices does not delete valuable data, in other words to see if the

standard deviations from WTI, Brent and their average don’t vary I calculated the

differences between WTI and average, Brent and average and WTI and Brent and

found that these values are between -1.05, which was the difference between standard

deviations of WTI and Brent in 1990 and 1.17, which was the difference between the

standard deviations of WTI and the average in 2011. Although these extremes are quite

high, since these are outliers and the average is quite low, about 0.06 I will use the

standard deviation of the average price as my measurement of volatility. I also checked

whether the prices themselves are comparable and found that the difference between

the two on average is minimal. Although in recent years Brent prices have been much

Page 37: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

28

higher, reaching differences in spot prices per barrel of almost 30 USD, this has only

been in 2011, prior to 2011 prices were more similar.

However, this data only goes back as far as 1986, severely limiting the size of my

sample and the information therein, thus reducing the accuracy of my regression. In

order to enlarge my sample size I will complement the daily spot price data from the

EIA with monthly average spot price data from the World Bank for the period 1970-

1985. With this I can calculate standard deviation of the monthly price on an annual

basis.

Although using the monthly average instead of the daily spot price evens out the data

and a lower standard deviation can be expected, the data does provide valuable

information and offers a much larger sample size. Using daily data remains preferable,

but when measuring the difference between the annual standard deviation of based on

monthly averages and daily prices the results were quite small, between -0.86 and 0.68

with an average of -0.189. As again we have cases of outliers, deleting the two largest

and smallest values restricts decreases the interval to -0.44 and 0.20. The average

however is quite robust, staying the same up to 3 figures after the decimal point. Using

this I can eliminate the break in the data by adjusting the annual standard deviation

based on monthly averages to be comparable to the standard deviation based on daily

spot prices.

5. Methodology

5.1 Subsample

I already touched upon several data gathering issues in chapters 3 and 4 regarding

capital flight and oil price volatility, but these problems persisted when searching for

control variables. This led me to decide that I would use a subsample in order to

decrease the missing data issue, both in terms of the countries I could discuss as the

timeframe under consideration. My sample of countries was reduced from the original

36 (oil SWF countries + several control oil non-SWF countries) to 22 countries2, and

2 Algeria, Angola, Argentina, Azerbaijan, Brazil, Canada, China, Colombia, Equatorial Guinea, Gabon,

Ghana, India, Indonesia, Iran, Kazakhstan, Mauritania, Mexico, Nigeria, Norway, Papua New Guinea, Russian Federation and Venezuela

Page 38: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

29

my timeframe was reduced from 1970-2012 to 1977-2011. Although greatly reduced, this

subsample was still large enough to contain comparative power across countries and

broad enough to provide an evolution over time.

Unless otherwise mentioned, I used World Bank data supplemented with data from

the IMF.

5.2 Capital Flight

Following authors such as Andersen, Johannesen and Lassen(2012) I scaled capital

flight with average GDP over the subsample period. Scaling allows me to compare

countries of different sizes, and using average GDP instead of current GDP has several

advantages. First of all it eliminates measurement errors in GDP, or at least it evens

them out. Secondly, as even within the subsample missing observations remain, using

average GDP allows me to use observations where I can accurately calculate Capital

Flight but where current GDP is missing.

5.3 SWF Dummy

In order to measure the effect of having a SWF I add a dummy variable for each

country that has value 1 if the country had an oil based SWF in that year, and 0 if the

country did not. A subsequent, more in depth research into the relationship of SWFs

and Capital Flight could include instead of a SWF dummy variable a stock variable

related to the size of the SWF, for instance in relation to the size of the GDP or per

capita in order to compare across nations, but that would lead to further missing data

issues and would greatly increase the data gathering difficulties.

I expect the coefficient for SWFs to have a negative sign, as SWFs are a sign of good

governance and sound economic policy, and these should lead to less capital flight.

As there are countries within my sample that have a SWF which is not (directly)

related to its oil revenues, I will also include model where the SWF dummy includes all

SWFs of the countries, not just oil based.

5.4 Oil price volatility

In chapter 4 ( supra, p. 27) I have already introduced the variable for oil price volatility

and how I adjusted the measure to be able to combine different data sources, some

using monthly and some using daily spot prices.

Page 39: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

30

I will also include a model to measure the effect of a change in oil price, not just its

volatility, as the correlation between the two is quite high at 0.727.

As it is possible that investors have a longer view than simply the volatility over a one

year period I will later introduce a one year lag ( infra, p. 39) but I will also introduce

volatility over a longer period. I will use a two year period, a three year period and a

five year period, altered in the same way as I did the one year volatility to adjust

standard deviations based on monthly averages to standard deviations based on daily

spot prices. The rationale behind viewing a larger period is that even if the volatility

within one year is volatile, and furthermore even if this is the case year after year, as

long as the country has a steady flow of oil income when averaged over the whole year

the within one year volatility is pretty harmless. However, if volatility persists over a

longer period to the extent that it can no longer be averaged out, this introduces

uncertainty in the system. It is this uncertainty that according to some caused the ’80

debt crisis as mentioned before and is the reason why countries establish stabilization

sovereign wealth funds.

It is important to note that as the focus will be on the volatility on a one year basis,

whenever I mention the oil price volatility without specifying the period I am talking

about the volatility over a one year basis.

5.5 Control Variables

In order to isolate the effect of SWFs and oil price volatility on Capital Flight a set of 14

control variables could be found in the literature measuring capital flight, however due

to missing data issues for the subset of countries relevant in the regression it is not

possible to include all 14 controls. After reducing the sample to the subsample the data

was much more complete but there were still some issues left. There are also several

highly related control variables from different studies, as I will include several models

to see which one has the most explanatory power. I will for instance try to control for

economic development, but in order to do this previous literature used current GDP,

current GDP per capita, GDP growth and GDP per capita growth, which can all be seen

as proxies for the same underlying idea, economic development.

Page 40: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

31

5.5.1 Economic development

In most if not all of the studies the authors included a control for economic

development. Which one they used however differed. I will include four of these

namely GDP in current USD, GDP per capita in current USD, GDP growth in per cent

and GDP per capita growth in per cent. GDP and GDP per capita represent the state of

the economy, whereas the growth figures indicate an outlook. Higher developed

countries tend to have a higher GDP per capita, but growth figures are often noticeably

lower compared to middle income countries such as the BRIC (Brazil, Russia, India,

and China) countries, who are all included in the subsample. As both a higher state of

economic development and a higher growth rate are positive signs for the economy, I

expect all four of the variables to have negative signs as they will lower capital flight.

However, it will be interesting to see which one is most significant. We will later see

that GDP and GDP per capita are non-stationary, requiring differencing in order to be

included in the regression. When I talk about the difference I mean the absolute

difference, whereas growth is the relative growth compared to the previous year.

5.5.2 Institutional Quality and Political Participation

I will use figures from the Polity IV Project by Marshall and Jaggers(2011). This dataset

includes large amounts of data and a great deal of variables, but I will only use the

Polity2 index, the scores on Democracy and the scores on Autocracy, ranging from 1977

until 2011. The last two are additive eleven point scales ranging from 0 to 10 that

include measures of competitiveness and openness of executive recruitment,

constraints on the chief executive and competitiveness of political participation. The

higher the Democracy score, the more democratic a country is, the higher the

Autocracy score, the more autocratic it is. Polity2 is an index made by the authors that

combines the previous two. Although it originally ranges from -10 to +10, with a higher

number signifying better polity, I recalibrated it to range from 0 to 10 in order to

facilitate comparison.

Coefficients are expected to be negative for autocracy and positive for democracy and

polity2, but it is also possible that the presence of an authoritarian regime hinders the

possibility of capital flight, even if the residents would like to invest or store their

Page 41: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

32

wealth elsewhere, whereas in a more democratic regime capital might flee more freely

if an external shock occurs, thus reversing the signs of the coefficients.

5.5.3 Financial openness

In order to measure the financial openness of a country I will use an index of de jure

capital account openness as calculate by Chin and Ito (2008), but using their own

updated version with data until 2011. The index includes measurements based on

several restrictions on external accounts namely the presence of multiple exchange

rates, restrictions on capital account or current account transactions and the

requirement on the surrender of export proceeds. As the index itself is relative to the

scores of other countries and as a whole has a mean of zero by construction,

restructuring within a subsample limited in countries and timeframe to improve

comparability risks changing the data itself.

Again we might have a dual relation, where more financial openness could lead to less

capital flight as residents know that they can safely store their capital domestically

because in the case of a negative domestic shock or interesting foreign investment

opportunities they can easily invest internationally, or increased openness could lead

to more capital flight as residents want to diversify investments internationally,

knowing that if they need it they can easily repatriate the funds.

5.5.4 Deposit interest rate and interest rate spread

Another factor which is can be controlled for regarding capital flight is domestic

interest rate. If for any reason, be it the specific current economic situation of a

country, be it government imposed interest rates, the deposit interest rates are low,

one could expect that the incentive to invest elsewhere increases. I therefore expect the

sign of the coefficient to be negative.

Closely linked to the domestic deposit interest rate, is the domestic interest rate

spread. This is the difference between the deposit interest rates and the interest rates

one has to pay when applying for a loan. A smaller spread points to close competition

in the banking sector as profit margins decrease. It is for instance possible that the

deposit interest rate is quite high but that this simply reflects high inflation numbers,

and that the lending rate is not that much higher. In that case investing domestically

Page 42: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

33

remains attractive as long as inflation is not all too rampant and is predictable. This is

why I would expect the sign of the interest rate spread to be positive, a higher spread

leads to higher capital flight.

5.5.5 Economic integration in the global market

We will measure the economic integration of a country using the proxy exports as

percentage of GDP. This shows how open the country is, but also how dependent on

foreign trade. As with financial openness also economic openness could lead both

ways. On the one hand a more open economy often performs better and is more

resistant to country specific effects, which should lead to less capital flight, but on the

other hand an open economy increases to possibilities, the number of methods

available, to flee with capital and eases repatriation of funds. A more integrated

economy will also have a higher rate of international diversification which leads to

higher capital flight, but again this could also mean that other countries will use the

country for international diversification, evening out this effect. As a whole I do not

know which effect will be largest and do not know the sign of the coefficient.

5.5.6 External Debt

External Debt plays a major role in capital flight, as the change in external debt stock is

even a part of the formula to calculate capital flight. At least using the formula

suggested by the World Bank as I did, others such as the ‘Hot Money Measure’ do not

include external debt. However, merely measuring the external debt stock gives an

eschewed picture as this is biased towards smaller countries. Smaller countries will

have less external debt than larger countries with comparable economic situations.

This is why a common control variable is the external debt, scaled to the country’s

current GNI. As higher external debt to GNI ratios are worrisome I expect this variable

to be positively correlated to Capital Flight, i.e. have a positive sign.

However, since we are using external debt and not total debt, one could also assert

that it is not the ratio of external debt to GNI, which is the total economic activity by a

country’s nationals, but the ratio of external debt to exports, being the external

economic activity. The total debt of Japan of over 200% of GDP could hardly be

compared to the total debt of the USA, just over 100% of GDP, because most of the

Page 43: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

34

debt of Japan is held domestically, with about half owed to the central bank of Japan

and a major part in the hands of the public, but also domestically, whereas the major

creditors to the USA are foreign.

This is why I expect the external debt to exports ratio will be both stronger (a higher

absolute value) and more significant. The sign however should still be positive.

However, it is possible that since external debt stock is a part of the formula that we

risk introducing almost perfect multicollinearity, especially in the case where we scale

external debt to current GNI, since I also scale capital flight to GDP, albeit the average

of current GDP over the whole period, which is closely linked to GNI. When we check

the correlogram table (Annex III) we find a value of -0.295, so there is no risk of

multicollinearity.

5.5.7 Foreign Direct Investment

Another part of the formula for capital flight which we will examine more closely is the

Foreign Direct Investments, net inflows. This could be seen as another measure for

integration in the global market, but more importantly it reflects if the international

community views the country as an interesting business opportunity. Again the capital

flight formula uses FDI as a stock variable, an absolute number, but in order to be able

to compare between countries of different sizes I used FDI scaled to current GDP. As

FDI is an integral part of the formula the risk seen with external debt is repeated, so we

could again avertedly introduce multicollinearity in the regression. However, at a

correlation of 0.14 this does not seem an issue.

As a positive sign for net FDI means more money is being invested in the country by

foreign investors than is being invested abroad by its citizens, this reduces capital

flight and I expect the sign to be negative.

5.5.8 Total Reserves as percentage of External Debt

Although reserves are again related to the formula, the formula uses change in reserves

whereas as a control variable I will use the stock variable, total reserves. As measuring

the reserves by itself would lack comparative power, I will scale it using external debt.

This to measure to what extent a country is able to fulfil its obligations to its foreign

creditors using its own reserves. A country with a low reserve to external debt ratio will

Page 44: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

35

be hard pressed to pay back loans when the creditors refuse to roll-over loans when a

negative shock to the system occurs. This lowers confidence in the country and that is

why we can expect the variable to have a clear, significant and negative correlation to

capital flight.

5.5.9 Inflation

Another control variable that I could not omit is inflation. As this is a sign of the

economic stability of a country, this could greatly influence the capital flight

experienced in a country. I used inflation based on the GDP deflator, supplemented

with data based on consumer prices where the former was missing.

Another option is instead of simply including the inflation rate, a high inflation

dummy, where the cut off point for ‘High Inflation’ is 40%. As inflation could wage

rampantly in some countries, with the highest inflation measured in the subsample an

astonishing 5399% on annual basis in Angola in 1996, this could lead to distorted

results as the economic impact of inflation of 5399% is not 54 times as hard as the

economic impact of inflation at 100%.

As high inflation introduces economic uncertainty I expect the signs to be positive.

5.5.10 Oil Rents and Oil Price

Not only the international oil price volatility or the international oil price, but also the

country’s dependency on oil could lead to changes in capital flight. A country such as

Norway with an enormous oil based SWF fund but which also has a developed

industrial and post-industrial economy, highly skilled workers and other assets, will

suffer less from problems on the oil market than Middle Eastern countries that highly

depend on oil. This is why I will include oil rents as a percentage of GDP in the

regression and I expect the sign to be positive. The more the economy is dependent on

oil the more likely investors will invest elsewhere. I expect however to see the most

telling results later on when I introduce oil rents as percentage of GDP among my

interaction effects. As it is quite possible, and this was the result of studies such as

Ndikumana and Boyce (2012), I will also control for the oil price, which I also expect to

have a positive sign.

Page 45: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

36

5.5.11 Conflict

Another clear influence on capital flight is conflict in the country, or even the outbreak

of war. Since this can be expected to damage infrastructure, reducing future

production capacities, hinder international trade and in some cases even induce

international economic sanctions I have no doubt that conflict will have an impact on

capital flight. However, not all conflicts are equal and that is why I will use data from

the Armed Conflict and Intervention Dataset found on the Integrated Network for

Societal Conflict Research. This data allows me to differentiate among the type of the

conflict and the intensity. Although further differentiation is possible I will compare

international conflicts, such as international violence and interstate wars, with civil

conflict, these are civil wars but also violent protests and demonstrations that end in

fatalities. Both of these types of conflicts are measured by intensity on ten point scales.

Since it is possible that the type of the conflict does not matter, I will also include a

total conflict variable, being the sum of international and civil conflict, which I

rescaled from a twenty point to a ten point scale to ease comparison.

Another possibility is that the intensity does not matter, since we can only measure

this ex post and it is the ex-ante expectations or fears that induce capital flight. A

minor conflict that could have led to a major war might have been halted thanks to

international diplomacy, but the capital could already have fled with the first signs of

conflict. This is why I will also include a conflict dummy. If there was any conflict in

the country in a certain year, be it international or civil, this dummy has a value of 1,

otherwise 0.

I expect all signs to be positive, but the level of significance could differ between

international conflict, civil unrest, the total conflict or the conflict dummy.

5.5.12 Domestic credit as a percentage of GDP

In the same way as we can see the FDI inflows as a show of confidence from the

international community in the country, we can also take the credit granted

domestically as a show of confidence that the domestic financial sector has in its own

country. This is scaled to current GDP in order to facilitate comparison among

countries of different sizes. I expect the sign to be negative as a country which has no

Page 46: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

37

confidence in itself will experience both capital flight, people want to invest abroad,

and a lower level of domestic credit since the capital has already left the country.

5.5.13 Interaction Effects

Aside from the control variables I will also include some interaction effects to measure

the effect of combinations of variables. I have high hopes for this category of variables

as SWFs are created for a reason, and it is precisely the surrounding circumstances that

will determine the effectiveness of a SWF. First of all I will measure the interaction

effect of SWFs and oil price volatility, meaning that this variable will be equal to the oil

price volatility if and when the country had an oil-based SWF in that year, and zero in

any other situation. I will also measure the effect of combining SWFs, oil price

volatility and oil rents. This adds to the previous interaction effect in that it includes a

measure of dependency from hydrocarbon revenues.

Another interaction which should be interesting to measure is that of SWFs and

institutional quality. As I stated earlier a SWF can be seen as a sign, either justly or

unjustly, of good economic governance. But as SWFs are designed by each country as it

sees fit, a country with bad institutions might design an ineffective SWF, or even a bad

SWF. Although this should be examined and discussed on a case by case basis, a

possible example could be the SWF of Nigeria, a country included in my subsample.

This established the Excess Crude Account (ECA), an oil based SWF, in 2004, but in

2011 this was replaced by the Nigerian Sovereign Investment Authority, which manages

three separate funds. The reasoning was that the ECA was a SWF formed by the

previous administration with no legal backing, and that the country would benefit

from the new arrangement. This could indicate that the previous SWF, the ECA, was

not a tool for economic development but for extraction of the oil rents by those in

power. Including institutional quality together with the presence of a SWF will control

for these types of situations. I will use not only the index for institutional quality, but

an interaction effect between SWFs and a measure for democracy and an interaction

effect between SWFs and a measure for autocracy. (cfr. 5.5.2) I will also include the

interaction effect of having a SWF in times of oil price volatility, but include the index

measure for institutional quality as well.

Page 47: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

38

Another series of interaction effect that I will include are that of SWFs in times of

conflict. As often commodity based SWFs such as the ones in the subsample have an

economically stabilising role, and conflict tends to destabilise the economy, this effect

should not be omitted. In essence, it tells us if the SWF mitigates or worsens the effects

of conflict when we compare it with the coefficient of the variable without the SWF

interaction. As with institutional quality I have several interactions to test, namely

with civil conflict, total conflict and a war dummy (cfr 5.5.11). I had intended to use the

fourth war variable, international conflict, as well, but it seems that within the

subsample there was only one occurrence out of 770 observations where a country that

had a SWF was in a state of international conflict, which was Russia in 2008. This

conflict was known as the Russia-Georgia Five-Day or South Ossetia war. The fact that

all other observations of this series are equal to 0 make it impossible to use it in the

regression, it would result in a near singular matrix. Another SWF that gained

notoriety in recent times of conflict is the Libyan Investment Authority (LIA).

Although Libya is not within the sample due to data gathering issues, prior to the

Libyan Civil war it had a SWF that, although very opaque, had assets rumoured to be

around 60-70 billion dollars. If we add to that foreign investments of the Central Bank

and other Government investment authorities this figure reaches over 150 billion USD.

As the conflict grew and civil unrest turned to civil war, the LIA deposited large sums

abroad which were then frozen by the financial authorities of the United States (circa

32 billion dollars) and the EU (circa 45 billion Euros, 58 billion USD). Many other

assets were frozen or even nationalised due to their link with the Gaddafi regime. But

in recent months these assets have been released to the new regime. Granted, this is a

painstaking process and the LIA has to challenge some claims in court, but the SWF

kept hands out of the Gaddafi regime and these funds are now being used to rebuild

post-war Libya. Whether or not the LIA will take up its role as a SWF again is not

certain. The reason that international conflicts occur so seldom together with having a

SWF could be myriad. One could argue that a SWF stabilises a country and integrates

the country in the global economy, to the point that the economic costs of waging a

war are too high, or one could argue that a country only creates a SWF to focus on

economic development once it has reached a certain level of international diplomatic

Page 48: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

39

stability. Examining the correlation or even causation could provide interesting results

but that is not what this research question is about, and the subsample I gathered is

not suited for this subject as it was compiled with another goal in mind.

5.5.14 Lags and Leads

So far I have introduced variables and in a regression these will show how much of the

capital flight of the current year they explain. However, in the field of economics it

would be wrong to view each year on itself. This is why I introduce lags of one year for

each variable. This will allow us to examine how investors react to figures from the

previous year. As figures from the current year are seldom unavailable investors have

to base themselves on expectations, be it from econometric forecasts or intuition, for

the current year and on figures from the previous year. To further introduce

expectations into the model I will not only use lagged values but also leading values,

values from the year following the year in which capital flight was measured. Although

these do not show the ex-ante expectations but the ex-post results, they are not perfect

proxies. Under rational expectations there should not be a systemic deviation between

ex-post results and ex-ante expectations authors such as Kamin and Rachlinski(1995)

and others within fields such as psychology, behavioural economics and behavioural

finance time and time again showed that human behaviour is not rational. However

since finding reliable data on expectations for every single variable, for every single

year and every single country, would be very hard I shall assume the ex-post results to

be equal to ex-ante expectations. I should however state that although I use leading

values to introduce expectations for the independent variables as relevant variables in

the model, the use of the word expectations states a causal relationship from the

leading value to capital flight. The other way around is also possible, that it is capital

flight in one year that influences the supposed independent variable in the following

year, or that there is a variable that I did not integrate in the model that influences

both, but in different periods. To facilitate specifications and illustrations of the

models I used abbreviations, in table 2 you can see a full explanatory list. To indicate

interaction effects with oil price volatilities over periods over than 1 year, the suffix _Y

is added where Y is the number of years. Interact1_2 for instance is the interaction

Page 49: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

40

between SWFs and oil price volatility over 2 years. An additional “D” before the

variable abbreviation indicates that it has been differenced.

Table 2: abbreviations for variables

Cap flight ratio average GDP

cap_flight_rat

Constant

c

Total scaled conflict actot

Autocracy autoc

Civil conflict civtot

Democracy democ

Deposit interest rate dep_int

Domestic credit % GDP dom_cred_rat

Exports % GDP export_rat

External debt % GNI extdebt_gni

External debt %export extdebt_ratex

Fdi net in % GDP fdi_in_rat

Gdp gdp

Gdp per cap gdp_cap

Gdp per cap growth gdp_cap_growth

Gdp growth gdp_growth

Inflation inflation

Inflation Dummy inflation_dummy

Interest rate spread int_rate_spread

SWF*Oil price volatility

interact1

SWF*Oil price volatility* oil rents% GDP interact2

SWF*polity2

interact3

SWF_dummy*democracy

interact4

SWF_dummy*autocracy

interact5

SWF_dummy*polity2*oil_p_vol interact6

SWF_dummy*actotal

interact7

SWF_dummy*inttotal

interact8

SWF_dummy*civtotal

interact9

SWF_dummy*war_dummy interact10

International conflict

inttot

Financial openness kaopen

Oil price volatility over 1 year period oil_p_vol

Oil price volatility over 2 year period oil_p_vol_2y

Oil price volatility over 3 year period oil_p_vol_3y

Oil price volatility over 5 year period oil_p_vol_5y

Oil rents % GDP oil_rents_rat

Polity2 polity2

Reserves to external debt ratio reserves_rat_exdebt

Swf dummy swf_dummy

Wardummy wardummy

Oil price oil_p

Page 50: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

41

5.6 Panel Unit Root testing

In order to test if a unit root is present in the variables I first use two different Fisher

type tests on both the key variables, Capital Flight scaled to average GDP, the SWF

dummy , the oil price volatility and the oil price itself, and the different control

variables. First I used the panel version of the Augmented Dickey Fuller (ADF) unit

root test designed by Maddala and Wu (1999) (M-W). As a second test I use the

Phillips-Perron (PP) test (1988). Both of these allow for an unbalanced panel, which

would be a necessary condition as there are is missing data in all the variables. Not

only missing observations in some cases, but several countries have whole gaps in

some variables and the former communist states in the subsample only existed since

the early 90’. Although the PP test is also a Fisher type test which tries to overcome the

Dickey-Fuller test’s weakness, namely that the process generating data for the variable

in question might have a higher order of autocorrelation that is allowed for in the test,

thus making y(t-1) endogenous and the results of the DF test void, it differs from the

ADF test. The latter introduces lags of d(Yt) to overcome this issue, whereas the PP

test makes a non-parametric adjustment to the t-test statistic. In the ADF test I used

the Schwarz criteria to select the appropriate lag length, but when using the non-

parametric adjustment this is not necessary and we circumvent this problem.

However, both these tests share the assumption of independence between individual

series which is quite strong and not likely to be true for cross-country data. Some

economic variables such as the GDP growth are likely to be linked, as we can see in

today’s worldwide recession. However, this example is only a probable relation, the

worldwide oil price and oil price volatility are not just dependent but even identical

across the countries by definition. Unfortunately the econometrics programme used in

the regressions does not allow second generation panel unit root tests to be performed.

The first generation unit root tests mostly agreed with each other, out of 37 variables

tested 9 were found by both tests to have a unit root in levels when including a trend

and an intercept, whereas there were 3 cases where only the Maddala-Wu test

identified a unit root, and another 3 where only the Phillips-Perron test identified a

unit root, each time on a 10% significance level when including a trend and an

intercept in levels. In one case I could not preform the test, the interaction effect of a

Page 51: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

42

SWF and international conflict. As I mentioned before (supra, p48) there was not

enough variability in the data to use it in regressions, so it should come as no surprise

that there is not enough variability to perform a unit root test, neither Maddala-Wu

nor Phillips-Perron. None of the variables in none of the tests had a unit root in second

or first differences. Mostly this was true on a lower than a 1% probability.

The variables identified by both tests as having a unit root are: external debt as

percentage of export, current GDP, GDP/cap, oil price, reserves as percentage of

external debt, the SWF dummy, the interaction effect between SWFs and institutional

quality, the interaction effect between SWFs and autocracy and the interaction effect

between SWFs and the war dummy. Those where only the Maddala-Wu test identified

a unit root were domestic credit as a percentage of GDP (p-value of PP test was 0.0314),

the interaction effect between SWFs and active conflicts (p-value of PP test was

0.0587) and the interaction effect between civil conflict (p-value of PP test was 0.0756).

Those where only the PP test identified a unit root where the institutional quality

variables, namely democracy (p-value of M-W test was 0.0497), autocracy (p-value of

M-W test was 0) and polity2 (p-value of ADF test was 0).

In order to eliminate non-stationary from the regression I will implement the variables

identified to have a unit root in first differences. As the Maddala-Wu test and the

Phillips-Perron test do not always agree I will include some models based on the

Maddala-Wu test, but when I go further in depth I will follow the results of the PP test.

Not only does it have the previously mentioned advantage of making the non-

parametric adjustment, thus eliminating the risk of choosing the level of serial

correlation, but since the sample is quite large, 770 observations in total, we can view

this as a large sample. Even when observations are dropped during the regressions for

a variety of reasons, the remainder still number several hundreds. This is a condition

for the PP test to be valid as it is based on asymptotic theory. The SWF dummy was

also positively identified by both tests as having a unit root in levels, but differencing

this would negate the point of introducing a dummy variable so I will keep the SWF

dummy in levels.

Page 52: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

43

6. Empirical Model

6.1 The Base Model

The base model for my regressions is quite simple, I check to what extent the presence

of a SWF, volatility of the oil price in the previous year and its interaction effect can

explain capital flight, scaled to average GDP over the period 1977 to 2011. The latter,

capital flight as scaled to average GDP, is the dependent variable for every model. This

base model does not seem to contain much valuable data as its R², the variance of the

dependent variable explained with the independent variables, is only 2.18%. The

adjusted R², as well a measure for explained variance but with a penalty for the number

of variables used, is even slightly negative. A further review of these and all other

regression results will be in chapter 7 (infra, p. 54-75).

In this model and throughout the regressions I will be using fixed cross-section effects

as this improves comparability between countries. Using fixed cross-sectional effects

allows for time-invariant country specific variables to enter the model, in essence, it

creates a dummy variable for each country which is constant over the whole sample

period. I already scaled the data, either with average GDP in the case of capital flight or

with current GDP in the case of many of the control variables, but certain exogenous

country specific effects could remain. One could easily think that cultural or

geographical factors directly affect capital flight, not just indirectly through the control

variables used. A small country such as Equatorial Guinea, Azerbaijan or Papua New

Guinea might offer less option for domestic risk diversification than large countries

such as China, Russia and Brazil, even when having scaled the variables. Or cultural

factors could play a role, a very closed and introvert culture might have international

trade, but at the end of the day still prefer to invest domestically. Introducing fixed

cross-sectional effects removes or at least reduces all these factors from the regression

and allows us to examine the exogenous variables over the whole group.

As I have many control variables there is the need for many different models. I will

only suggest a few of the options, but since some of the variables are proxies of the

same underlying idea, such as GDP and GDP/cap measuring the state of the economy,

GDP growth and GDP/cap growth measuring economic growth or inflation and a high

Page 53: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

44

inflation dummy, many are possible. There are also some variables that cannot be in

the same regression by design as the linear relationship between the two causes perfect

multi collinearity, such as polity2 with democracy and autocracy, and total active

conflict with civil conflict and international conflict.

In total I will present to different extents 14 models including the base model, but with

26 exogenous variables, not counting possible interaction effects, different tests for

stationarity, lags and leads this is only the tip of the iceberg of possibilities.

Cap_Flight_Rat = C(1)*Swf_Dummy + C(2)*Oil_P_Vol + C(3)*Interact1 + C(4)

6.2 Models Based on the Maddala-Wu test

First I will use the Maddala-Wu test to determine stationarity, and create models

where I differenced the variables the M-W test positively identified as having a unit

root. These are the models ADF1 through ADF4, the specifications of which can be

found in table 3. In ADF1 I include a quite full range of exogenous variables and

interaction effects, totalling at 30. For this model I chose to split up the composite

variables for institutional quality, polity2, into its separate elements, autocracy and

democracy, and for conflict, total active conflict, into civil conflict and international

conflict. This also means that I only included the interaction effects which used these

variables, and not those using polity2 and total active conflict. As the majority of the

coefficients of the variables in this model do not appear to be different from zero at the

10% significance level I start refining the model. I do this by continuously eliminating

the variable with the highest P- value. Having the highest p-value means that there is

the least possibility that the coefficient is different from zero. The exception to my

procedure is when a variable is part of an interaction effect, if this is the case I allow

the variable to remain in the model as long as the interaction effect is not the variable

with the highest p-value. Once the interaction effect is removed from the model the

variable can be deleted. I repeat these steps until I am left with a model that exists only

out of variables that are at least significant at the 10% or not significant but are part of

an interaction effect which is significant. The only coefficient that remains in the

regression regardless of its significance is the constant. This is because it is introduced

as part of the fixed cross-sectional effects used in the regression which in our case

requires a constant.

Page 54: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

45

Following the steps I just described results in another model which, although having a

slightly lower R² and adjusted R², uses much less variables to come to its conclusion.

This model, consisting of 9 variables, namely civil conflict, democracy, exports as a

percentage of GDP, the inflation dummy, financial openness, oil rents as a percentage

of GDP, the difference in reserves as a percentage of external debt, the SWF dummy

and the difference in oil price. No interaction effects remained significant. I called this

model ADF2 and will further review in the next section. Surprising however is that

variables that appeared significant, some even highly significant above the 1%

confidence bound, are no longer found in the refined model. On the other hand,

variables that at first did not seem significant, not even within the 10% confidence

bound, are now highly significant.

In the first model, ADF1, I started by using the separate variables for institutional

quality and conflict, but another possibility is using their composite variables, polity2

and total active conflict. Aside from adding these and removing democracy, autocracy,

civil conflict and international conflict I must also adjust the interaction effects,

including those and only those that are calculated using variables used within the

regression. Formulating this regression provides me with the model ADF3, which

although smaller than ADF1 is still quite extensive numbering 28 variables and

interaction effects.

Again we see that although some variables are highly significant the vast majority,

about three quarters of the variables, are not significant at the 10% confidence level. I

therefore repeat the procedure outlined earlier to refine the model and end up with

ADF4. Again we see that some at first significant variables have disappeared whereas

other variables have strongly gained in significance. The end result looks a lot like the

model ADF2, not surprising considering the similar starting position and equal refining

procedure. The only difference is that total active conflict and polity2 have taken the

place of civil conflict and democracy.

Page 55: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

46

Table 3: Models ADF1 to ADF4: specification

ADF1 Cap_Flight_Rat = C(1)*Autoc + C(2)*Civtot + C(3)*Ddom_Cred_Rat + C(4)*Democ +

C(5)*Dep_Int + C(6)*Dextdebt_Ratex + C(7)*Dgdp + C(8)*Dgdp_Cap +

C(9)*Dinteract10 + C(10)*Dinteract5 + C(11)*Dinteract9 + C(12)*Doil_P +

C(13)*Dreserves_Rat_Exdebt + C(14)*Export_Rat + C(15)*Extdebt_Ratgni +

C(16)*Fdi_In_Rat + C(17)*Gdp_Cap_Growth + C(18)*Gdp_Growth + C(19)*Inflation +

C(20)*Inflation_Dummy + C(21)*Int_Rate_Spread + C(22)*Interact1 + C(23)*Interact2 +

C(24)*Interact4 + C(25)*Kaopen + C(26)*Oil_P_Vol + C(27)*Oil_Rents_Rat +

C(28)*Swf_Dummy + C(29)*Wardummy + C(30) + C(31)*Inttot

ADF2 Cap_Flight_Rat = C(1)*Civtot + C(2)*Democ + C(3)*Doil_P + C(4)*Dreserves_Rat_Exdebt +

C(5)*Export_Rat + C(6)*Inflation_Dummy + C(7)*Kaopen + C(8)*Oil_Rents_Rat +

C(9)*Swf_Dummy + C(10)

ADF3 Cap_Flight_Rat = C(1) + C(2)*Actotal + C(3)*Ddom_Cred_Rat + C(4)*Dep_Int +

C(5)*Dextdebt_Ratex + C(6)*Dgdp + C(7)*Dgdp_Cap + C(8)*Dinteract10 +

C(9)*Dinteract3 + C(10)*Dinteract7 + C(11)*Doil_P + C(12)*Dreserves_Rat_Exdebt +

C(13)*Export_Rat + C(14)*Extdebt_Ratgni + C(15)*Fdi_In_Rat +

C(16)*Gdp_Cap_Growth + C(17)*Gdp_Growth + C(18)*Inflation +

C(19)*Inflation_Dummy + C(20)*Int_Rate_Spread + C(21)*Interact2 + C(22)*Interact1 +

C(23)*Interact6 + C(24)*Kaopen + C(25)*Oil_P_Vol + C(26)*Oil_Rents_Rat +

C(27)*Polity2 + C(28)*Swf_Dummy + C(29)*Wardummy

ADF4 Cap_Flight_Rat = C(1) + C(2)*Actotal + C(3)*Doil_P + C(4)*Dreserves_Rat_Exdebt +

C(5)*Export_Rat + C(6)*Inflation_Dummy + C(7)*Kaopen + C(8)*Oil_Rents_Rat +

C(9)*Swf_Dummy + C(10)*Polity2

6.3 Models based on the Phillips-Perron test: contemporaneous

However, these previous 4 models were all based on the same test for stationarity, the

Maddala-Wu test, whereas I explained in section 5.6 why this test could be wrong and

why I prefer to use the Phillips-Perron test. Although broadly similar, there were a few

notable differences in the results for the unit root tests, namely three cases where only

the Maddala-Wu test identified a unit root, and three cases where only the Phillips-

Perron test identified a unit root. In the following models I accept the Phillips-Perron

test as producing the correct results. The specifications for these next four models can

be found in table 4.

Page 56: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

47

Firstly I calculate the model PP1, which is equal to ADF1 in the sense that it does not

contain the composite variables for institutional quality and conflict, but rather their

separate elements. Again only the corresponding interaction effects are included.

However, it differs from ADF1 in the variables that were identified as non-stationary

and as a results were differenced to de-trend them. Unlike ADF1 domestic credit as a

percentage of GDP and the interaction effect between having a SWF and the presence

and scale of civil conflict were not differenced, whereas the institutional quality

measurements, being democracy and autocracy, were in fact differenced. Just like its

Maddala-Wu counterpart the PP1 model is again a quite extensive model with many

variables of which only a few are significantly different from zero.

This is why we repeat the steps outlined earlier to refine the model and try and find

which variables truly matter. As there are only some differences but not many, only 4

out of 30 variables differ, it should not be surprising that for our PP2 model we arrive

at a similar result to ADF2. However, aside from the similarities in the forms of exports

as percentage of GDP, oil rents as percentage of GDP, the difference in the ratio of

reserves to external debt, the presence of a SWF and the difference in oil price, there

are also notable differences. First of all no institutional or conflict variables have

remained in the regression, and neither has the measure for financial openness, which

is also linked to institutional quality. On the macro economical side GDP per capita

growth has entered the regression, whereas the inflation dummy is now replaced by

the measure for inflation.

Just as PP1 was the Phillips-Perron test equivalent of the ADF1 regression, so is PP3

equivalent to ADF3, being the regression that starts will most of the variables, but with

the composite variables for institutional quality and conflict. Again the difference lies

in the way that some variables have been de-trended, in this case the composite

measure for institutional quality, polity2, whereas others have not been de-trended,

being domestic credit as a percentage of GDP and the interaction effect between the

presence of a SWF and the scale of total conflict.

As before, this leads to an unnecessarily large model with only a few variables with

coefficients significantly different from zero which needs to be refined. Refining this

leads us to model PP4, which bears similarities both to ADF4, with which it shares the

Page 57: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

48

type of variables, and with PP2, with which it shares the test for stationarity. We can

see that exports as percentage of GDP and the difference in oil price remain

throughout the three models, but it shares its macro-economic variables, GDP per

capita growth and inflation, with PP3 but its institutional variables, capital openness

and polity2, with ADF4. However, since polity2 was found to be non-stationary

according to the Phillips-Perron test this time I am using the difference in institutional

quality, the once differenced version of polity2. But it also introduces new variables

which were not present in previous refined models, being the difference in external

debt as percentage of export, the interest rate spread and the war dummy. I should

note that although I followed the steps explained earlier, I was not strict about the 10%

significance levels for this model as some variables, namely the difference in external

debt as percentage of exports, the interest rate spread, the difference in institutional

quality and the war dummy do not seem different from zero at the 10% significance

level, but eliminating them from the model greatly reduced R², the percentage of

variance explained in the model. This is why I allowed them to remain.

Table 4: Models PP1 to PP4: specification

PP1 Cap_Flight_Rat = C(1)*Civtot + C(2)*Dautoc + C(3)*Ddemoc + C(4)*Dextdebt_Ratex + C(5)*Dep_Int

+ C(6)*Dgdp + C(7)*Dgdp_Cap + C(8)*Dinteract10 + C(9)*Dinteract5 + C(10)*Doil_P +

C(11)*Dom_Cred_Rat + C(12)*Dreserves_Rat_Exdebt + C(13)*Export_Rat +

C(14)*Extdebt_Ratgni + C(15)*Fdi_In_Rat + C(16)*Gdp_Cap_Growth + C(17)*Gdp_Growth +

C(18)*Inflation + C(19)*Inflation_Dummy + C(20)*Interact1 + C(21)*Int_Rate_Spread +

C(22)*Interact2 + C(23)*Interact4 + C(24)*Interact9 + C(25)*Inttot + C(26)*Kaopen +

C(27)*Oil_P_Vol + C(28)*Oil_Rents_Rat + C(29)*Swf_Dummy + C(30)*Wardummy + µ

PP2 Cap_Flight_Rat = C(1)*Doil_P + C(2)*Dreserves_Rat_Exdebt + C(3)*Export_Rat +

C(4)*Gdp_Cap_Growth + C(5)*Inflation + C(6)*Oil_Rents_Rat + C(7)*Swf_Dummy + µ

PP3 Cap_Flight_Rat = C(1)*Actotal + C(2)*Dep_Int + C(3)*Dextdebt_Ratex + C(4)*Dgdp_Cap +

C(5)*Dgdp + C(6)*Dinteract10 + C(7)*Dinteract3 + C(8)*Doil_P + C(9)*Dom_Cred_Rat +

C(10)*Dpolity2 + C(11)*Dreserves_Rat_Exdebt + C(12)*Export_Rat + C(13)*Extdebt_Ratgni +

C(14)*Fdi_In_Rat + C(15)*Gdp_Cap_Growth + C(16)*Gdp_Growth + C(17)*Inflation +

C(18)*Inflation_Dummy + C(19)*Int_Rate_Spread + C(20)*Interact1 + C(21)*Interact2 +

C(22)*Interact6 + C(23)*Interact7 + C(24)*Kaopen + C(25)*Oil_P_Vol + C(26)*Oil_Rents_Rat

+ C(27)*Swf_Dummy + C(28)*Wardummy + µ

PP4 Cap_Flight_Rat = C(1)*Doil_P + C(2)*Export_Rat + C(3)*Gdp_Cap_Growth + C(4)*Inflation +

C(5)*Kaopen + C(6)*Swf_Dummy + C(8)*Dextdebt_Ratex + C(9)*Int_Rate_Spread +

C(10)*Dpolity2 + C(11)*Wardummy +µ

Page 58: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

49

6.4 Models based on the Phillips-Perron test: Lagged and Leading

variables

All the previous models looked at the contemporaneous impact of variables on capital

flight, but as I explained earlier in section 5.5.13 (supra, p. 37-38) this seems a very

limited point of view in the field of economics. Shocks to the system can persist for

several years and people can anticipate shocks and adjust their behaviour accordingly.

It is even possible that their anticipation of the shock is exactly what causes the shock

to happen. The field of economics is rife with these kinds of self-fulfilling prophecies.

To name one that is present in the model, inflation persists when the public believes

inflation to happen. Employees will raise their wage demands in order to protect their

purchasing power anticipating the higher prices, cutting the profit margin of

companies. These will in response try to pass of these higher costs to the consumer.

On a micro or even a meso scale these actions make sense, but when aggregated over

the whole economy the increased purchasing power through wage increases will be

eroded by the inflation that follows. The fear and expectation of inflation has triggered

inflation. Conflict is another variable that could easily have a not only

contemporaneous effect but also lagged and leading effects. When conflict is brewing,

be it international or civil, investors might be inclined to funnel capital out of the

country in anticipation of the conflict. It could also be that the destruction through the

conflict reduces interesting investment opportunities, forcing capital abroad, or in fact

creates the need for reconstruction and offers highly interesting domestic investment

opportunities. This is why the next model PP5 will incorporate lagged and leading

values. As a starting point I will use PP3 since that is the PP model which has the

highest adjusted R² so far. I will use a one year lag and one year lead as this will already

result in a very large model, including the constant it will total 85 variables. Although

the sample size available is quite extensive, 22 countries over a 35 year period,

including further lags and leads would be over specifying the model, something which

is already a risk with just a one year lag and lead. This model and the next three can be

found in table 5.

Page 59: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

50

As before I refine the model to see which variables were actually relevant for the

regression in questions to end up at model PP6. Although this is a refined model due

to the many starting variables, even after refining it is quite extensive counting 28

variables, interaction effects, lagged and leading variables. The specification for this

model and the complete list of variables can be found in table 5. To highlight a few

variables, it is notable that this is the first refined model that still contains interaction

effects, namely the interactions between SWFs and oil price volatility, SWFs together

with oil price volatility and oil rents as percentage of GDP, and the presence of and

SWF in times of conflict, be it civil or international. It also seems that several lagged

values for the previous year are significant, some of which were never

contemporaneously relevant in refined models namely the difference in GDP per

capita, the deposit interest rate and external debt as percentage of Gross National

Income(GNI). Export as a percentage of GDP seems to have both a contemporaneous

impact as a lagged impact, as did reserves as a percentage of interest rates and the

presence of a SWF. Interest rate spread also seems to have a lagged impact, but no

longer a contemporaneous one, as it did when it appeared in model PP4. After refining

the model also leading values, meaning the variables for which the value in the

following year remained in the model. Firstly there were the interaction effects

regarding conflict and the presence of a SWF. On the one hand the interaction

between the presence of a SWF and total conflict on a zero to ten scale remained, but

also the once differenced interaction between the presence of a SWF and the war

dummy stayed in the model. Also the difference in oil price, which in every previous

model had a significant contemporaneous impact, seems to have lost it

contemporaneous effect but had gained a leading effect. It seems that not the rise but

the expectation of a rise has an impact. Inflation and oil rents are two variables that

not only have a contemporaneous impact, but also their leading coefficient remained

in the model. This was also true for the interaction effect between sovereign wealth

funds and scaled conflicted I discussed earlier.

When I introduced SWFs I emphasised that each country designs its own fund,

although there are several best practices to model, and that is it possible that the SWF

is not constructed with the best intentions. This is why I will again refine the model

Page 60: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

51

PP5, being the model with the composite variables for institutions and conflict, but

now I will limit the sample to democracies. I define democracies in the same way as

Andersen, Johannesen and Lassen (2012) by demanding that the democracy value from

the PolityIV dataset as calculated by Marshall and Jaggers (2011) should be at least five.

In this way I demand a certain institutional quality, which should improve the design

of the SWF. By calculating PP5 for this subsample and then refining as I did all

previous times I calculated model PP7. Again there are quite a few variables so I will

not mention them all, the specification can be found in table 5. Notable however is

that no contemporaneous conflict variables or their interaction effects remain. We also

see some newcomers in the contemporaneous variables, being FDI inflows as

percentage to current GDP and the difference in GDP per capita. It is also the first

refined PP model that started with Polity2 where it is no longer in the refined

regression. Most of the lagged and leading variables which were present in PP6, the

refined model for all countries, are no longer present in PP7, the refined model for

democracies. Exceptions are the lagged difference in GDP per capita and the lagged

value of external debt as a percentage of GNI. There are also newcomers in the leading

and lagged values. Here percentual GDP growth enters a refined model for the first

time, albeit the lagged version. The only conflict variable which stays in the model is

the lagged value for total conflict scaled from 0 to ten. It is also the first time that the

interaction effect between SWFs and oil price volatility, an element in the base model,

is able to remain the model, but as with GDP growth it is also the lagged version. The

only leading value in the model is the percentual GDP growth per capita. It is

interesting to note that for the lagged and contemporaneous effect it was the

difference in GDP per capita, being the absolute growth in GDP per capita, but that for

the leading value the percentual change matters.

Although the brunt of the regressions and the focus of my research question was on a

one year volatility, in section 5.4 (supra, p.30) I already introduced volatility over

longer period, being two, three and five years. This why I will repeat model PP3, the

model with composite variables for institutional quality and conflict, supplemented

with the lagged and leading variables that seemed relevant in model 6 to create model

PP8. However this time I will use instead of only the one year volatility, volatilities over

Page 61: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

52

all four timeframes. As there were several interaction effects that contained oil price

volatility over a one year period I will recreate these interaction effects with the two

year, three year and five year volatility. I will also introduce lagged and leading effects

for the newly introduced variables and their respective interaction effects. As this

creates another very extensive model I will not include it in here but refer to annex III

(attachment).

In order to limit the size of the model somewhat I shall refine it as I did with the

previous models to calculate the model PP9. However, even though the model had less

starting variables than PP5, the refined version is still quite large with 40 variables,

including interaction effects, lagged and leading values. It seems that including

volatilities over a longer period greatly enhanced the model as many contemporaneous

interaction effects, together with lagged and leading variables and interaction effects,

stayed in the model. As it is again too large to include here I shall include it in annex

III.

Table 5: Models PP5 to PP9: specification

PP5 Cap_Flight_Rat = C(1)*Actotal + C(2)*Dep_Int + C(3)*Dextdebt_Ratex + C(4)*Dgdp_Cap +

C(5)*Dgdp + C(6)*Dinteract10 + C(7)*Dinteract3 + C(8)*Doil_P + C(9)*Dom_Cred_Rat

+ C(10)*Dpolity2 + C(11)*Dreserves_Rat_Exdebt + C(12)*Export_Rat +

C(13)*Extdebt_Ratgni + C(14)*Fdi_In_Rat + C(15)*Gdp_Cap_Growth +

C(16)*Gdp_Growth + C(17)*Inflation + C(18)*Inflation_Dummy +

C(19)*Int_Rate_Spread + C(20)*Interact1 + C(21)*Interact2 + C(22)*Interact6 +

C(23)*Interact7 + C(24)*Kaopen + C(25)*Oil_P_Vol + C(26)*Oil_Rents_Rat +

C(27)*Swf_Dummy + C(28)*Wardummy + C(30)*Actotal(-1) + C(31)*Dep_Int(-1) +

C(32)*Dextdebt_Ratex(-1) + C(33)*Dgdp_Cap(-1) + C(34)*Dgdp(-1) +

C(35)*Dinteract10(-1) + C(36)*Dinteract3(-1) + C(37)*Doil_P(-1) +

C(38)*Dom_Cred_Rat(-1) + C(39)*Dpolity2(-1) + C(40)*Dreserves_Rat_Exdebt(-1) +

C(41)*Export_Rat(-1) + C(42)*Extdebt_Ratgni(-1) + C(43)*Fdi_In_Rat(-1) +

C(44)*Gdp_Cap_Growth(-1) + C(45)*Gdp_Growth(-1) + C(46)*Inflation(-1) +

C(47)*Inflation_Dummy(-1) + C(48)*Int_Rate_Spread(-1) + C(49)*Interact1(-1) +

C(50)*Interact2(-1) + C(51)*Interact6(-1) + C(52)*Interact7(-1) + C(53)*Kaopen(-1) +

C(54)*Oil_P_Vol(-1) + C(55)*Oil_Rents_Rat(-1) + C(56)*Swf_Dummy(-1) +

C(57)*Wardummy(-1) + C(58)*Actotal(1) + C(59)*Dep_Int(1) +

C(60)*Dextdebt_Ratex(1) + C(61)*Dgdp_Cap(1) + C(62)*Dgdp(1) + C(63)*Dinteract10(1)

Page 62: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

53

+ C(64)*Dinteract3(1) + C(65)*Doil_P(1) + C(66)*Dom_Cred_Rat(1) + C(67)*Dpolity2(1)

+ C(68)*Dreserves_Rat_Exdebt(1) + C(69)*Export_Rat(1) + C(70)*Extdebt_Ratgni(1) +

C(71)*Fdi_In_Rat(1) + C(72)*Gdp_Cap_Growth(1) + C(73)*Gdp_Growth(1) +

C(74)*Inflation(1) + C(75)*Inflation_Dummy(1) + C(76)*Int_Rate_Spread(1) +

C(77)*Interact1(1) + C(78)*Interact2(1) + C(79)*Interact6(1) + C(80)*Interact7(1) +

C(81)*Kaopen(1) + C(82)*Oil_P_Vol(1) + C(83)*Oil_Rents_Rat(1) +

C(84)*Swf_Dummy(1) + C(85)*Wardummy(1) +µ

PP6 Cap_Flight_Rat = C(1)*Actotal + C(2)*Dgdp_Cap + C(3)*Dom_Cred_Rat + C(4)*Dpolity2 +

C(5)*Dreserves_Rat_Exdebt + C(6)*Export_Rat + C(7)*Extdebt_Ratgni + C(8)*Inflation

+ C(9)*Interact1 + C(10)*Interact2 + C(11)*Interact7 + C(12)*Kaopen + C(13)*Oil_P_Vol

+ C(14)*Oil_Rents_Rat + C(15)*Swf_Dummy + C(16)*Wardummy + C(18)*Dep_Int(-1) +

C(19)*Dgdp_Cap(-1) + C(20)*Dreserves_Rat_Exdebt(-1) + C(21)*Export_Rat(-1) +

C(22)*Extdebt_Ratgni(-1) + C(23)*Int_Rate_Spread(-1) + C(24)*Swf_Dummy(-1) +

C(25)*Dinteract10(1) + C(26)*Doil_P(1) + C(27)*Inflation(1) + C(28)*Interact7(1) +

C(29)*Oil_Rents_Rat(1) +µ

PP7 Cap_Flight_Rat = C(1)*Dgdp_Cap + C(2)*Export_Rat + C(3)*Extdebt_Ratgni + C(4)*Fdi_In_Rat

+ C(5)*Kaopen + C(6)*Oil_P_Vol + C(7)*Oil_Rents_Rat + C(8)*Swf_Dummy +

C(10)*Actotal(-1) + C(11)*Dgdp_Cap(-1) + C(12)*Extdebt_Ratgni(-1) +

C(13)*Gdp_Growth(-1) + C(14)*Interact1(-1) + C(15)*Gdp_Cap_Growth(1) +µ

PP8 Cap_Flight_Rat = C(1)*Actotal + C(2)*Dep_Int + C(3)*Dextdebt_Ratex + C(4)*Dgdp +

C(5)*Dgdp_Cap + C(6)*Dinteract10 + C(7)*Dinteract3 + C(8)*Doil_P +

C(9)*Dom_Cred_Rat + C(10)*Dpolity2 + C(11)*Dreserves_Rat_Exdebt +

C(12)*Export_Rat + C(13)*Extdebt_Ratgni + C(14)*Fdi_In_Rat +

C(15)*Gdp_Cap_Growth + C(16)*Gdp_Growth + C(17)*Inflation +

C(18)*Inflation_Dummy + C(19)*Int_Rate_Spread + C(20)*Interact1 +

C(21)*Interact1_2(-1) + C(22)*Interact1_2 + C(23)*Interact1_2(1) + C(24)*Interact1_3(-1)

+ C(25)*Interact1_3 + C(26)*Interact1_3(1) + C(27)*Interact1_5(-1) + C(28)*Interact1_5 +

C(29)*Interact1_5(1) + C(30)*Interact2 + C(31)*Interact2_2(-1) + C(32)*Interact2_2 +

C(33)*Interact2_2(1) + C(34)*Interact2_3(-1) + C(35)*Interact2_3 + C(36)*Interact2_3(1)

+ C(37)*Interact2_5(-1) + C(38)*Interact2_5 + C(39)*Interact2_5(1) + C(40)*Interact6 +

C(41)*Interact6_2(-1) + C(42)*Interact6_2 + C(43)*Interact6_2(1) + C(44)*Interact6_3(-

1) + C(45)*Interact6_3 + C(46)*Interact6_3(1) + C(47)*Interact6_5(-1) +

C(48)*Interact6_5 + C(49)*Interact6_5(1) + C(50)*Interact7 + C(51)*Kaopen +

C(52)*Oil_P_Vol + C(53)*Oil_P_Vol_2y(-1) + C(54)*Oil_P_Vol_2y +

C(55)*Oil_P_Vol_2y(1) + C(56)*Oil_P_Vol_3y(-1) + C(57)*Oil_P_Vol_3y +

C(58)*Oil_P_Vol_3y(1) + C(59)*Oil_P_Vol_5y(-1) + C(60)*Oil_P_Vol_5y +

C(61)*Oil_P_Vol_5y(1) + C(62)*Oil_Rents_Rat + C(63) + C(64)*Dep_Int(-1) +

Page 63: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

54

C(65)*Dgdp_Cap(-1) + C(66)*Dreserves_Rat_Exdebt(-1) + C(67)*Dinteract10(1) +

C(68)*Doil_P(1) + C(69)*Inflation(1) + C(70)*Interact7(1) + C(71)*Oil_Rents_Rat(1) +

C(72)*Export_Rat(-1) + C(73)*Extdebt_Ratgni(-1) + C(74)*Int_Rate_Spread(-1) +

C(75)*Swf_Dummy(-1) + µ

PP9 Cap_Flight_Rat = C(1)*Actotal + C(2)*Dgdp_Cap + C(3)*Dom_Cred_Rat + C(4)*Dpolity2 +

C(5)*Dreserves_Rat_Exdebt + C(6)*Export_Rat + C(7)*Extdebt_Ratgni +

C(8)*Gdp_Cap_Growth + C(9)*Inflation + C(10)*Int_Rate_Spread + C(11)*Interact1_2(-

1) + C(12)*Interact1_2(1) + C(13)*Interact1_5(1) + C(14)*Interact2 + C(15)*Interact2_2(-1)

+ C(16)*Interact2_3 + C(17)*Interact2_5(-1) + C(18)*Interact6_2 + C(19)*Interact6_3(-1)

+ C(20)*Interact6_3 + C(21)*Interact6_3(1) + C(22)*Interact6_5(1) + C(23)*Interact7 +

C(24)*Kaopen + C(25)*Oil_P_Vol + C(26)*Oil_P_Vol_3y(-1) + C(27)*Oil_P_Vol_3y +

C(28)*Oil_P_Vol_5y + C(29)*Oil_Rents_Rat + C(30) + C(31)*Dgdp_Cap(-1) +

C(32)*Export_Rat(-1) + C(33)*Extdebt_Ratgni(-1) + C(34)*Int_Rate_Spread(-1) +

C(35)*Dinteract10(1) + C(36)*Inflation(1) + C(37)*Interact7(1) + C(38)*Oil_Rents_Rat(1)

+ C(39)*Wardummy + C(40)*Swf_Dummy + C(41)*Oil_P_Vol_2y +µ

7. Estimation Results

7.1 The Base Model

The first model I will discuss will be the base model. This is very limited in terms of the

variables that I included and I therefore it should come as no surprise that the

explanative power is quite low as I already mentioned at the start of section 6. The

advantage from including limited variables is that this model included most

observations, 614 out of 770, and the only model that could include all the countries

over the whole period. Other models suffered from missing observation issues and

therefore the sample was automatically limited in the other cases.

As we can see neither SWFs nor oil price volatility seems significantly different from

zero, nor does their interaction effect. We can however see that where the prediction

for the sign of oil price volatility was correct, the coefficient for a SWF is positive and

quite large at 0.0856, meaning the presence of a capital flight actually increases capital

flight. As the coefficient is not significantly different from zero I will not investigate

this further. Also the interaction effect is positive, but this as I said this is not

significant at the 10% level and it is also quite small. The base model is one of only

Page 64: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

55

three models, together with PP3 and PP7, where the constant is significantly different

from zero, here measuring in at 0.0418. The full regression results can be found in table

6 (infra, p. 60-61) at the end of section 7.2.

7.2 Models based on the Maddala-Wu unit root test: ADF1 to ADF4

When calculating the first model, ADF1, that includes control variables we can

immediately see that the R² and adjusted R² values do not just rise, they shoot up.

From +2.2% and -1.8% respectively here we see 60.20% and 50.69%. The downside of

extending the model with other variables is that the size of the sample is severely

limited, with only 14 cross-sections over 30 periods. The number of observations

included drops to just over a third of previously used. Although 30 variables are

included in the model, only 6 of them are significantly different from 0. As discussing

the signs and expected signs of all the variables would be superfluous as we are not

even at the 10% confidence bound certain that these are in fact the correct signs, I will

limit myself here and in the following models to those that are significant unless

otherwise relevant. The full list of coefficients for this model and the other ADF

models can be found in table 6 (infra, p. 60-61) at the end of this section.

At the one per cent confidence bound only two variables are significant, being exports

as percentage of GDP and inflation. Although inflation has the positive sign we

expected, I was not sure which sign exports would be. Here scaled exports has a

positive sign, which is consistent for every model included, and a value of 0.0036. This

value roughly comes back in every model before we introduce lagged and leading

values, after that there is some variation in the value. Inflation has a smaller coefficient

of 0.0009, but also this is quite robust for the different models.

When looking at the variables significant at the five per cent level we see the difference

in external debt as a percentage of exports, the country’s financial openness and the

difference in oil price. The differences in oil price and external debt as percentage of

exports have the predicted sign, but for financial openness we did not know what to

expect. Now we see that this seems to have a positive impact on capital flight, which is

consistent over the different models but with varying values for the coefficients. Of

these three, the financial openness has a strong impact in this model but the difference

Page 65: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

56

in oil price much less, and the external debt as percentage of exports even less than

that.

In the broadest confidence bound of ten per cent we find the deposit interest rate and

the presence of a SWF. Both have positive signs, both contrary to what I expected, but

where the presence of a SWF has a large impact compared to other coefficients, the

deposit interest rate is only very slightly positive. Albeit both insignificantly different

from zero, it is strange that both autocracy and democracy, which are different end of

the same spectrum, have a negative coefficient. To fast forward, this is also true for the

PP1 model, which uses the differences in democracy and autocracy. Although

democracy has a stronger negative coefficient we could take this as a sign that

moderate versions of government increase capital flight whereas extremes reduce it.

This could be another interesting follow up research question but a possible

explanation could be that in a strong autocracy there is little or no freedom of capital

movement, thus reducing capital flight, and a very democratic country has not only

freedom of movement of capital but also a high enough institutional quality to create

confidence, but a country that introduces freedom of capital movement before earning

the confidence can avertedly increase capital flight.

When we look at the refined version of this last model, the ADF2 model, we see that it

not only contains fewer variables but that the omission of the variables allowed for a

greater number of observations, which almost doubled. Also the cross-sections and

number of periods included, although less spectacularly. When we look at the variance

explained by the model the R² is significantly lower at 51,64%, almost 9 percentage

points lower, but the adjusted R² only dropped by just over 3 percentage points.

Although I only use the 10% confidence bound to refine the model, 5 of the 9

remaining variables are significant at a 1% level and the other 4 are on the 5% level. No

variables on the 10% level remain. In the 1% level we have firstly democracy, with again

a negative sign albeit slightly lower in absolute value. Secondly we see exports as a

percentage of GDP which has a similar value to before. Reserves as percentage of

external debt has a highly significant but very small positive sign, contrary to what I

expected. This value is quite robust for the refined models, but in the unrefined model

we find a much smaller but not significant value. The SWF dummy is smaller than in

Page 66: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

57

the unrefined model, but is still positive. As this goes against the hypotheses of my

research question I will discuss this further in section 8 (infra, p.75). The difference in

oil price is even more significant than before, but its value is halved to 0.0020. This

value is to some extent robust for all refined models before introducing lags and leads,

whereas the value from ADF1, 0.0039, is quite robust across the non-refined models. At

the five per cent confidence level we find civil conflict. Where international conflict

did not make it to the refined model, civil conflict did but has a negative value. This

means that civil conflict decreases capital flight, which seems counter intuitive but in

section 6.4 I suggested that the need for reconstruction could create very interesting

domestic investment opportunities. The next valuable significant at 5% is the high

inflation dummy with a quite strong positive sign, as expected. In the unrefined model

it was inflation itself that had a positive and significant sign, whereas the inflation

dummy was negative and not significant. The value of the coefficient for the high

inflation dummy is also much higher than that of the inflation variable in ADF1. The

last significant variable is financial openness, with again a positive sign but just over

half the size of previously. As with the difference in oil price, this value is quite robust

over the different refined models, whereas its value in ADF1 was quite robust over the

unrefined models.

The next model is ADF3, the unrefined model using composite variables for

institutional quality and conflict. If we compare this to the previous unrefined model

we see the same number of observations but a very slight fall of explained variance,

both in R² and adjusted R². Exactly the same variables are significant as in ADF1 with

even roughly the same values. Also most of the non-significant variables are roughly

equal, the exceptions being the constant, the interaction effect between SWFs and oil

price volatility and the interaction effect between SWFs, oil price volatility and oil

rents as percentage of GDP. The constant went from negative -0.01 to positive 0.03, but

the negative effect of both interaction effects is much stronger. These are still quite

small numbers, but relative to previous model a notable difference.

As before this model is too extensive with too many variables, some of which highly

unlikely to be significant, so the refined model ADF4 emerges. This model is very

similar to ADF3, which should come as no surprise given their similar starting

Page 67: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

58

variables. The R², adjusted R² and number of observations included are almost exactly

the same. The only difference is that democracy is no longer present in the model, but

polity2 is, and civil conflict has been replaced by total conflict. Striking is that the

coefficients of these variables have almost the same value as the ones they are each

replacing.

Page 68: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

59

Table 6: Base Model and Models ADF1 to ADF4: Results

Abbreviation Base_Model ADF1 ADF2 ADF3 ADF4

Cap Flight Ratio Av Gdp Cap_Flight_Rat x x x x x

Constant C 0,0418 * (0,0777)

-0,0110 (0,0664)

-0,170 (0,0192)

0,0345 (0,0462)

-0,0057 (0,0209)

Total Conflict Actot

-0,0075 (0,0056)

-0,0067 ** (0,0030)

Autocracy Autoc

-0,0019 (0,0068)

Civil Conflict Civtot

-0,0088 (0,0057)

-0,0066 ** (0,0031)

Democracy Democ

-0,0087 (0,0065)

-0,0068 *** (0,0022)

Deposit Interest Rate Dep_Int

5,77E-05 * (3,26E-05)

5,97E-05 * (3,27E-05)

Domestic Credit % Gdp Dom_Cred_Rat

-0,0024 (0,0017)

-0,0024 (0,0017)

Exports % Gdp Export_Rat

0,0036*** (0,0010)

0,0034 *** (0,0006)

0,0037 *** (0,0010)

0,0035*** (0,00058)

External Debt % Gni Extdebt_Gni

9,85E-05 (0,0003)

0,0001 (0,0003)

External Debt %Export Extdebt_Ratex

0,0004 ** (0,0002)

0,0004 * (0,0002)

Fdi Net In % Gdp Fdi_In_Rat

-0,0012 (0,0030)

-0,0004 ( 0,0029)

Gdp Gdp

-9,98E-14 (1,81E-13)

-1,47 E-13 (1,80 E-13)

Gdp Per Cap Gdp_Cap

7,95E-06 (1,63E-05)

7,99 E-06 (1,63 E-05)

Gdp Per Cap Growth Gdp_Cap_Growth

0,0022 (0,0013)

0,0024 (0,0015)

Gdp Growth Gdp_Growth

0,0035 (0,0039)

0,004 (0,0039)

Page 69: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

60

Inflation Inflation

0,0009 *** (0,0002)

0,0009 *** (0,0002)

Inflation Dummy Inflation_Dummy

-0,0239 (0,0274)

0,0296 ** (0,0146)

-0,0227 (0,0275)

0,0302** (0,0146)

Interest Rate Spread Int_Rate_Spread

-0,0012 (0,0009)

-0,0012 (0,0009)

Swfxoil Price Volatility Interact1 0,0015

(0,0068) -0,0008 (0,0042)

-0,0082 (0,0133)

Swfxoil Price Volatilityxoil Rents%Gdp Interact2

6,46E-05 (0,0001)

0,0002 (0,0002)

Swf*Polity2 Interact3

-0,0046 (0,0065)

Swf_Dummy*Democ Interact4

-0,0040 (0,0075)

Swf_Dummy*Autoc Interact5

-0,0160 (0,0118)

Swf_Dummy*Polity2*Oil_P_Vol Interact6

0,0002 (0,0013)

Swf_Dummy*Actotal Interact7

0,0092 (0,0243)

Swf_Dummy*Civtotal Interact9

-0,0105 (0,0260)

Swf_Dummy*War_Dummy Interact10

0,0245 (0,1061)

-0,0555 (0,0850)

International Conflict Inttot

-0,2070 (0,1572)

Financial Openness Kaopen

0,0247 ** (0,0098)

0,0132 ** (0,0061)

0,0266 *** (0,0097)

0,0133** (0,0060)

Oil Price Volatility Oil_P_Vol 0,0008

(0,0042) -0,0024 (0,0022)

-0,0021 (0,0022)

Oil Rents % Gdp Oil_Rents_Rat

-0,0008 (0,0006)

0,0011 ** (0,0004)

-0,0009 (0,0006)

0,0010 ** (0,0004)

Polity2 Polity2

-0,0062 (0,0044)

-0,0072 *** (0,0023)

Reserves Reserves_Rat_Exdebt

8,66E-05 0,0003 *** 7,26E-05E-05 0,0004 ***

Page 70: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

61

(0,0002) (6,87E-05) (0,0002) (0,0004)

Swf Dummy Swf_Dummy 0,0856

(0,0068) 0,0729 * (0,0423)

0,0516 *** (0,0154)

0,0680 ** (0,0281)

0,0550 *** (0,0154)

Wardummy Wardummy

0,0195 (0,0293)

0,0218 (0,0294)

Oil Price Oil_P

0,0039 ** (0,0016)

0,0020 *** (0,0006)

0,0037 ** (0,0016)

0,0020 *** (0,0006)

2,18% 60,20% 51,64% 59,36% 51,72%

adjusted R²

-1,80% 50,69% 48,32% 50,20% 48,40%

total panel (unbalanced) observations

614 224 406 224 406

Cross-sections included

22 14 18 14 18

periods included

35 30 31 30 31

cross section effects fixed

cross section effects fixed

cross section effects fixed

cross section effects fixed

cross section effects fixed

cross section effects fixed

Standard error between parentheses: * = 10% significance, ** = 5% significance, *** = 1% significance

Figures in bold indicate that the variable was differenced before including it in the model

Page 71: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

62

7.3 Models based on the Phillips-Perron unit root test: PP1 to PP4

These first four models were based on the Maddala-Wu unit root test for stationarity,

but now we pass to the models based on the Phillips-Perron test that use only

contemporaneous variables.

First there is the PP1 model, which is the equivalent of the ADF1 model but with slight

differences in terms of which variables are differenced. Both the R² and adjusted R² are

slightly lower than those of ADF1 but as a whole the model is quite similar. The

variables that were significant in ADF1 are again significant and within the same

confidence level, even with similar values. The only exceptions are external debt as

percentage of exports that goes from being significant on the 5% level to the 10% level

and the interaction effect between the presence of a SWF and civil conflict which gains

significance, albeit only on a 10% level, and changes heavily. The interaction effect also

goes from quite negative to strongly positive.

Next we have the refined version of the previous model, PP2. Although its R² is much

lower, just over 11 percentage points, its adjusted R² is only 4.5 percentage points lower.

There are however many more observations included in the model due to fewer

included variables. As PP1 was quite similar to ADF1 we could reasonably expect a

similar refined model as well, but this is not true. In section 6.3 (supra, p.46-48) I

already stated which variables are part of the model and you could already see that

there were notable differences there. When we look at the significance and values of

the coefficient of the included variables we can again see differences. Similarities can

be found in the exports to GDP ratio, which has the same level of significance and

almost the same value, as is the case for oil rents as percentage of GDP and the

difference in reserves as percentage of external debt. However, here the similarities

stop and differences start. The constant in this model is still negative, but went from

non-significant to significant on a 1% level. You already knew that GDP per capita

growth was significant since it was a part of this model, but it seems that it is slightly

positive, contrary as to what one would expect, and this on a 5% confidence level.

Inflation took the place of the inflation dummy, and is just like in the PP1 model

significant on the 1% level. However, the value of the coefficient has greatly decreased.

Unlike the ADF2 and PP1 model which both had, albeit sometimes different,

Page 72: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

63

significant conflict and institutional variables, this model has none of those. There are

also other variables that were significant in the P1 model, domestic deposit interest

rate and differences in the ratio of external debt to exports, which lost their

significance.

Another quite general model is the Phillips-Perron test equivalent to ADF3, PP3. As

opposed to PP1 composite variables were used here. As with P2 I will make a dual

comparison, both with ADF3 and PP1. As far as similarities go in terms of significant

variables we see quite a few. Firstly its explanative power, both in terms of R² and

adjusted R², is almost equal to ADF3 and PP1. It has the highest adjusted R² of the

three, but only by 0.25 percentage points. The deposit interest rate, the export to GDP

ratio, the inflation, the financial openness and the difference in oil price all have the

same level of significance and almost the same value as in ADF3 and PP1. The SWF

dummy is similar in terms of sign and significance, but going from almost 0.07 to

barely 0.05 is quite a drop in effect. The differences include a significant negative

constant but more notably, a significant interaction effect between the presence of a

sovereign wealth fund and the scale measure for total conflict which is significant on a

5% level and quite strongly positive. The variable total conflict itself is negative but

much smaller and not significant.

The refined version of the model just discussed is PP4, and it is the first that actually

performs better than its unrefined version with a lower R² but with a slightly higher

adjusted R² than PP4. This could be due to a better specification of variables, but more

likely it is because as I said in section 6.3 (supra, p.46-48) that I did not follow the steps

for refining as strictly as I could. The difference in external debt as percentage of

export, the interest rate spread, the difference in institutional quality and the war

dummy are not significant at a 10% level and are not part of an interaction effect that is

significant, so I should have dropped it, but this greatly reduces explanatory power of

the regression. In the case of the difference in external debt dropping it means a

reduction of adjusted R² as large as 52.75 percentage points, it actually becomes

negative after dropping a variable that is supposed to be not significant. If we examine

the variables that are significant on the 1% level we first see the constant which has a

highly negative value, slightly larger in absolute value than in PP3. The export to GDP

Page 73: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

64

ratio is still positive but also slightly larger than in all of the previous models. Inflation

and financial openness, which were also highly significant in model PP3, both have a

smaller value than previously, although the drop is more noticeable regarding the

financial openness. Compared to PP2 GDP per capita growth gained more significance

but was even slightly more positive than previously, contrary to expectations. This is

another model where the oil price volatility does not feature anymore, but where the

difference in oil price is significant and positive.

Page 74: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

65

Table 7: Models PP1 to PP4: Results

Abbreviation PP1 PP2 PP3 PP4

Cap Flight Ratio Av Gdp Cap_Flight_Rat x x x x

Constant C -0,06687 (0,0471)

-0,0636 *** (0,0152)

-0,0783 * (0,0454)

-0,0845 *** (0,0252)

Total Conflict Actot

-0,0066 (0,0055)

Autocracy Autoc -0,0043 (0,0164)

Civil Conflict Civtot -0,0066 (0,0056)

Democracy Democ -0,0036 (0,0135)

Deposit Interest Rate Dep_Int 5,45E-05 * (3,23 E-05)

5,70E-05 * (3,18E-05)

Domestic Credit % Gdp Dom_Cred_Rat 0,0001

(0,0009)

0,0003 (0,0008)

Exports % Gdp Export_Rat 0,0036 *** (0,0010)

0,0035 *** (0,0005)

0,0037 *** (0,0010)

0,0043 *** (0,0007)

External Debt % Gni Extdebt_Gni 0,0004

(0,0003)

0,0004 (0,0003)

External Debt %Export Extdebt_Ratex 0,0003 * (0,0002)

0,0003 (0,0002)

0,0002 (0,0002)

Fdi Net In % Gdp Fdi_In_Rat -0,0004 (0,0027)

-0,0002 (0,0027)

Gdp Gdp -2,57E-13 (1,85E-13)

-269E-13 (1,76 E-13)

Gdp Per Cap Gdp_Cap 1,64E-05

(1,62E-05)

1,83 E-05 (1,61 E-05)

Gdp Per Cap Growth Gdp_Cap_Growth 0,0022

(0,0015) 0,0018 ** (0,0008)

0,0021 (0,0015)

0,0026 ** (0,0012)

Gdp Growth Gdp_Growth 0,0023

(0,0038)

0,0022 (0,0038)

Page 75: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

66

Inflation Inflation 0,0008*** (0,0002)

2,86E-05 *** (1,11E-05)

0,0008 *** (0,0002)

0,0006 *** (0,0001)

Inflation Dummy Inflation_Dummy -0,0197 (0,0272)

-0,0207 (0,0271)

Interest Rate Spread Int_Rate_Spread -0,0009 (0,0009)

-0,0008 (0,0009)

-0,0006 (0,0007)

Swfxoil Price Volatility Interact1 -0,0034 (0,0045)

-0,0079 (0,0129)

Swfxoil Price Volatilityxoil Rents%Gdp Interact2 0,0001

(0,0001)

0,0002 (0,0002)

Swf*Polity2 Interact3

-0,0066 (0,0062)

Swf_Dummy*Democ Interact4 -0,0053 (0,0073)

Swf_Dummy*Autoc Interact5 -0,0164 (0,0118)

Swf_Dummy*Polity2*Oil_P_Vol Interact6

0,0003 (0,0012)

Swf_Dummy*Actotal Interact7

0,0335 ** (0,0158)

Swf_Dummy*Civtotal Interact9 0,0320 * (0,0188)

Swf_Dummy*War_Dummy Interact10 -0,0904 (0,0631)

-0,0681 (0,0495)

International Conflict Inttot 0,0258

(0,1604)

Financial Openness Kaopen 0,0281 *** (0,0094)

0,0285 *** (0,0091)

0,0234 *** (0,0077)

Oil Price Volatility Oil_P_Vol -0,002452 (0,0022)

-0,0022 (0,0021)

Oil Rents % Gdp Oil_Rents_Rat -0,0010

(0,0006) 0,0010 *** (0,0004)

-0,0010 (0,0022)

Polity2 Polity2

7,58E-05 (0,0080)

0,0022 (0,0075)

Page 76: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

67

Reserves Reserves_Rat_Exdebt 8,94E-05 (0,0002)

0,0004 *** (6,34 E-05)

7,86 E-05 (0,0001)

Swf Dummy Swf_Dummy 0,0697 * (0,0391)

0,0400 *** (0,0133)

0,0507 * (0,0284)

Wardummy Wardummy 0,0046

(0,0289)

0,0031 (0,0286)

-0,0159 (0,0148)

Oil Price Oil_P 0,0040 ** (0,0016)

0,0010 ** (0,0004)

0,0037 ** (0,0016)

0,0019 ** (0,0008)

59,86% 48,83% 59,62% 55,13%

adjusted R²

50,37% 45,88% 50,62% 50,76%

total panel (unbalanced) observations

226 457 226 283

Cross-sections included

14 18 14 16

periods included

30 34 30 30

cross section effects fixed

cross section effects fixed

cross section effects fixed

cross section effects fixed

cross section effects fixed

Standard error between parentheses: * = 10% significance, ** = 5% significance, *** = 1% significance

Figures in bold indicate that the variable was differenced before including it in the model

Page 77: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

68

7.4 Models based on the Phillips-Perron test: expanding beyond

contemporaneous values, PP5 to PP9

All previous models only included contemporaneous variables, in section 5.5.14 (infra,

p.39) however I explained why this could be a severe limitation. This is why the next

models will include a one year lagged and leading term. As before a full review would

be very extensive considering the 85 explanatory variables including the constant,

interaction effects, lagged and leading values. It would also not be very useful as only 11

of these variables are significant on a 10% level or better. The full results can be found

in annex IV. Within the contemporary variables only the difference of GDP per capita

is significant on a 1% level and with a sign that goes against expectations but with a

value of 0.00006 its effect is very limited. On a 5% level we find the difference in

reserves to external debt ratio, external debt as percentage of GNI, inflation and oil

rents in percentage of GDP. These are all positive, whereas of these we only expected

inflation and oil rents as ratio to GDP to be positive. Exports to GDP ratio is significant

on a 10% level, with a positive value along the same lines as the previous models.

Among the lagged values we can see three significant variables, all on a 5% level. These

are the deposit interest rate of the previous year, the external debt to GNI ratio of the

previous year and the interest rate spread of the previous year. Of these only the

external debt ratio to GNI was also contemporaneously significant, but where it went

against expectations contemporaneously its lagged value changed the sign and has

become negative, following expectations. The lagged values of deposit interest rate and

interest rate spread, which are linked to each other by definition, both go against

expectations being respectively positive and negative. Only two leading values seem

significant, the differenced interaction effect between the war dummy and SWF

dummy and the ratio of oil rents to GDP. The difference in interaction effect is

strongly positive with one of the largest values seen in any model so far, but the oil

rents to GDP is negative. Just like the case of current versus lagged value of external

debt to GNI here the leading value changed sign and now follows expectations. If we

look at the descriptive statistics of the model we see a very high R² of 84.13% but a

large difference with its adjusted R² of 67.75%, which is still the best result we had so

far. This large difference suggests severe over fitting of the model, which is also shown

Page 78: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

69

by the significantly higher Schwarz information criterion compared to previous

models.

If we refine this model to PP6, which can be found in table 8, we immediately see an

improvement in the descriptive statistics of the model as although the R² drops to

75.38%, which is a bad sign, the adjusted R² rises to 69.36% and the Schwarz

information criterion drops, which are both good signs. We can say with a degree of

certainty that the previous model was over specified. The refined model however still

uses 28 explanatory variables, including contemporaneous, lagged, leading and

interaction effects. Contemporaneously we see that this is the first refined model

where the difference in oil price is no longer featured, and although the oil price

volatility is still not relevant, its interaction effect with the presence of a SWF is

significant on a 5% level and has a quite strong negative value as stated in my

hypotheses. If we include the oil rents ratio to GDP in the interaction it becomes

positive on a 5% level, but with a much lower absolute value than before. Of the 28

variables included 6 are contemporaneously relevant on a 1% level. Exports to GDP

ratio is one, which is still positive and with a higher value than previous models, as is

external debt to GNI, with a positive value very similar to in PP5. Inflation also has a

similar value as in previous models as does financial openness. The interaction effect

between SWFs and total conflict is again positive and significant but doubles in value

compared to the previous model where it was significant, PP3. Oil rents to GDP ratio is

the last variable contemporaneously significant on a 1% level and is positive, following

expectations. On a 5% level we see the negative constant, the already mentioned

interaction effects as well as the difference in reserves as percentage of external debt

and the difference of the composite variable for institutional quality. These are both

positive, both going against expectations, although polity2 has a much larger value. On

the broadest 10% level we only see one contemporaneous variable namely domestic

credit as percentage of GDP. This is negative as we expected. Looking at the lagged

values four are significant on the 1% level. Three of these were significant

contemporaneously as well namely the difference in reserves to external debt ratio, the

export to GDP ratio and the external debt to GNI. Where the lagged difference in

reserves to external debt ratio has exactly the same value as the contemporaneous

Page 79: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

70

variable the two others not just change signs, but reach a negative value almost the

same as the positive current variable, in absolute terms. The last lagged value on the

1% level is the deposit interest rate. On a 5% level we find the difference in GDP per

capita which is negative as expected, but with a very small value. The interest rate

spread is also significant and negative on the 5% level as it was in PP5, but with a much

smaller value. The last significant lagged variable is the SWF dummy with a quite

strong positive value, again on the 5% level. On the leading values only one was

significant on a 5% level, being the interaction effect between a SWF and total conflict,

which was also significant contemporaneously. However, this is another case where

the variable changes sign when accounting for time effects and follows expectation as

it is negative. It seems that during conflict a SWF worsens capital flight, but in the run

up to conflict is reduces it. The other four leading variables are all significant on a 1%

level. These are the difference of the interaction effect between the SWF and the war

dummy, the difference in oil price, inflation and oil rents as percentage of GDP. The

latter three were present contemporaneously as well, but with an almost equal but

opposite value for the coefficient. Interestingly enough, the leading value for the

difference in interaction effect between SWF and war dummy which we would expect

to be similar to the leading interaction effect between SWF and scaled conflict not only

has an opposite sign but the former also has a very strong positive value.

Another model I designed in section 6.4 (supra, p.51) is PP7, also found in table 8

where I started with PP5, but before refining I limited the sample to only include

democracies instead of all the possible observations. The explanatory power of this

model is much lower than before as both the R² and adjusted R² fall by about ten

percentage points. When we first look at the contemporaneous variables we see that 6

of the 8 variables were also present in PP6, the two exceptions being the ratio of FDI

inflows to GDP and the difference in GDP per capita. For the former it is the first time

that it appears in a refined model and with its positive value significant at the 5% level

it goes against expectations. The latter has a highly (1%) significant positive coefficient,

but with a very small value. Although the next 6 variables were also present in PP6 and

had the same sign, each and every one of them saw significant changes in value.

External debt to GNI, oil rents to GDP and exports to GDP ratios are all significant on

Page 80: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

71

the 1% level as they were in PP6, but whereas the coefficient for exports to GDP ratio

was halved, the other two doubled in value. The financial openness also kept its sign

but it lost significance going from the 1% to the 10% level and more than halved in

value. The remaining two variables, oil price volatility and the SWF dummy, are not

significant on a 10% level but are the elements of a lagged interaction effect. This

lagged effect has a positive value, significant on a 5% level, which goes against

expectations. Another lagged effect is scaled total conflict with a quite strong negative

value, significant on a 10% level. On a 1% level we see the difference in GDP per capita

with a very small and similar value to contemporaneous, but with a reversed sign. We

also see external debt to GNI ratio which has almost the same value as

contemporaneously, with the same sign. Lastly there is GDP growth with another

negative value which although still not large is much larger relative to the lagged effect

of the difference in GDP per capita. There is only one leading effect in this regression,

and that is GDP per capita growth with a quite strong positive value significant on a 1%

level, contrary to expectations.

Another expansion of the model could be to include volatility over a longer period as I

did in model PP8. As including these, together with the adapted versions of the

respective interaction effects and the lagged and leading values of all these, to PP3

supplemented with the significant lags and leads from PP4 creates another very big

model with 74 variables not including the constant, I will restrict myself to reviewing

only the significant variables. If we look at the descriptive statistics of the model we see

a high R² and adjusted R² but with a big difference between the two and neither can

rival PP5. Its adjusted R² is also lower than PP6. If we look at the contemporaneous

variables on the 1% level we see 9 variables. The only negative coefficient is the

domestic credit ratio, which follows expectations. Inflation, the ratio of oil rents to

GDP, the difference in reserves to external debt ratio, the export ratio, the external

debt to GNI ratio, the GDP per capita growth, and the interaction effect between a

SWF and scaled conflict are all positive, but only the first two follow expectations, the

others go against them. On a 5% level we see the difference in GDP per capita having a

small but positive value, again going against expectations, and the interaction effect

between the presence of a SWF, oil rents to GDP ratio and volatility on a 5 year period

Page 81: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

72

which has a negative value. On the 10% level we find only 1 contemporaneous variable,

being the oil price volatility over a five year period which has a quite strong positive

value. Of the four significant lagged values three reach the 1% level namely the

difference in reserves to external debt, the export ratio to GDP and the external debt to

GNI ratio. The first has a very similar value to its contemporaneous version, but the

latter two both have a similar absolute value but with a reversed, now negative, sign.

The last lagged significant value is in the 1% level and is the interaction effect between

the presence of a SWF, oil rents to GDP and the oil price volatility over a two year

period. It has a strong negative impact on capital flight, almost triple that of the

contemporaneous interaction effect between SWF, oil rents to GDP and the volatility

over the five year period. Of the four leading significant variables three achieve the 1%

level being inflation with a weak negative value, against expectations, the interaction

effect between SWFs and the war dummy with a very strong negative value and the

difference in interaction effect between the SWF dummy and the war dummy, with the

strongest significant effect seen so far, which is positive. Again we see these two related

interaction effects to have different signs. The last leading value is significant at the

5% level and is oil rents to GDP ratio with a moderate negative value, almost the

opposite of its contemporaneous counterpart.

At first glance it should appear that the one year oil price volatility does not matter as

much because nor it nor any of its interaction effects appears to be significant, but

since I already stated that over specification of model PP8 was not just possible but in

fact very probable it is possible that this causes significant variables to appear

insignificant. This is why the next model, also the last model I will review, is the

refined version of PP8. If we look at the descriptive statistics it is clear that this is the

best model constructed so far because even though it includes many variables, 41

including the constant, interactions, lags and leads, it has a quite low Schwarz criterion

which indicates that there is not much risk of over-specification. It also has the highest

adjusted R² value by far, although it R² is lower than that of PP5. Since the adjusted R²

contains a penalty for over-specification this is to be relied on over the standard R². Of

the variables included in the model there are 7 which are not significant, among which

the constant, but the remaining 6 are included because they are part of significant

Page 82: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

73

interaction effects. The contemporaneous variables significant at the 1% level are

external debt to GNI ratio, inflation, the interaction effect between SWFs, oil rents to

GDP and oil price volatility over a three year period, the interaction effect between

SWFs, institutional quality and oil price volatility, oil price volatility over a five year

period, oil rents to GDP ratio, export to GDP ratio, GDP per capita growth, the

interaction effect between SWFs and scaled total conflict and financial openness. Of

these 10 the first 7 follow expectations, but for the other three expectations were not

clear. On a 5% level we see 6 variables namely the domestic credit ratio, the interaction

effect between SWFs and oil price volatility over a one year period, the difference in

GDP per capita, the difference in reserves to external debt ratio, the interaction effect

between SWFs, institutional quality and oil price volatility over a two year period and

the oil price volatility over a three year period. Of these only the first two follow

expectations whereas the difference in GDP per capita, the difference in reserves to

external debt ratio and the oil price volatility clearly go against expectations. However

only the latter has a sizeable effect, the other two are quite small. There is only one

contemporaneous variable on the 10% level which is the interest rate spread, having a

positive value as was expected. Of the 9 lagged variables most can be found in the 1%

confidence level. The difference in GDP per capita is the only one which is significant

on the 10% level, with again almost the opposite value of its contemporaneous

counterpart. On the 5% level we see the oil price volatility over a three year period,

which has a smaller but still negative value compared to the contemporaneous

variable, again going against expectations. On the 1% level we find the interaction

effect between SWFs, oil price volatility over a two year period and oil rents to GDP

ratio, the interaction effect between SWFs, institutional quality and oil price volatility

over a three year period, the interest rate spread, the interaction effect between SWFs

and oil price volatility over a two year period, the interaction effect between SWFs, oil

rents to GDP and oil price volatility over a five year period, exports to GDP ratio and

external debt to GNI ratio. Of these the first three follow expectations. Of the leading

effects only two out of eight can be found in the 5% level, the remaining six are

significant on the 1% level. These two are the interaction effect between the presence

of a SWF and oil price volatility over a two year period and inflation, both of which go

Page 83: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

74

against expectations. Those significant on a 1% level are the interaction effect between

SWFs and oil price volatility over a five year period, the interaction effect between

SWFs, institutional quality and oil price volatility over a three year period, the

interaction effect of SWFs and scaled total conflict, the interaction effect of SWFs,

institutional quality and oil price volatility over a five year period, the differenced

interaction effect between SWFs and the war dummy and lastly oil rents to GDP ratio.

Only the first three follow expectations. Striking is the difference between the

interaction effects of SWFs, institutional quality and oil price volatility over a three

year period, and the same interaction effect with oil price volatility over a five year

period. Whereas the first reduces capital flight, the second increases this by almost the

same amount. This reversal between the same variables over a different timed effect

has already been mentioned several times, but when viewing the whole model this

appears a total of seven times. Aside from the just mentioned interaction effect also

the difference of GDP per capita, exports to GDP ratio, external debt to GNI ratio,

inflation, interest rate spread, the interaction effect between SWFs and scaled conflict

and oil rents show this reversal. A possible cause for this could be the tendency to

adapt one’s behaviour, but over compensate to be sure.

Table 8: Models PP5 to PP9: Results

Abbreviations PP6 PP7

cap flight ratio average gdp cap_flight_rat x x

constant c 0,0554

(0,0416) -0,0654 **

(0,0253)

total conflict actot -0,0092 **

(0,0045)

autocracy autoc

civil conflict civtot

democracy democ

deposit interest rate dep_int

domestic credit % gdp dom_cred_rat -0,0012 * (0,0007)

exports % gdp export_rat 0,0067 ***

(0,0011) 0,0030 ***

(0,0009)

external debt % gni extdebt_gni 0,0014 ***

(0,0004) 0,0030 ***

(0,0006)

external debt %export extdebt_ratex

fdi net in % gdp fdi_in_rat 0,0047 **

(0,0018)

gdp gdp

Page 84: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

75

gdp per cap gdp_cap 6,08E-05 ***

(1,24E-05)

gdp per cap growth gdp_cap_growth

gdp growth gdp_growth

inflation inflation 0,0005 ***

(0,0002)

Inflation Dummy inflation_dummy

interest rate spread int_rate_spread

SWFxOil price volatility interact1 -0,0188 **

(0,0073)

SWFxOil price volatilityxoil rents%gdp interact2

0,0004 ** (0,0002)

swf*polity2 interact3

swf_dummy*democ interact4

swf_dummy*autoc interact5

swf_dummy*polity2*oil_p_vol interact6

swf_dummy*actotal interact7 0,0708 ***

(0,0212)

swf_dummy*inttotal interact8

swf_dummy*civtotal interact9

swf_dummy*war_dummy interact10

international conflict inttot

financial openness kaopen 0,0205 ***

(0,0078) 0,0097 * (0,0057)

oil price volatility oil_p_vol -0,0059 (0,0039)

-0,0002 (0,0012)

oil rents % gdp oil_rents_rat 0,0048 ***

(0,0011) 0,0070 ***

(0,0012)

polity2 polity2 0,0136 ** (0,0065)

reserves reserves_rat_exdebt 0,0002 ** (9,15E-05)

swf dummy swf_dummy 0,0122

(0,0371) 0,0284

(0,0217)

wardummy wardummy 0,0055

(0,0231)

oil price oil_p

cross sectional effects fixed

cross sectional effects fixed

75,38% 64,88%

adjusted R²

69,36% 59,19%

total panel (unbalanced) observations

210 166

Cross-sections included

14 10

periods included

28 32

Page 85: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

76

8. Discussion

Although the previously suggested models seem to have quite a lot of explanative

power regarding capital flight, we have seen some surprising results. Not only in terms

of control variables that went against expectations but also regarding the elements that

were the subject of this study. Of the control variables we saw more that often than not

economic development, be it total or per capita, be it difference in absolute value or

growth in relative terms, actually increases capital flight. That a higher state of the

economy, total GDP and GDP results in more disposable income and thus more capital

available to be invested abroad relative to average GDP over the period is not

unthinkable, but since due to non-stationarity I had to de-trend the state variables

these also became a measure of growth, albeit in absolute terms, and should have

improved confidence in the economy, thus reducing capital flight. It is possible that

due to the limited timeframe the public did not alter its confidence level in the

economy. Even when lagged and leading effects were included it was still only one year

back and one year forward. Larger lag lengths could provide different results.

When we look at the explanatory variables that we were examining the results for the

presence of a SWF are quite disappointing. In our hypotheses I stated that since a SWF

reduces uncertainty the presence should help reduce capital flight. I specified in times

in oil price volatility but expected a general reduction. However, the reverse is true, the

contemporaneous variable for SWFs was consistently positive and quite strong at that.

Only the leading value in PP5 was negative, but not-significant. When we look at

interaction effects results with a variety of control variables and with oil price volatility

results are mixed. However, this negative effect is due to the sheer size and activity of

the SWF. By reducing the inflow of in the case of this regression oil money it

contributes to capital flight, and by investing abroad instead of domestically this is

another increase in capital flight. Since some of the SWFs in the regression are very

large, such as the Norwegian GPFG of more than 500 billion USD, this could have such

an impact on capital flight that there is a positive effect among the general public but

that it is overshadowed by the SWF itself. I already suggested a follow up study that

Page 86: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

77

uses the scaled size of the SWF instead of a dummy, but if one knows the size or at

least the assets invested abroad one could take the effect of a SWF out of capital flight

and investigate how the private sector reacts.

A strange result could be seen in the interaction effects of SWFs and conflict, namely

SWFs and scaled conflict on one hand, and SWFs and a war dummy on the other hand.

Although the former was differenced to eliminate non-stationarity in the later models

we often see that in the same period (both current, both lagged of both leading) the

two have different signs. Since the war dummy is based on the scaled total conflict

variable I had expected the two to be similar, but with varying levels of significance

and strengths of effects.

Another surprising result was that oil price volatility, at least that over a one year

period, was never significant and only once negative. The volatility over a five year

period was significant twice, in PP8 and PP9, and was positive both times, but in PP9

we could also see a significant negative effect from the volatility over three years, from

the current and lagged value. If we look at the interaction effects with oil price

volatility there is some good news, as these are less clearly positive but more show

mixed results. Depending on what is interacted and whether it was lagged, current or

leading the sign and significance altered.

Page 87: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

78

9. Conclusion

In the course of this thesis I started with a brief overview of Sovereign Wealth Funds,

their history and their function. I also included the current state of the global SWF

funds as there are no databases available online which are as complete and as recent.

This was a clear illustration of the importance that SWFs have come to play in the

global economy in the last decade or so. Despite this proliferation the brunt of the

research was on the effect in host countries, whereas the effectiveness of SWFs for the

home country was true by assumption.

Next came a review of capital flight, principally how it could be calculated as there is

no consensus within economic literature, and my measure of oil price volatility.

Although economic theory would expect a strong negative effect of a SWF on capital

flight it seems that in several models capital flight actually increases, and that the oil

price volatility is not as significant as first hypothesised. The difference in oil price and

interaction effects regarding SWFs seem to be more important, as are many of the

control variables.

The somewhat disappointing result however is not a full criticism towards SWFs as

these have many other functions as well, which were outside the scope of this thesis

and were not researched. The point remains that clearly the effectiveness of SWFs

should not be taken for granted but that one surprising result does not negate other

benefits. Further research in this field is needed in order to ascertain clear results, both

in the forms of case studies and large scale econometric research.

Page 88: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

79

Table of References

Aizenman, J. (2007). Large Hoarding of International Reserves and the Emerging Global

Economic Architecture. NBER Working Paper, 13277.

Aizenman, J. (2009). Santa Cruz Center for International Economics UC Santa Cruz. Santa

Cruz Center for International Economics.

Aizenman, J., & Glick, R. (2007). Sovereign wealth funds: stumbling blocks or stepping

stones to financial globalization? FRBSF Economic Letter, (Number 2007-38). Retrieved

from http://www.iepecdg.com.br/uploads/artigos/FRBSF_Paper_(12-14-07).pdf

Aizenman, J., & Glick, R. (2010). Asset class diversification and delegation of responsibilities

between central banks and sovereign wealth funds. Department of Economics, UCSC.

Retrieved from http://www.nber.org/papers/w16392

Aizenman, J., & Lee, J. (2005). International Reserves: Precautionary versus Mercantilist

Views, Theory and Evidence. Open Economies Review, 18, 191–214.

Allen, M., & Caruana, J. (2008). Sovereign Wealth Funds: A Work Agenda. International

Monetary Fund, (March), 1–38. Retrieved from

http://scholar.google.com/scholar?hl=en&btnG=Search&q=intitle:sovereign+wealth+fun

ds+-+a+work+agenda#0

Andersen, J. J., Johannesen, N., Lassen, D. D., & Paltseva, E. (2012). Petro Rents and Hidden

Wealth : Evidence from Bank Deposits in Tax Havens – Preliminary draft , comments

most welcome –. working draft.

Balding, C. (2008). A Portfolio Analysis Of Sovereign Wealth Funds. University of

California, Irvine, mimeo.

Beck, R., & Fidora, M. (2008). The impact of sovereign wealth funds on global financial

markets. Intereconomics, 43(6), 349–358. Retrieved from

http://www.springerlink.com/index/10.1007/s10272-008-0268-5

Cheung, Y.-W., & Ito, H. (2007). A Cross-Country Empirical Analysis of International

Reserves. International Economic Journal, 23(4), 447–481. Retrieved from

http://www.tandfonline.com/doi/abs/10.1080/10168730903372208

Chhaochharia, V., & Laeven, L. (2008). Sovereign wealth funds: Their investment strategies

and performance. International Financial Services London IFSL, (september). Retrieved

from http://www.ifsl.org.uk/output/ReportItem.aspx?NewsID=20

Clark, G. L., & Monk, A. (2009). Government of Singapore Investment Corporation ( GIC ):

Insurer of last resort and bulwark of nation-state legitimacy. The Pacific Review.

Corden, W. M. (1984). Booming Sector and Dutch Disease Economics : Survey and

Consolidation Author. Oxford Economic Papers, 36(3), 359–380.

Page 89: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

80

Eggerstedt, H., Brideau Hall, R., & Van Wijnbergen, S. (1993). Measuring Capital Flight A

case Study of Mexico.

Forsyth, Peter J; Nicholas, Stephen J. The Decline of Spanish Industry and the Price

Revolution: A Neoclassical Analysis. Journal of European Economic History 12. 3 (Jan

1983): 601-610.

GAO (United States Government Accountability Office). (2008). Sovereign Wealth Funds

Publicly Available Data on Sizes and Investments for Some Funds Are Limited. Report

to the Committee on Banking, Housing, and Urban Affairs, U.S. Senate, (September).

Giannetti, M., & Laeven, L. (2008). Pension Reform, Ownership Structure, and Corporate

Governance: Evidence from a Natural Experiment. Review of Financial Studies, 22(10),

4091–4127. doi:10.1093/rfs/hhn091

Gieve, J. (2008). Sovereign wealth funds and global imbalances. Sovereign Wealth

Management Conference London, (March).

Gilson, R. J., & Milhaupt, C. J. (2008). SOVEREIGN WEALTH FUNDS AND

CORPORATE GOVERNANCE : A MINIMALIST RESPONSE T. Stanford Law

Review, (March 2008), 1345.

Glick, R., & Aizenman, J. (2008). Sovereign Wealth Funds: Stylized Facts about their

Determinants and Governance. NBER Working Paper, (14562).

Gordon, D., & Levine, R. (1988). the capital flight “problem”. International Finance

Discussion Papers, 320.

Griffith-Jones, S., & Ocampo, J. (2008). Sovereign wealth funds: a developing country

perspective. Andean Development Corporation, 1–34. Retrieved from

http://academiccommons.columbia.edu/download/fedora_content/download/ac:127037/

CONTENT/Sovereign_Wealth_Funds_GJ-O_final.pdf

Gurría, A., & Secretary-general, O. (2008). SOVEREIGN WEALTH FUNDS AND

RECIPIENT COUNTRY Policies. OECD Investment Committee Report, (April 2008).

International Working Group of Sovereign Wealth Funds. (2008). Sovereign Wealth funds:

Generally Accepted Principles and Practices: Santiago Principles. International Working

Group of Sovereign Wealth Funds, (october 2008).

Jost, T. (2009). Sovereign Wealth Funds: Size, Economic Effects and Policy Reactions.

Leibniz Information Centre for Economics.

Kamin, Kim A. Ex Post ≠ Ex Ante. Law and Human Behavior 19, 1 (February 1995): 89 –

104.

Kern, S. (2008). SWFs and foreign investment policies - an update. DBResearch, (october

22). Retrieved from http://prime.sbc.su.se/primeGSR/downloads/primegsr_manual.pdf

Page 90: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

81

Kotter, J., & Lel, U. (2008). Friends or Foes ? The Stock Price Impact of Sovereign Wealth

Fund Investments and the Price of Keeping Secrets Friends or Foes ? The Stock Price

Impact of Sovereign Wealth Fund Investments and the Price of Keeping Secrets.

Mehlum, H., Moene, K., & Torvik, R. (2006). Institutions and the Resource Curse*. The

Economic Journal, 116(2001), 1–20. Retrieved from

http://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/j.1468-0297.2006.01045.x/full

Meredith, G. (2007). Debt dynamics and global imbalances: some conventional views

reconsidered. Retrieved from

http://books.google.com/books?hl=en&lr=&id=FUMSaB8RHv4C&oi=fnd&pg=PA4&d

q=Debt+Dynamics+and+Global+Imbalances:+Some+Conventional+Views+Reconsidere

d&ots=AaC866RHxT&sig=zb8s2VnV_wwXtJYmkOCTuzi1Ac0

Raymond, H. (2010). Sovereign Wealth Funds as domestic investors of last resort during

crises. Université de Paris Ouest Nanterre La Défense, (0), 0–20.

Sá, F., & Viani, F. (2010). Shifts in Portfolio Preferences of International Investors: An

Application to Sovereign Wealth Funds. Bank of England Working Paper No 423, 51(2),

149. Retrieved from http://www.dspace.cam.ac.uk/handle/1810/229489

Schneider, B. (2003). Measuring Capital Flight : Estimates and Interpretations. Overseas

Development Institute, (March).

Torvik, R. (2001). Learning by doing and the Dutch disease. European economic review, 45,

285–306. Retrieved from

http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0014292199000719

Truman, E. M. (2007). Sovereign Wealth Funds: The Need for Greater Transparency and

Accountability. Peterson Institute for International Economics, Policy Bri(Number

PB07-6).

Truman, E. M. (2008). A Scoreboard for Sovereign Wealth Funds. Washington, DC: Peterson

Institute for International Economics, 1–15.

Truman, M., Ahearne, A., Cline, W. R., Lee, K. T., Park, Y. C., Peterson, P. G., Park, C., et

al. (2008). Blueprint for Sovereign Global Imbalances : Wealth Best Practices Time for

Fund Action surrounds. Peterson Institute for International Economics, Policy Bri.

Van Der Ploeg, F. (2010). Natural Resources : Curse or Blessing ? Frederick van der Ploeg

Natural Resources : Curse or Blessing ? Abstract.

World Bank 2013, World Development Indicators, last updated on 08/01/2013, accessed

30/03/2013, http://databank.worldbank.org/data/databases.aspx

Page 91: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

82

Table of Attachments

Annex I List of SWF Definitions

Annex II Correlogram

Annex III Models PP5, PP8 and PP9: results

Page 92: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

83

Annex I List of SWF Definitions

1. OECD: November 2007 in international investment of sovereign wealth funds:

“Government-owned investment vehicles that are funded by foreign exchange

assets.”

2. Investopedia—Internet site for Forbes Media: December 2007

“Pools of money derived from a country’s reserves, which are set aside for

investment purposes to benefit the country’s economy and citizens. The funding

for SWFs comes from central bank reserves that accumulate as a result of

budget and trade surpluses, and even from revenue generated from the exports

of natural resources.”

3. Edwin M. Truman—before the U.S. House Committee on Banking, Housing, and

Urban Affairs, November 2007

“Separate pools of international assets owned and managed by governments to

achieve a variety of economic and financial objectives. They sometimes hold

domestic assets as well.”

4. Deutsche Bank, September 2007

“Sovereign wealth funds—or state investment funds—are financial vehicles

owned by states which hold, manage, or administer public funds and invest

them in a wider range of assets of various kinds. Their funds are mainly derived

from excess liquidity in the public sector stemming from government fiscal

surpluses or from official reserves at central banks.”

5. U.S. Treasury, June 2007

“There is no single universally accepted definition of an SWF. [In this paper,]

the term “SWF” means a government investment vehicle which is funded by

foreign exchange assets, and which manages those assets separately from the

official reserves of the monetary authorities.”

6. BPM6: March 2011 draft following world-wide consultation

“Some governments create special-purpose government funds, usually called

sovereign wealth funds, to hold assets of the economy for long-term objectives.

The funds to be invested commonly arise from commodity sales, the proceeds of

Page 93: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

84

privatizations, and/or the accumulation of foreign financial assets by the

authorities.”

7. McKinsey Global Institute, October 2007

“Sovereign wealth funds are usually funded by the nation’s central bank reserves

and have the objective of maximizing financial returns within certain risk

boundaries.” McKinsey contrast these funds with government holding

corporations such as Temasek (Singapore) and Khazanah (Malaysia).

8. Morgan Stanley, October 2007

“An SWF needs to have five ingredients: sovereign; high foreign currency

exposure; no explicit liabilities; high-risk tolerance; and long-term investment

horizon.”

9. Aizenman (2009)

“SWFs: savings funds controlled by sovereign governments that hold and

manage foreign assets”

10. Park (2008)

“SWFs are state-owned institutions that use publicly owned foreign exchange to

pursue active profit-maximizing investments rather than passive liquidity

management. In other words, in contrast to central banks, which manage

foreign exchange assets largely to protect the country from sudden shortages of

international liquidity, SWFs use foreign exchange assets to maximize risk-

adjusted returns.”

11. Kern (Deutsche Bank) 2008

“SWFs are government-owned investment funds which are commonly funded

by the transfer of foreign exchange assets, and which are set up to serve the

objectives of a stabilisation fund, a savings fund for future generations, a reserve

investment corporation, a development fund, or a contingent pension reserve

fund by investing the funds on a longterm basis, often overseas. In doing so,

SWFs fulfil functions complementary to other state-operated entities, such as

central banks, development banks and pension funds, and to other state-owned

assets, like state-owned enterprises, and other public entities.”

Page 94: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

85

12. Jost(2009)

SWFs are state-owned special investment funds that invest in foreign currencies

and are separately managed from foreign exchange reserves of the central bank.

They have no or only limited liabilities and therefore differ from sovereign

pension funds. SWFs undertake long-term investments in search of commercial

returns but they are not operating state owned companies

13. GAO (2008)

“Sovereign wealth fund[…] are government-chartered or government-sponsored

investment vehicles[…] invest some or all of their funds in assets other than

sovereign debt outside the country that established them[…] are funded through

government transfers arising primarily from sovereign budget surpluses, trade

surpluses, central bank currency reserves, or revenues from the commodity

wealth of a country; and […] are not actively functioning as a pension fund.”

14. Beck and Fiora (2008)

“Although there exists no commonly accepted definition of SWFs, three

elements can be identified that are common to such funds: First, SWFs are

state-owned. Second, SWFs have no or only very limited explicit liabilities and,

third, SWFs are managed separately from official foreign exchange reserves.2 In

addition, most SWFs share certain characteristics that originate in the specific

nature of SWFs.”

15. Gieve (2008)

“There is no off the shelf definition of an SWF. What I have in mind is a

government investment vehicle that manages foreign assets with a higher risk

tolerance and higher expected returns than for central bank foreign currency

reserves.”

16. Balding (2008)

“A sovereign wealth fund is a pool of capital controlled by a government or

government related entity that invests in assets seeking returns above the risk

free rate of return.”

17. Fotak and Megginson (2008)

“Sovereign wealth funds (are) a pool of domestic and international assets owned

Page 95: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

86

and managed by government to achieve a variety of economic and financial

objectives, including the accumulation and management of reserve assets, the

stabilization of macroeconomic effects and the transfer of wealth across

generations.”

18. Blundell-Wignall, Hu, and Yermo (2008)

“Sovereign Wealth Funds are pools of assets owned and managed directly or

indirectly by governments to achieve national objectives.”

19. McKinsey Global Institute (2007)

“Sovereign wealth funds…have diversified portfolios that range across equity,

fixed income, real estate, bank deposits, and alternative investments, such as

hedge funds and private equity.”

Page 96: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

87

Annex II Correlogram

DEP_INT DOM_CRED_

RAT EXPORT_RAT EXTDEBT_

RATEX EXTDEBT_RA

TGNI FDI_IN_RAT GDP GDP_CAP GDP_CAP_G

ROWTH GDP_GROWTH INFLATIO

N DEP_INT 1.000000 0.063073 -0.030401 0.185970 0.223962 -0.283233 -0.141975 -0.128183 -0.011552 -0.306450 -0.009896

DOM_CRED_RAT 0.063073 1.000000 -0.412021 0.139074 -0.223867 -0.112812 0.506427 0.300182 -0.010396 -0.048352 -0.117690

EXPORT_RAT -0.030401 -0.412021 1.000000 -0.494635 0.297873 0.129252 -0.344617 -0.177389 0.181001 0.198326 0.184413 EXTDEBT_RAT

EX 0.185970 0.139074 -0.494635 1.000000 0.520072 0.099787 -0.070721 -0.166758 -0.197054 -0.308137 0.031109 EXTDEBT_RAT

GNI 0.223962 -0.223867 0.297873 0.520072 1.000000 0.174843 -0.333846 -0.393263 -0.155654 -0.256107 0.262957

FDI_IN_RAT -0.283233 -0.112812 0.129252 0.099787 0.174843 1.000000 0.026123 -0.006969 -0.049242 0.247014 0.107674

GDP -0.141975 0.506427 -0.344617 -0.070721 -0.333846 0.026123 1.000000 0.662347 0.050703 0.211691 -0.053484

GDP_CAP -0.128183 0.300182 -0.177389 -0.166758 -0.393263 -0.006969 0.662347 1.000000 -0.008045 0.191219 -0.083325 GDP_CAP_GR

OWTH -0.011552 -0.010396 0.181001 -0.197054 -0.155654 -0.049242 0.050703 -0.008045 1.000000 0.391795 0.048351

GDP_GROWTH -0.306450 -0.048352 0.198326 -0.308137 -0.256107 0.247014 0.211691 0.191219 0.391795 1.000000 0.014071

INFLATION -0.009896 -0.117690 0.184413 0.031109 0.262957 0.107674 -0.053484 -0.083325 0.048351 0.014071 1.000000 INT_RATE_SPR

EAD -0.107050 -0.101328 0.097352 0.020414 0.045899 0.241724 0.167823 -0.022016 -0.026161 0.076589 0.242682

INTERACT1 -0.130278 0.018399 0.092324 -0.408057 -0.342457 -0.029218 0.246948 0.412536 0.114867 0.203767 -0.036318

INTERACT2 -0.111880 -0.047513 0.194040 -0.380917 -0.292853 -0.017964 0.032930 0.245944 0.223615 0.215328 -0.029080

KAOPEN 0.090775 0.330671 -0.095181 0.059411 0.037014 0.067103 0.142677 0.085557 0.016254 -0.007547 -0.091464

OIL_P -0.223141 0.205266 0.092218 -0.543584 -0.525945 -0.186932 0.484459 0.524799 0.239756 0.432753 -0.056687

OIL_P_VOL -0.122272 0.165787 0.083309 -0.389271 -0.360637 -0.036065 0.339311 0.373484 0.178569 0.264660 -0.041233 OIL_RENTS_RA

T -0.008286 -0.411571 0.662483 -0.268296 0.395777 0.035336 -0.312367 -0.156035 0.150811 0.045790 0.137908 RESERVES_RA

T_EXDEBT -0.073088 -0.041781 0.047235 -0.294984 -0.274952 -0.058456 2.71E-05 0.058498 0.018952 0.115719 -0.024943

RESID 0.106388 0.023898 -0.010002 0.100680 0.086537 -0.013937 -0.003663 -0.060476 -0.025634 -0.008969 0.128177

VAR01 -0.293854 0.149575 0.182916 -0.356151 -0.295716 0.367430 0.445716 0.441263 0.269192 0.575557 -0.028516

Page 97: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

88

INT_RATE_S

PREAD INTERACT1 INTERACT2 KAOPEN OIL_P OIL_P_VOL OIL_RENTS_R

AT RESERVES_RAT_EXDEBT RESID VAR01 DEP_INT -0.107050 -0.130278 -0.111880 0.090775 -0.223141 -0.122272 -0.008286 -0.073088 0.106388 -0.293854

DOM_CRED_RAT -0.101328 0.018399 -0.047513 0.330671 0.205266 0.165787 -0.411571 -0.041781 0.023898 0.149575

EXPORT_RAT 0.097352 0.092324 0.194040 -0.095181 0.092218 0.083309 0.662483 0.047235 -0.010002 0.182916 EXTDEBT_RA

TEX 0.020414 -0.408057 -0.380917 0.059411 -0.543584 -0.389271 -0.268296 -0.294984 0.100680 -0.356151 EXTDEBT_RA

TGNI 0.045899 -0.342457 -0.292853 0.037014 -0.525945 -0.360637 0.395777 -0.274952 0.086537 -0.295716

FDI_IN_RAT 0.241724 -0.029218 -0.017964 0.067103 -0.186932 -0.036065 0.035336 -0.058456 -0.013937 0.367430

GDP 0.167823 0.246948 0.032930 0.142677 0.484459 0.339311 -0.312367 2.71E-05 -0.003663 0.445716

GDP_CAP -0.022016 0.412536 0.245944 0.085557 0.524799 0.373484 -0.156035 0.058498 -0.060476 0.441263 GDP_CAP_GR

OWTH -0.026161 0.114867 0.223615 0.016254 0.239756 0.178569 0.150811 0.018952 -0.025634 0.269192 GDP_GROWT

H 0.076589 0.203767 0.215328 -0.007547 0.432753 0.264660 0.045790 0.115719 -0.008969 0.575557

INFLATION 0.242682 -0.036318 -0.029080 -0.091464 -0.056687 -0.041233 0.137908 -0.024943 0.128177 -0.028516 INT_RATE_SP

READ 1.000000 -0.111109 -0.083649 -0.225026 -0.058578 -0.039570 0.110641 -0.057833 0.044964 0.110389

INTERACT1 -0.111109 1.000000 0.862333 -0.003377 0.555033 0.693475 0.074149 0.411820 -0.006555 0.418925

INTERACT2 -0.083649 0.862333 1.000000 -0.073680 0.475546 0.598807 0.180391 0.307128 0.064796 0.352025

KAOPEN -0.225026 -0.003377 -0.073680 1.000000 -0.057968 -0.029262 -0.333354 -0.179517 -0.070232 0.061081

OIL_P -0.058578 0.555033 0.475546 -0.057968 1.000000 0.732198 0.026406 0.321841 0.019117 0.685021

OIL_P_VOL -0.039570 0.693475 0.598807 -0.029262 0.732198 1.000000 0.036359 0.300540 0.043388 0.525224 OIL_RENTS_R

AT 0.110641 0.074149 0.180391 -0.333354 0.026406 0.036359 1.000000 0.005183 0.041494 -0.007123 RESERVES_RAT_EXDEBT -0.057833 0.411820 0.307128 -0.179517 0.321841 0.300540 0.005183 1.000000 -0.030442 0.238075

RESID 0.044964 -0.006555 0.064796 -0.070232 0.019117 0.043388 0.041494 -0.030442 1.000000 -0.046115

VAR01 0.110389 0.418925 0.352025 0.061081 0.685021 0.525224 -0.007123 0.238075 -0.046115 1.000000

Page 98: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

89

Annex III: Models PP5, PP8 and PP9: results

PP5

Variable Coefficient Std. Error

ACTOTAL -0.008400 0.015847

DEP_INT 3.00E-05 4.80E-05

DEXTDEBT _RATEX 0.000181 0.000279

DGDP_CAP 5.99E-05 1.97E-05

DGDP -1.41E-13 2.24E-13

DINTERACT10 0.106089 0.185558

DINTERACT3 0.000461 0.015220

DOIL_P -0.003191 0.002777

DOM_CRED_RAT -0.002812 0.002804

DPOLITY2 0.011091 0.008621

DRESERVES_RAT _EXDEBT 0.000538 0.000257

EXPORT_RAT 0.004297 0.002392

EXTDEBT_RATGNI 0.002306 0.000881

FDI_IN_RAT -0.004894 0.004157

GDP_CAP_GROWTH 0.000996 0.001781

GDP_GROWTH 0.006812 0.007402

INFLATION 0.000815 0.000410

INFLATION_DUMMY -0.042517 0.032717

INT_RATE_SPREAD 0.002795 0.002045

INTERACT1 -0.071133 0.049784

INTERACT2 0.000800 0.000853

INTERACT6 0.003837 0.004670

INTERACT7 0.044153 0.050987

KAOPEN 0.020164 0.016737

OIL_P_VOL -0.005529 0.012482

OIL_RENTS_RAT 0.006184 0.002783

SWF_DUMMY 0.101317 0.155034

WARDUMMY -0.029827 0.043870

C 0.004156 0.089267

ACTOTAL(-1) 0.008860 0.011246

DEP_INT(-1) 0.000138 5.72E-05

DEXTDEBT_RATEX(-1) 0.000225 0.000206

DGDP_CAP(-1) -1.91E-05 1.66E-05

DGDP(-1) 6.54E-14 2.34E-13

DINTERACT10(-1) 0.061337 0.105490

DINTERACT3(-1) -0.004295 0.007128

DOIL_P(-1) 0.000489 0.002619

DOM_CRED_RAT(-1) 0.002135 0.001872

DPOLITY2(-1) -0.003873 0.009044

DRESERVES_RAT_EXDEBT(-1) 0.000276 0.000341

EXPORT_RAT(-1) -0.002788 0.002051

EXTDEBT_RATGNI(-1) -0.001678 0.000766

FDI_IN_RAT(-1) 0.003091 0.005386

GDP_CAP_GROWTH(-1) 0.002631 0.001609

GDP_GROWTH(-1) 0.000190 0.006982

INFLATION(-1) -0.000108 0.000289

INFLATION_DUMMY(-1) 0.035776 0.031452

INT_RATE_SPREAD(-1) -0.002355 0.001165

INTERACT1(-1) 0.003990 0.041900

INTERACT2(-1) -0.000322 0.000672

Page 99: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

90

INTERACT6(-1) -0.003549 0.004008

INTERACT7(-1) 0.047290 0.057162

KAOPEN(-1) 0.011685 0.014400

OIL_P_VOL(-1) -0.009107 0.007938

OIL_RENTS_RAT(-1) -0.002188 0.002007

SWF_DUMMY(-1) 0.166030 0.133649

WARDUMMY(-1) 0.002886 0.041081

ACTOTAL(1) -0.007619 0.013260

DEP_INT(1) -3.89E-05 4.42E-05

DEXTDEBT_RATEX(1) 0.000178 0.000337

DGDP_CAP(1) -5.82E-06 2.28E-05

DGDP(1) -9.70E-14 2.41E-13

DINTERACT10(1) 0.222238 0.105182

DINTERACT3(1) 0.007489 0.018274

DOIL_P(1) 0.002360 0.002932

DOM_CRED_RAT(1) -0.000876 0.002276

DPOLITY2(1) -0.002699 0.011027

DRESERVES_RAT_EXDEBT(1) -0.000129 0.000515

EXPORT_RAT(1) 0.000319 0.002226

EXTDEBT_RATGNI(1) -0.000385 0.000722

FDI_IN_RAT(1) -0.003052 0.004898

GDP_CAP_GROWTH(1) 0.001385 0.001790

GDP_GROWTH(1) 0.008366 0.006884

INFLATION(1) -0.000626 0.000581

INFLATION_DUMMY(1) 0.013519 0.037419

INT_RATE_SPREAD(1) -0.001949 0.002102

INTERACT1(1) -0.002932 0.023122

INTERACT2(1) 0.000116 0.000403

INTERACT6(1) 0.000937 0.002038

INTERACT7(1) -0.058380 0.031610

KAOPEN(1) -0.006722 0.013171

OIL_P_VOL(1) 0.002264 0.003502

OIL_RENTS_RAT(1) -0.004125 0.002396

SWF_DUMMY(1) -0.050029 0.142465

WARDUMMY(1) 0.043685 0.039892

Fixed cross-sectional effects

R² 84,13%

Adjusted R² 67,75%

Number of observations 192

Number of cross-sections 14

Number of periods 28

Page 100: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

91

PP8

Variable Coefficient Std. Error

ACTOTAL -0.000669 0.003083

DEP_INT 8.76E-06 3.66E-05

DEXTDEBT_RATEX 0.000233 0.000226

DGDP -3.02E-14 1.80E-13

DGDP_CAP 3.95E-05 1.70E-05

DINTERACT10 -0.060174 0.134179

DINTERACT3 0.014429 0.016008

DOIL_P 0.000716 0.001787

DOM_CRED_RAT -0.001640 0.000591

DPOLITY2 0.006020 0.007322

DRESERVES_RAT_EXDEBT 0.000498 0.000139

EXPORT_RAT 0.005450 0.001427

EXTDEBT_RATGNI 0.001673 0.000556

FDI_IN_RAT 0.004134 0.003364

GDP_CAP_GROWTH 0.004763 0.001322

GDP_GROWTH -0.001687 0.005909

INFLATION 0.000709 0.000197

INFLATION_DUMMY -0.023112 0.022721

INT_RATE_SPREAD 0.000981 0.000854

INTERACT1 -0.054026 0.208893

INTERACT1_2(-1) 0.658407 1.077974

INTERACT1_2 -0.389797 1.317695

INTERACT1_2(1) -0.112569 0.595153

INTERACT1_3(-1) -0.408112 1.007688

INTERACT1_3 -0.034838 1.294218

INTERACT1_3(1) 0.382711 1.063220

INTERACT1_5(-1) -0.114024 0.211965

INTERACT1_5 0.280777 0.291259

INTERACT1_5(1) -0.268397 0.538062

INTERACT2 -0.000981 0.005269

INTERACT2_2(-1) -0.019683 0.011493

INTERACT2_2 -0.000664 0.014122

INTERACT2_2(1) 0.000800 0.005710

INTERACT2_3(-1) 0.010155 0.011019

INTERACT2_3 0.011815 0.015990

INTERACT2_3(1) -0.002830 0.008323

INTERACT2_5(-1) 0.007428 0.005310

INTERACT2_5 -0.007919 0.003296

INTERACT2_5(1) 0.000882 0.006263

INTERACT6 -0.001330 0.020469

INTERACT6_2(-1) 0.013532 0.108913

INTERACT6_2 0.102034 0.124852

INTERACT6_2(1) 0.045355 0.060888

INTERACT6_3(-1) -0.030461 0.104542

INTERACT6_3 -0.068976 0.126596

INTERACT6_3(1) -0.096729 0.107505

INTERACT6_5(-1) 0.008995 0.020186

INTERACT6_5 -0.000419 0.029859

INTERACT6_5(1) 0.049622 0.057038

INTERACT7 0.230189 0.058032

KAOPEN 0.005167 0.005705

OIL_P_VOL 0.010682 0.008375

OIL_P_VOL_2Y(-1) 0.018230 0.022874

OIL_P_VOL_2Y 0.031103 0.028853

OIL_P_VOL_2Y(1) 0.010180 0.014123

Page 101: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

92

OIL_P_VOL_3Y(-1) -0.022094 0.022129

OIL_P_VOL_3Y -0.042989 0.034566

OIL_P_VOL_3Y(1) -0.030734 0.027507

OIL_P_VOL_5Y(-1) -0.007284 0.006915

OIL_P_VOL_5Y 0.020143 0.011093

OIL_P_VOL_5Y(1) 0.018252 0.020639

OIL_RENTS_RAT 0.003496 0.001248

C 0.047240 0.046902

DEP_INT(-1) 3.47E-05 5.15E-05

DGDP_CAP(-1) -1.49E-05 1.16E-05

DRESERVES_RAT_EXDEBT(-1) 0.000379 0.000120

DINTERACT10(1) 0.620706 0.190335

DOIL_P(1) -0.001113 0.002194

INFLATION(1) -0.000889 0.000195

INTERACT7(1) -0.139288 0.050199

OIL_RENTS_RAT(1) -0.002864 0.001354

EXPORT_RAT(-1) -0.005223 0.001444

EXTDEBT_RATGNI(-1) -0.001487 0.000554

INT_RATE_SPREAD(-1) -0.000519 0.000518

SWF_DUMMY(-1) 0.173735 0.298825

Fixed Cross sectional Effects

R² 78,50%

adjusted R² 66,26%

total panel (unbalanced) observations 205

Cross-sections included 14

periods included 28

PP9

Variable Coefficient Std. Error

ACTOTAL -0.006795 0.004277

DGDP_CAP 2.59E-05 1.22E-05

DOM_CRED_RAT -0.001558 0.000693

DPOLITY2 0.007248 0.006443

DRESERVES_RAT_EXDEBT 0.000202 9.68E-05

EXPORT_RAT 0.006301 0.001100

EXTDEBT_RATGNI 0.001783 0.000398

GDP_CAP_GROWTH 0.003967 0.001180

INFLATION 0.000472 0.000170

INT_RATE_SPREAD 0.001977 0.001091

INTERACT1_2(-1) 0.100511 0.025453

INTERACT1_2(1) 0.054680 0.027424

INTERACT1_5(1) -0.071827 0.025543

INTERACT2 -0.000905 0.000427

INTERACT2_2(-1) -0.003083 0.000693

INTERACT2_3 0.001269 0.000406

INTERACT2_5(-1) 0.002180 0.000502

INTERACT6_2 0.013931 0.005712

INTERACT6_3(-1) -0.008821 0.002634

INTERACT6_3 -0.013907 0.005092

INTERACT6_3(1) -0.016019 0.004781

INTERACT6_5(1) 0.017785 0.004859

INTERACT7 0.097111 0.023549

Page 102: Sovereign Wealth Funds: Does the presence of a Sovereign ...lib.ugent.be/fulltxt/RUG01/002/062/114/RUG01... · III UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR

93

KAOPEN 0.034349 0.007864

OIL_P_VOL 0.005203 0.003198

OIL_P_VOL_3Y(-1) -0.009486 0.004468

OIL_P_VOL_3Y -0.014895 0.007389

OIL_P_VOL_5Y 0.016103 0.004807

OIL_RENTS_RAT 0.004061 0.000941

C 0.041923 0.043652

DGDP_CAP(-1) -1.79E-05 9.59E-06

EXPORT_RAT(-1) -0.004318 0.001077

EXTDEBT_RATGNI(-1) -0.001597 0.000418

INT_RATE_SPREAD(-1) -0.001665 0.000497

DINTERACT10(1) 0.212260 0.071095

INFLATION(1) -0.000496 0.000237

INTERACT7(1) -0.071634 0.021291

OIL_RENTS_RAT(1) -0.005352 0.001207

WARDUMMY -0.014728 0.023343

SWF_DUMMY 0.041549 0.048634

OIL_P_VOL_2Y 0.003069 0.007275

Fixed Cross sectional Effects

R² 80,16%

adjusted R² 73,41%

total panel (unbalanced) observations 206

Cross-sections included 14

periods included 28